This lesson contains 28 slides, with text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Tijd van Regenten en Vorsten
6.1 A / Over zeeën en oceanen
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
1. Je kunt uitleggen dat de graanhandel het begin vormde van een uitgebreid handelssysteem met een stapelmarkt voor een steeds groter handelsnetwerk. (vandaag)
2. Je kunt de doelen en de werkwijze van de VOC en WIC beschrijven. (volgende keer)
3. Je kunt beschrijven hoe Engeland en Frankrijk reageerden op de economische voorspoed van de Republiek. (volgende keer)
Slide 2 - Slide
Theorie
Tijd van Regenten en Vorsten (1600-1700)
Slide 3 - Slide
1588 - 1795
De Republiek der zeven verenigde Nederlanden
Slide 4 - Slide
Een bijzonder land
1. Landbouw slechts 40% van de bevolking: handelsnatie
2. Geen centraal gezag: soevereiniteit bij de provincies 3. Relatieve tolerantie jegens godsdiensten (behalve Katholieken) 4. Centrum van kunst en cultuur
Slide 5 - Slide
Theorie
In de 15e eeuw verslechterde in de kustgewesten de situatie in de landbouw: het water stond te hoog om graan te verbouwen. Ze konden nu alleen koeien houden die gingen grazen.
Opschrijven:
Nederlandse boeren stapten over op rundveehouderij en gingen (noodgedwongen) op zoek naar handelsmogelijkheden in, zowel in Europa als daarbuiten.
Slide 6 - Slide
Theorie
Maar er moest toch ergens graan vandaan komen. Iemand enig idee waar dit vandaan kwam?
Slide 7 - Slide
Graan werd gehaald uit het Oostzeegebied. Deze meest winstgevende handel werd de Moedernegotie genoemd. Dus: Moedernegotie is de winstgevende graanhandel uit Oostzeegebied.
Slide 8 - Slide
Lijkt op?
Feb 2023
Slide 9 - Slide
Het fluitschip
Slide 10 - Slide
Theorie
*Een groot deel van deze handel ging via Amsterdam. Dit kwam omdat Antwerpen werd veroverd door de Spanjaarden. Handelaren en bankiers gingen hierop naar Amsterdam.
Amsterdam werd het centrum van de handel.
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
Opschrijven:
Handelskapitalisme: Winst maken, deze winst herinvesteren met als doel om nog meer winst te maken.
Stapelmarkt: Stad of haven waar goederen worden opgeslagen in afwachting van tekorten en hogere prijzen elders.
Slide 13 - Slide
Aan de slag
1. Lees paragraaf 6.1
2. Maak opdracht 1 en 2 van paragraaf 6.1
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
Tijd van Regenten en Vorsten
6.1 B / Over zeeën en oceanen
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Wat gaan we doen?
1. Beeldmateriaal 2. Theorie 6.1 B
3. Beeldmateriaal
4. Lesafsluiting
Slide 18 - Slide
Theorie
Veel ondernemers investeerden hun winsten uit de moedernegotie in handelscompagnieen: onderneming van handelaren die investeringen, risico's en winsten met elkaar delen.
Deze wilden ook reizen organiseren naar Azie. Hier had alleen Portugal echter een rechtstreekse zeeverbinding naar toe. Maar Portugal was inmiddels snel ingehaald door de Nederlandse schepen en innovatieve handelaren..
Slide 19 - Slide
Theorie
De twee meest beroemde handelscompagnieën waren de ... ?
Slide 20 - Slide
VOC: Verenigd Oostindische Compagnie, opgericht in 1602.
WIC: West-Indische Compagnie, opgericht in 1621.
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Theorie
De VOC kreeg van de Staten-Generaal het handelsmonopolie op Azie.
De WIC kreeg dit voor de handel met Afrika en Amerika, de beruchte driehoekshandel waar slavenhandel te vinden was.
Opschrijven:
Handelsmonopolie: Afspraak om als enige te mogen handelen in bepaald product, land of gebied.
Slide 23 - Slide
Opschrijven: Er ontstond een wereldeconomie: systeem waarbij goederen uit verschillende werelddelen met elkaar worden verhandeld.
Slide 24 - Slide
Beeldmateriaal
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Video
Aan de slag
1. Maak de opdrachten 2, 3, 4 en 5 van paragraaf 6.1
2. Kijk op Youtube 'VOC en WIC - De Gouden Eeuw'.
3. Beginnen met Kennen en Kunnen 6.1.
Slide 27 - Slide
Leerdoelen nabespreken
1. Je kunt uitleggen dat de graanhandel het begin vormde van een uitgebreid handelssysteem met een stapelmarkt voor een steeds groter handelsnetwerk.
2. Je kunt de doelen en de werkwijze van de VOC en WIC beschrijven.
3. Je kunt beschrijven hoe Engeland en Frankrijk reageerden op de economische voorspoed van de Republiek.