Het andere geslacht

Het andere geslacht
Waaraan denk je bij dit thema?

Noteer het op een post-it!
1 / 17
next
Slide 1: Slide
GodsdienstMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with text slides.

Items in this lesson

Het andere geslacht
Waaraan denk je bij dit thema?

Noteer het op een post-it!

Slide 1 - Slide

Verschillen jongens echt zo veel van meisjes?

Roze briefje = meisjes/vrouwen

Blauwe briefje = jongens/mannen

Slide 2 - Slide

Waarom ben je wel of niet tevreden 
om een jongen of een meisje te zijn?

Slide 3 - Slide

Meisje of jongen? p2
Vul in met 
meisjes
jongens
mannen
vrouwen
zonen 
dochters

Slide 4 - Slide

Hoe zag de rolverdeling tussen man en vrouw er 100 jaar geleden uit?

Slide 5 - Slide

Worden jongens nog altijd anders opgevoed dan meisjes?

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Ik ken...

enkele redenen die wetenschappers geven voor het verschil tussen jongens en meisjes.

  • bij de eerste mensengroepen hadden mannen en vrouwen verschillende taken.

  • mannen gingen op jacht en verdedigden de groep tegen gevaar--> beter in de weg zoeken 

  • vrouwen zochten naar eten, daarvoor moesten ze overleggen en samenwerken --> beter in contacten met mensen

  • kinderen bleven in de buurt van de vrouwen.

Slide 8 - Slide

  • ouders moedigen of moedigden hun zonen aan om zich niet te laten doen

  • vroeger moesten jongens stoer zijn en niet huilen

  • meisjes moesten problemen oplossen door erover te praten

  • ....

Slide 9 - Slide

Ik kan...
nadenken over redenen die aangeven waarom ik (niet) blij ben een meisje/jongen te zijn. 

Slide 10 - Slide



Van jongen naar man, van meisje naar vrouw p 3

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Duid aan in groen:
De antwoorden die je zelf hebt ondervonden of meegemaakt.
Duid aan in rood:
De antwoorden die je anders of niet ervaren hebt. 

Slide 13 - Slide

Van kind naar puber p4
veranderingen op allerlei vlakken:
uiterlijk
innerlijk

Dit voelt soms eng of raar aan.

Slide 14 - Slide

We bekijken een aflevering van Dr Bea.

Slide 15 - Slide

Noteer wat jou bekend voorkomt.

Dingen die je als ongemakkelijk ondervindt. (uiterlijk-innerlijk)

 
Dingen die je oké vindt.(uiterlijk-innerlijk)

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link