1.7 De VS en Nigeria : welvaart

Vandaag
  • HW bepreken
  • H1 + H2 herhalen
1 / 36
next
Slide 1: Slide
aardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Vandaag
  • HW bepreken
  • H1 + H2 herhalen

Slide 1 - Slide

Herhaling: VS en Nigeria

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Je weet dat er binnen de VS en Nigeria regionale verschillen bestaan in welvaart.
  • Je begrijpt de verklaring voor die regionae verschillen in welvaart.
  • Je kunt op een kaart van de VS en Nigeria de armere en rijkere gebieden aanwijzen.

Slide 3 - Slide

De VS
*Oppervlakte: 234 keer NL

*Inwoners: 327 mil

*Hoofdstad: Washington D.C.


Slide 4 - Slide

Verenigde Staten
* Machtig en rijk land
* Moderne economie
*Grote regionale verschillen in de welvaart (vooral tussen etnische groepen)

Slide 5 - Slide

Een etnische groep...
 Is een groep mensen die  een andere cultuur en een ander herkomst hebben.

Voorbeeld in de VS: 
Hispanics 
Afro-Amerikanen

Slide 6 - Slide

Afro-Amerikanen 
Hispanics (afkomst Latijns Amerika)

Slide 7 - Slide

Welke groepen zijn arm?
  • Afro-Amerikanen
  • Hispanics (spaansprekende immigranten, vooral uit Mexico en Zuid-Amerika)
    —> deze 2 groepen wonen vooral in het zuiden.
  • Ouderen
  • 1-ouder gezinnen (alleenstaande moeders)

Slide 8 - Slide

Oorzaken armoede:
  • laag opgeleid
  • spreken de taal niet (Hispanics)

—> hierdoor hebben ze vaak geen werk of werk dat slecht betaalt. 

De gevolgen van deze armoede zie je in de volgende filmpjes...

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Wie zijn rijk?
📍Blanken
📍Aziaten

—> hoog opgeleid
—> goede banen
—> wonen in de grote steden

Slide 11 - Slide

The American Dream?
  • De Amerikaanse Droom: iedereen is gelijk en als je hard werkt kan iedereen rijk worden
  • Veel immigranten willen hun American Dream waarmaken
  • Maar is die droom nog wel haalbaar voor iedereen?
  • Juist in Amerika zijn er grote verschillen tussen arm en rijk...
                      

Slide 12 - Slide

NIGERIA

Oppervlakte: 23 x NL

Inwoners:190 miljoen





Hoofdstad: Abuja

Slide 13 - Slide

Bevolking
* Het zuiden is dichts bevolkt
* Veel bevolkingsgroepen, 500 verschillende talen
*Officiële taal: Engels (een voormalige Engelse kolonie)

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Lagos
* De snelst groeiende metropool op aarde. 21 mil inwoners, de grootste stad van Afrika.
* De meesten mensen  leven van minder dan één dollar per dag.

Slide 17 - Slide

* Belangrijkste bron van inkomen is olie

Slide 18 - Slide

De overheid verdeelt olie-inkomens slecht.
Hoge werkloosheid, daarom veel informele sector.

Slide 19 - Slide

Vervuiling door de oliewinning

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Corruptie en slecht bestuur

Slide 22 - Slide

Rijke elite
Meer dan de helft van de bevolking leeft in armoede

Slide 23 - Slide

        Helft van de                  bevolking             werkt  in     (extensieve)
landbouw

Slide 24 - Slide

Hispanics
Blanken
Aziaten
Afro-Amerikanen
Arme Amerikanen
Rijke Amerikanen

Slide 25 - Drag question

Wat laat de lorenzcurve zien?
A
Het aantal inwoners in een land
B
Het BNP per inwoner in een land
C
De inkomensverdeling in een land
D
De welvaart van een land

Slide 26 - Quiz

Waarom blijft de bevolking van Nigeria arm?
A
3 grote verschillende klimaten
B
Shell is de baas
C
Door corruptie
D
Door slecht bestuur

Slide 27 - Quiz

Van welk land was Nigeria tot 1960 een kolonie?
A
Nederland
B
Engeland
C
Frankrijk
D
Duitsland

Slide 28 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Nigeria?
A
Lagos
B
Port Harcour
C
Porto Novo
D
Abuja

Slide 29 - Quiz

Door welke twee belangrijke cultuurkenmerken kun je niet goed spreken van dé Nigeriaan?
A
500 talen
B
2 grote geloven
C
3 klimaten
D
15 cultuurgebieden

Slide 30 - Quiz

Arbeidsmigratie kan ook leiden tot een braindrain. Hoe dan?
A
Goed opgeleide mensen gaan werken in het buitenland
B
Goed opgeleide mensen komen naar jouw land
C
Mensen die ergens anders hebben gestudeerd keren terug.
D
Goed geschoold personeel gaat dáár werken waar het werk is.

Slide 31 - Quiz

In welke sector is een boer werkzaam?
A
Primaire sector
B
Secondaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 32 - Quiz

In arme landen werken de meeste mensen in de ...
A
dienstensector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
primaire sector

Slide 33 - Quiz

In welke sector is een leraar werkzaam?
A
Primaire sector
B
Secondaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 34 - Quiz

Geboortecijfer: 10‰
Sterftecijfer: 7‰
Vraag: wat is de natuurlijke bevolkingsgroei?
A
10‰
B
3‰
C
7‰
D
17‰

Slide 35 - Quiz

Als jij aan het oppassen bent op je buurjongens of -meisjes valt dit dan onder de formele of informele sector?
A
Formeel omdat ik het iedere week doe
B
Informeel omdat ik niet officieel doorgeef dat ik er geld voor krijg
C
Formeel omdat ik ze een tikkie stuur
D
Informeel omdat ik geen diploma heb

Slide 36 - Quiz