Overdragen van informatie - SOAP

Overdragen van informatie (SOAP/SOEP)
1 / 24
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Overdragen van informatie (SOAP/SOEP)

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les:

  • weet je wat het doel van overdragen van informatie is
  • heb je kennis gemaakt met de SOAP/SOEP rapportage
  • heb je geoefend met de SOAP/SOEP rapportage


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Wat verstaan we onder rapporteren?

Rapporteren betekent dat je vastlegt hoe het met de zorgvrager gaat.

  • Schriftelijk (opschrijven) of mondeling (vertellen).


Slide 4 - Slide

Waarom is rapporteren zo belangrijk?
  • Maakt de situatie van de zorgvrager duidelijk voor andere zorgprofessionals.
  • Alle zorgprofessionals zien wat voor zorg in het verleden aan de zorgvrager is gegeven
  • Iedereen heeft dan dezelfde informatie.
  • De zorgprofessional die na jou bij de zorgvrager komt, weet wat voor zorg hij of zij aan de zorgvrager moet geven. 
  • Je kunt de rapportage nog eens nalezen

Slide 5 - Slide

Verzamelen verpleegkundige gegevens
  • Observeren: kijken-ruiken-voelen
  •  Vragen stellen aan en luisteren naar….
  •  Lichaamsfuncties meten
  •  Consulteren andere disciplines
  •  Informatie uit verpleegkundige overdracht/verpleegkundig dossier

Slide 6 - Slide

Het begint bij waarnemen
Observeer in het volgende filmpje hoe vaak de spelers met de witte shirts de bal overspelen.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Afspraken rondom rapportage
  • Schrijf objectief
  • Schrijf actief (wie doet wat)
  • Pas op voor vaktaal en afkortingen (inf. in situ, AB gb)
  • Goed leesbaar handschrift
  • Schrijf in complete zinnen  
  • Voorzien van initialen
  • Voorzien van datum en tijd

Slide 9 - Slide

Hoe start je een rapportage?
  • Verzamel gegevens
  • Verwerk gegevens in je dossier
  • Werk volgens een vast patroon
  • Schrijf objectief, begrijpelijk en in complete zinnen.

Slide 10 - Slide

Voordelen rapportage via systeem

* Dwingend tot nauwkeurigheid en volledigheid
* Bevordert zorgvraag-gerichte overdracht
* Geschreven vanuit feitelijke verzorgingssituaties

Voorbeelden van een systeem: Nedap/ONS;Cliendo

Slide 11 - Slide

Voorbeeld rapportage
Welke zin is goed geformuleerd?

1. Mw. ging vandaag vaak naar het toilet.
of
2. Mw. ging vandaag 5x naar het toilet, normaal is dit 3x

Slide 12 - Slide

SOAP/SOEP methode
S: subjectieve gegevens
O:objectieve gegevens
A: analyse van het probleem   / E: Evaluatie
P: planning

Slide 13 - Slide

SOAP/SOEP methode
Subjectieve gegevens

Het geen dat de zorgvrager aangeeft. 
Wat zegt de cliënt over zijn eigen belevingen 



Slide 14 - Slide

SOAP/SOEP methode
Objectief:

De directe observatie van de situatie;
Het gedrag van de cliënt zoals de zorgverlener dit feitelijk waarneemt.

Slide 15 - Slide

SOAP/SOEP methode
Analyse/Evaluatie:

Een conclusie getrokken uit de subjectieve en objectieve gegevens die de zorgverlener heeft verzameld.

Slide 16 - Slide

SOAP/SOEP methode
Plan: 

Wat de zorgverlener vervolgens gaat doen.

Slide 17 - Slide

VOORBEELD RAPPORTAGE VOLGENS SOAP/SOEP
 S:  Mevrouw vertelde dat haar vinger tussen de deur heeft gezeten

 O: De vinger van mevrouw is dik, en blauw- paars verkleurd 

A:  Vermoedelijk heeft mevrouw met haar vinger tussen de deur gezeten, zij heeft pijnklachten 

P:  Ik heb mevrouw gerustgesteld en haar vinger onder de kraan laten houden. Dokter gebeld voor overleg. Hij komt vanmiddag naar de vinger kijken.

Slide 18 - Slide

Tips
  • Schrijf respectvol
  • Vermeld afspraken
  • Beschrijf alleen feiten, vermeld het als jij je mening geeft
  • Rapporteer niet vanuit emotie
  • Stel geen diagnoses als je niet bevoegd bent
  • Reageer op eerdere rapportages
  • Let op taal,-schrijf en typefouten
  • Schrijf kort, krachtig en volledig
  • Verwijs daar waar kan naar het Zorgleefplan

Slide 19 - Slide

"Mevrouw gaat te weinig naar haar
familie toe"

Is een correcte objectieve rapportage?

A
Waar
B
Niet Waar

Slide 20 - Quiz

"Mevrouw gaat te weinig naar haar
familie toe."
 Hier wordt een waardeoordeel uitgesproken en is niet objectief.

S: Mevrouw komt naar mij toe en zegt dat zij haar familie mist.
O: Familie komt 1x per maand op bezoek.
A: In de beleving van mevrouw is dit te weinig.
P: Bespreekbaar maken met familie. Ik zal de eerste contactpersoon bellen en dit bespreken.

Slide 21 - Slide

"Meneer was erg onrustig"

Is dit correct gerapporteerd?
A
Ja
B
Nee

Slide 22 - Quiz

Meneer was erg onrustig.
Dit is niet concreet. Wat is onrustig in de situatie van meneer?

S: Meneer was onrustig vandaag.
O: Meneer liep veel heen en weer. Stond tijdens de maaltijd vijf keer op en riep hard “hallo” door de gang. Meneer kon niet gerustgesteld worden.
A: De onrust bij meneer was meer dan gisteren.
P: Morgen en de komende dagen meneer blijven observeren en hierover rapporteren. Indien na
twee dagen geen vermindering, overleg met arts of psycholoog

Slide 23 - Slide

SOAP/ SOEP rapportage

Lees de rapportage van je medestudent en beoordeel deze a.d.h.v. de SOAP/ SOEP methode.


Slide 24 - Slide