Les 26 - Beeldspraak

Les 26 - Beeldspraak
p. 336-342
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Les 26 - Beeldspraak
p. 336-342

Slide 1 - Slide

Wat is een voorbeeld van een vergelijking?
A
Ze danste als een veertje in de wind.
B
De zee slokte de boot op.
C
De regen tikt op het raam.
D
Zijn kamer is een slagveld.

Slide 2 - Quiz

Wat is een vergelijking?

Slide 3 - Open question

Wat is een voorbeeld van een personificatie?
A
De zon is als mijn hart.
B
De wind fluistert door de bomen.
C
De rivier is wel 100 km lang.
D
De hond loopt snel door het park.

Slide 4 - Quiz

Wat is een personificatie?

Slide 5 - Open question

Wat is een voorbeeld van een metafoor?
A
De wolken zijn wit.
B
De baby slaapt als een roosje.
C
Je bent m'n rots in de branding.
D
De auto rijdt sneller dan het geluid.

Slide 6 - Quiz

Metafoor

Een vergelijking o.b.v. beelden, zonder het woordje 'als' of 'zoals'. 

bv.: "De heks stond al in het lokaal." 
   

Slide 7 - Slide

Synesthesie - mechanisering

Bekijk p. 206 in je Trajectwijzer. Leg in je eigen woorden uit wat synesthesie en mechanisering betekenen. 

Maak vervolgens oefening 1 op p. 336 in je cursus. 

Slide 8 - Slide

A. De trein is altijd een beetje reizen
A
personificatie
B
vergelijking
C
metafoor
D
mechanisering

Slide 9 - Quiz

B. Hijskranen hebben patronen
gelijk de nekken van giraffen
...
A
personificatie
B
vergelijking
C
synesthesie
D
mechanisering

Slide 10 - Quiz

C. Bauknecht weet wat vrouwen willen
A
personificatie
B
vergelijking
C
metafoor
D
mechanisering

Slide 11 - Quiz

D. Mora, de gangmaker sinds 1960
A
personificatie
B
metafoor
C
synesthesie
D
mechanisering

Slide 12 - Quiz

E. Tussen gras en struikgewas
de voorpoten heffen
de natte geur van taal
opsnuiven
...
A
personificatie
B
metafoor
C
synesthesie
D
mechanisering

Slide 13 - Quiz

F. Belgische kazen blijven verbazen
A
personificatie
B
metafoor
C
synesthesie
D
mechanisering

Slide 14 - Quiz

G. Ik heb zinnen als boterhammen voor onderweg gestapeld
...
A
personificatie
B
vergelijking
C
synesthesie
D
mechanisering

Slide 15 - Quiz

H. Klara - klassiek leeft
A
personificatie
B
vergelijking
C
metafoor
D
synesthesie

Slide 16 - Quiz

I. Automatische blik gericht op het asfalt
A
personificatie
B
metafoor
C
synesthesie
D
mechanisering

Slide 17 - Quiz

J. Zoon, je bent een land,
je bent een lied lichtrijk,
dag die stilaan ontstaat,
horizon en muurloos huis
A
personificatie
B
metafoor
C
synesthesie
D
mechanisering

Slide 18 - Quiz