NaSk Overal 1.1

1 / 13
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Regels tijdens de les
  • Als iemand aan het woord is, ben jij stil.
  • Als je een vraag hebt, steek jij je vinger op.
  • We hebben respect voor elkaar.
  • Fouten maken mag!
  • Als je binnenkomt leg je alle spullen die je nodig hebt op tafel.
  • Tijdens praktijk zijn wij serieus bezig.

Slide 2 - Slide

1.2 Het practicumlokaal

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
Je kunt aan het einde van de les:

  • Uitleggen welke regels er zijn in het practicumlokaal
  • De veiligheidsvoorzieningen herkennen
  • De 6 gevarensymbolen herkennen
  • De branderonderdelen benoemen
  • De drie verschillende vlammen herkennen

Slide 4 - Slide

Regels in het practicumlokaal
We nemen samen de regels even door. 

Slide 5 - Slide

Veiligheidsvoorzieningen in het lokaal
labjas: katoenen jas om je kleren te beschermen.

veiligheidsbril: bril om je ogen te beschermen.

blusdeken: deken die je gebruikt om een kleine
brand te blussen of als de kleren van iemand 
branden.


Slide 6 - Slide

Veiligheidsvoorzieningen in het lokaal

brandblusser: gebruik je om een grotere brand te 
blussen.Niet bij personen gebruiken.

noodstop: knop die gas, water en stroom afsluit 
als je erop drukt.

Slide 7 - Slide

Veiligheidsvoorzieningen in het lokaal

nooddouche: daar ga je onder staan als je een 
bijtende stof op je huid of kleren hebt gekregen.

oogdouche: fonteintje om je ogen te spoelen als 
je daarin een bijtende stof hebt gekregen.

Slide 8 - Slide

Gevaren symbolen

Slide 9 - Slide

De brander (onderdelen)
  • Schoorsteen
  • Gasregelknop
  • Luchtring
  • Gasslang



Slide 10 - Slide

De gele vlam (pauzevlam)
  • De luchtring is dicht
  • Een gele vlam zie je goed
  • Je gebruikt de gele vlam als je pauzeert 
  • De gele vlam heet ook wel de pauzevlam
  • nadeel: wat je in de vlam houdt wordt zwart

Slide 11 - Slide

De stille blauwe vlam

  • De luchtring staat een beetje open
  • Een blauwe vlam gebruik je als je iets verwarmt. 

  • Nadeel: Je ziet hem slecht

Slide 12 - Slide

De ruisende blauwe vlam

  • De luchtring is helemaal open
  • De ruisende vlam is de heetste vlam
  • Er ontstaat altijd een kegeltje in de vlam


Slide 13 - Slide