Thomas kan zich meestal goed redden. Hij gaat overdag naar dagbesteding, hij is vriendelijk
en rustig in contact met anderen. Alleen als hij onder druk wordt gezet of als zich plotseling
veranderingen voordoen, kan hij erg kwaad worden en impulsief reageren met agressieve
uitbarstingen.
Thomas denkt veel na over de toekomst, hoe het verder moet als zijn ouders er niet meer
zijn. Dat hij dan wel heel erg alleen is. Hij vindt veel van zijn leeftijdsgenoten interessant
maar ook eng. Hij zou zo graag meedoen, maar hij heeft geen idee hoe. Meisjes hebben
geen oog voor hem, ze lachen hem uit, soms flirten ze, bijvoorbeeld op de dagbesteding. Dat
geeft een heel raar gevoel, hij snapt niet hoe hij ermee moet omgaan. Soms wordt hij hier heel somber van.