Les 1 Inleiding EHBO

1 / 37
next
Slide 1: Slide
DoktersassistenteMBOStudiejaar 2

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions



Wees op tijd
Kom op tijd zodat de les zonder onderbrekingen kan starten.
Draag geschikte kleding
Draag makkelijke kleding waarin je vrij kunt bewegen, want er wordt geoefend op de grond.
Respecteer elkaar
Toon respect tijdens het oefenen, zeker bij lichamelijk contact. Vraag toestemming voordat je iemand aanraakt.
Volg de instructies van de docent
De in docent is verantwoordelijk voor veiligheid en structuur. Luister goed en voer aanwijzingen nauwkeurig uit.
Veiligheid voorop
Gebruik materialen op een veilige manier. Meld het direct als iets niet goed voelt of werkt.





Actieve deelname
Iedereen doet mee, tenzij je een geldige reden hebt om niet te oefenen. Laat dit vooraf weten.
Geen telefoongebruik
Leg je telefoon weg tijdens de les, tenzij anders afgesproken.
Eten en drinken
Alleen een flesje water is toegestaan!
Hygiëne
Was je handen voor en na de les. Bij reanimatieoefeningen gebruik je altijd een beademingsdoekje of pocketmasker.
Privacy respecteren
Maak geen foto's of video's van anderen tijdens de praktijkoefeningen.
Humor mag, maar met mate
EHBO is serieus. Een goede sfeer is welkom, maar grappen mogen nooit ten koste gaan van veiligheid of respect.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Programma
Theorie: Inleiding EHBO
5 basis regels
(45 minuten)
Praktijk: benaderen slachtoffer, 
en controle ABCDE
(45 minuten)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Waar staan de letters
EHBO voor?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Wie heeft er weleens
EHBO moeten verlenen?
Ja
Nee

Slide 5 - Poll

This item has no instructions

Wie heeft er weleens
EHBO ontvangen?
JA
Nee

Slide 6 - Poll

This item has no instructions

Inleiding EHBO
                              5 basis regels

  1. Houd afstand als er gevaar voor jezelf is
  2. Is het slachtoffer zelf nog in gevaar?Kijk of het slachtoffer zich in een gevaarlijke situatie bevindt.
  3. Controleer het bewustzijn
  4. Controleer de ademhaling
  5. Controleer of er sprake is van levensbedreigende stoornissen


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

 Eerst levensbedreigende problemen aanpakken
Sommige situaties vragen om directe actie, zoals:


Een hevige bloeding: bel 112 en stop het bloeden zo snel mogelijk.

Kleding die in brand staat: doof het vuur direct — bijvoorbeeld met een deken of door rollen.

Als iemand ligt te stikken in bloed of braaksel: draai hem op de zij om verstikking te voorkomen.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

1. Check eerst of jijzelf veilig bent

  • Voordat je naar een slachtoffer toe gaat, kijk je goed of de omgeving veilig is.
  • Zijn er risico’s zoals vuur, verkeer, giftige stoffen of instortingsgevaar?
  • Als het gevaarlijk is: hou afstand en bel direct 112.
  • Je helpt niemand als je zelf gewond raakt.
  • Pas daarna kijk je naar de veiligheid van anderen in de omgeving en het slachtoffer.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

2.Is het slachtoffer zelf nog in gevaar?
Kijk of het slachtoffer zich in een gevaarlijke situatie bevindt.


Kun je het gevaar niet wegnemen? Verplaats het slachtoffer alleen als het echt nodig is én veilig kan.

Let op: bij een ernstig ongeluk waarbij wervelletsel niet uitgesloten kan worden, verplaats je het slachtoffer niet — schakel direct medische hulp in via 112.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Zo draai je iemand veilig op de zij
  • Ga op je knieën naast het bovenlichaam zitten.
  • Pak de schouder en heup van de kant die van jou af ligt.
  • Trek de persoon in één beweging naar je toe.
  • Laat hem tegen je aan rusten op de zij, kantel het hoofd een beetje naar achteren en zorg dat de mondholte vrij is.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

3. Controleer het bewustzijn
Om te zien of iemand bij bewustzijn is, doe je het volgende:
  • Kom rustig dichterbij, aan de kant van het gezicht.
  • Zorg dat de persoon je gezicht zou kunnen zien als hij de ogen opent — dat werkt geruststellend.
  • Leg beide handen op de schouders en schud voorzichtig.
  • Vraag luid en duidelijk: "Gaat het met u?"

  • Reageert de persoon niet? Dan ga je direct door met het controleren van de ademhaling.


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Reageert het slachtoffer?


  • Als het slachtoffer reageert op je stem of aanraking en helder overkomt, is hij of zij bij bewustzijn.
  • Laat het slachtoffer liggen of zitten zoals je hem hebt aangetroffen, zolang die houding geen risico vormt voor letsel.
  • Bied hulp waar nodig — denk aan geruststelling, ondersteuning of het voorkomen van afkoeling.
  •  Blijf voortdurend bewustzijn en ademhaling controleren, ook als iemand eerst aanspreekbaar lijkt.




Geen reactie?
 

  • Reageert het slachtoffer niet op aanspreken of aanschudden:
  • Vraag direct een omstander om 112 te bellen en om een AED te halen.
  • Ben je alleen? Bel zelf 112, gebruik de luidsprekerfunctie zodat je kunt blijven handelen terwijl je contact hebt met de hulpdiensten.
  •  Als de AED dichtbij is en je hebt de ademhaling gecontroleerd, haal hem dan zelf.
  • Zorg dat het slachtoffer op de rug ligt, tenzij dat gevaar oplevert (zoals bij braken of hevige bloeding uit de mond).




Slide 13 - Slide

This item has no instructions

4. Beoordeel de ademhaling
Als iemand bewusteloos is, is het cruciaal om de ademhaling goed te controleren.


  • Zorg dat het slachtoffer plat op de rug ligt. 

  • Open de luchtweg door de hoofdkantel-kinlift uit te voeren: 
Hand op het voorhoofd, hoofd iets achterover kantelen 
Til de kin omhoog met twee vingers onder de kin 

  • Beoordeel de ademhaling maximaal 10 seconden: 
Kijk of de borstkas beweegt
 Luister bij de mond 
Voel met je wang of er luchtstroom is

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

  • Geen ademhaling of abnormale, schokkende ademhaling? Start direct met reanimatie.

  • Normale ademhaling? Leg het slachtoffer in de stabiele zijligging om de luchtweg vrij te houden.

  •  Is het slachtoffer wél bij bewustzijn, maar ernstig benauwd? Bel 112 en zorg dat de luchtweg zo vrij mogelijk blijft met de hoofdkantel-kinlift.

  •  Verliest het slachtoffer alsnog het bewustzijn en stopt de ademhaling: start onmiddellijk met reanimatie.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

5. Controleer op levensbedreigende aandoeningen
Nu de basis gecontroleerd is (bewustzijn en ademhaling), kijk je of er aanwijzingen zijn voor ernstige letsels of ziektes die het leven kunnen bedreigen. Denk aan:

Ademhalingsproblemen (verstikking, benauwdheid, longproblemen)

Problemen met de bloedsomloop (ernstig bloedverlies, shock, hartklachten)

Verlies van bewustzijn of wisselend bewustzijn

Ernstige allergische reacties, epileptische aanvallen of vergiftiging

 Bij twijfel: altijd 112 bellen en de situatie blijven monitoren totdat professionele hulp aanwezig is.


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

In welke gevallen bel je
112/meldkamer?

Slide 18 - Mind map

 bewusteloosheid;

• hevige benauwdheid;

• inhalatieletsel;

• een ernstige allergische reactie;

• bij mogelijk schedel- of hersenletsel;

• hevige hoofdpijn na een ongeval;

• (mogelijk) wervelletsel door een ongeval;

• bloed ophoesten en/of bloed braken met veel bloedverlies;

• ernstige verwondingen;

• ernstige en/of uitgebreide brandwonden;

• pijn op de borst, hartklachten;

• hevig bloedverlies;

• shock;

t Bel

• suf worden bij onderkoeling of oververhitting;

• een beroerte;

• een grote epileptische aanval;

• elektriciteitsletsel;

• (been)breuken, open breuken, ontwrichtingen;

• inname van een gevaarlijke stof;

• flauwte met wegraking;

• een vermoeden van letsel veroorzaakt door agressie of mishandeling.


  •  bewusteloosheid;
  •  hevige benauwdheid;
  •  inhalatieletsel;
  •  een ernstige allergische reactie;
  •  bij mogelijk schedel- of hersenletsel;
  •  hevige hoofdpijn na een ongeval;
  •  (mogelijk) wervelletsel door een ongeval;
  •  bloed ophoesten en/of bloed braken met veel       bloedverlies;
  •  ernstige verwondingen;
  • ernstige en/of uitgebreide brandwonden;
  • pijn op de borst, hartklachten;
  • hevig bloedverlies; 
  • shock;
  • suf worden bij onderkoeling of oververhitting;
  • een beroerte;
  • een grote epileptische aanval;
  • elektriciteitsletsel;
  • (been)breuken, open breuken, ontwrichtingen;
  • inname van een gevaarlijke stof;
  • flauwte met wegraking;
  • een vermoeden van letsel veroorzaakt door agressie of mishandeling.





















Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Emoties bij een noodsituatie – van jezelf, het slachtoffer en omstanders

Een noodsituatie roept vaak sterke emoties op. Niet alleen bij het slachtoffer, maar ook bij jou als hulpverlener en bij omstanders. De reacties kunnen sterk verschillen:

😨 Sommige mensen verstijven of zijn overdonderd,
😓 anderen zweten, trillen of raken gespannen,
🗣️ sommigen lopen onrustig rond, bemoeien zich hinderlijk met de situatie of schreeuwen zelfs uit paniek.


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Hoe ga je hiermee om als hulpverlener?
Als eerstehulpverlener is het belangrijk dat je mentaal stevig blijft staan. Je moet jezelf kalm houden, terwijl je ook te maken krijgt met de emoties van anderen. Dat is niet altijd makkelijk.

Omstanders: helpende hand of afleiding?

Omstanders kunnen steun bieden, maar ook
onbedoeld  hulpverlening in de weg staan.

Blijf vriendelijk, maar duidelijk:
Vraag specifieke mensen om hulp ("U met de blauwe jas, wilt u 112 bellen?"),
Vraag anderen om afstand te houden of ruimte te geven.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Het slachtoffer: bang, boos of overstuur
Een slachtoffer kan:
  • Geschrokken en bang zijn,
  • Prikkelbaar of in paniek raken,
  • Zich onveilig of verward voelen.

Wat kun jij doen?
  • Stel jezelf rustig voor, blijf dichtbij (zonder te overweldigen),
  • Toon begrip en blijf vriendelijk, ook als iemand boos of emotioneel reageert,
  • Zeg wat je gaat doen, stap voor stap — dit geeft houvast,
  • Blijf praten: stel gerust, luister goed, maak oogcontact (als dat gepast is),
  • Fysiek contact kan helpen als iemand dat prettig vindt, zoals een hand vasthouden.


Slide 22 - Slide

This item has no instructions

 Juiste houding van het slachtoffer – wat doe je wanneer?


De houding waarin je een slachtoffer laat liggen of zitten, kan een groot verschil maken in zijn of haar toestand. Een verkeerde beweging kan letsel verergeren. Daarom is het belangrijk om zorgvuldig en bewust te handelen.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Alleen verplaatsen bij gevaar!!!

Beweeg het slachtoffer uitsluitend als het écht nodig is — bijvoorbeeld als:

jij of het slachtoffer in direct gevaar is (zoals bij brand, instortingsgevaar, verkeer),

het slachtoffer moet worden weggetrokken om ernstige verwondingen te voorkomen.

Anders: laat hem liggen zoals je hem aantreft.
Laat het slachtoffer meebeslissen

Kan het slachtoffer nog communiceren?

Vraag dan in welke houding hij zich het meest comfortabel voelt,

Help hem om in die houding te blijven — zorg dat hij zich niet inspant.


Slide 24 - Slide

This item has no instructions

🩸Bij ernstig bloedverlies: 
laat liggen
Verliest iemand veel bloed?
Laat hem liggen zodat het hart minder wordt belast.
Voorkom dat hij onnodig beweegt of gaat staan.

🤢 Bij braken of bloed in de mond
Ligt het slachtoffer op de rug en:
moet hij braken, of
heeft hij veel bloed in de mond?

 Draai hem dan snel op de zij zodat de luchtweg vrij blijft.


😴 Bewusteloos maar ademend? 
Zijligging!
Een bewusteloos slachtoffer met een normale ademhaling leg je in de stabiele zijligging. Maar alleen als:
je de persoon moet verlaten om hulp te halen (bijv. 112 bellen), of
er kans is op verstikking door braken of bloeding in de mond.
Blijf goed controleren: verslechtert de ademhaling? ➡️ Draai het slachtoffer dan op de rug en open de luchtweg met de kinliftmethode.
Als hij weer normaal gaat ademen? ➡️ Leg hem op de andere zij.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

😤 Benauwdheid door ziekte of giftige stoffen
Laat iemand die moeite heeft met ademhalen niet plat liggen.
➡️ Ondersteun hem in een houding waarbij hij makkelijker lucht krijgt (bijv. zittend of half rechtop).

🦴 Mogelijk letsel aan de wervelkolom?
Bij een ongeval met kans op nek- of rugletsel:
Beweeg het slachtoffer niet, tenzij er acuut gevaar is.
Alleen als hij moet braken of bloed in de mond heeft, mag je voorzichtig draaien.

➡️ Ondersteun het lichaam goed bij elke noodzakelijke beweging.


Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Wat is het hoofddoel van eerste hulp verlenen?
A
Het verplaatsen van het slachtoffer naar een veilige plek
B
Het verplaatsen van het slachtoffer naar een veilige plek
C
Het beperken van schade en stabiliseren tot professionele hulp arriveert
D
Het beperken van schade en stabiliseren tot professionele hulp arriveert

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wat moet je als eerste doen bij aankomst op een ongevalslocatie?
A
Het slachtoffer vragen wat er gebeurd is
B
De ademhaling controleren
C
Direct 112 bellen
D
Eerst controleren of de situatie veilig is voor jezelf

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Waarom mag je een slachtoffer met mogelijk rug- of nekletsel niet zomaar verplaatsen?
A
Omdat dat wettelijk verboden is
B
Omdat dat de situatie kan verergeren
C
Omdat het slachtoffer dan bewusteloos kan raken
D
Omdat het te veel tijd kost

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer bel je 112 in plaats van de huisartsenpost?
A
Als iemand koorts heeft
B
Als iemand gevallen is en klaagt over spierpijn
C
Bij levensbedreigende situaties
D
Bij twijfel over een verstuikte enkel

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Wat is belangrijk bij het benaderen van een slachtoffer?
A
Meteen vragen naar het slachtoffers ID
B
Het slachtoffer vertellen dat hij niet moet overdrijven
C
Kalm blijven, geruststellen en uitleggen wat je doet
D
Het slachtoffer dwingen rustig te blijven

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een goede manier om met je eigen emoties om te gaan tijdens een ongeval?
A
Emoties negeren en doorgaan
B
Eerst huilen en daarna handelen
C
Ademhalen, rustig blijven en focussen op wat je moet doen
D
Niets zeggen en op afstand blijven

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Wat kun je doen als omstanders hinderlijk in de weg lopen?
A
Ze negeren
B
Ze op een boze toon wegsturen
C
Ze kalm aanspreken en indien mogelijk een taak geven
D
Ze filmen voor bewijsmateriaal

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Wat doe je als een slachtoffer veel bloed in zijn mond heeft en op zijn rug ligt?
A
Je belt 112 en wacht tot ze komen
B
Je draait het slachtoffer op zijn zij om verstikking te voorkomen
C
Je legt een doek onder het slachtoffer zijn hoofd
D
Je laat het slachtoffer zo liggen

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer leg je iemand in stabiele zijligging?
A
Als hij duizelig is
B
Als hij bewusteloos is maar wel normaal ademt
C
Als hij vraagt om te liggen
D
Als je moet controleren of hij gewond is

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Tijd om te oefenen!!

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Slide 37 - Slide

This item has no instructions