Ontspannen 2

1. Raak met je duim je wijsvinger aan.
   
2. Terwijl je vingers elkaar raken denk je aan een leuk moment terug.
3. Raak met je duim je middelvinger aan.
   
4. Terwijl je vingers elkaar raken denk je aan een moment dat je je prettig moe voelde.
5. Raak met je duim je ringvinger aan.
   
6. Terwijl je vingers elkaar raken denk je terug aan een compliment dat je hebt gekregen.
7. Raak met je duim je pink aan.
   
8. Terwijl je vingers elkaar raken denk je aan een mooie plek waar je ooit bent geweest

1. Hou je rechter neusgat dicht met je duim.
2. Adem diep in.
3. Hou je adem even vast.
4. Adem diep uit.
5. Hou je linker neusgat dicht met je ringvinger.
6. Adem diep in.
   
7. Hou je adem even vast.
   
8. Adem diep uit.
9. Hou je rechter neusgat dicht met je duim.
10. etc.