• What is LessonUp
  • Search
  • Channels
  • AI tools

    Beta

‹Return to search

Meervoud (A1 deel 1)

Het meervoud
1 / 55
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 55 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Het meervoud

Slide 1 - Slide

Het meervoud
Eén is enkelvoud
Twee of meer is meervoud

Slide 2 - Slide

Meervoud
Het meervoud in het Nederlands

-en
-s

Slide 3 - Slide

wie doet een kwisje?

Slide 4 - Slide

wordwall.net

Slide 5 - Link

meervoud +en

Slide 6 - Slide

voet - voeten
Zo maak je het meervoud:
                      een voet - twee voeten
                      een wang - twee wangen
                      een arm - twee armen
                      en tand - tien tanden

Je maakt het meervoud vaak met -en

Slide 7 - Slide

woorden met een korte klank
een pan - vier pannen - pannenkoeken
een lip - twee lippen
een zus - vijf zussen
een bed - drie bedden

Slide 8 - Slide

lange en korte klanken
a
e
i
o
u
aa
ee
(ie)
oo
uu
korte klanken
lange klanken

Slide 9 - Slide

Wat is het meervoud van bord?

Slide 10 - Open question

Wat is het meervoud van taart?

Slide 11 - Open question

Wat is het meervoud van kip?

Slide 12 - Open question

Wat is het meervoud van hand?

Slide 13 - Open question

wie doet een kwisje?

Slide 14 - Slide

wordwall.net

Slide 15 - Link

Een lange klank
Het enkelvoud   heeft twee dezelfde klinkers 

één been        - twee benen
één oog          - twee ogen
één muur       - vier muren
één raam        - vijf ramen 

Slide 16 - Slide

Let op! de -f en de -s
Is de laatste letter een f ? 
-> Je schrijft het meervoud met een v.
                                     
                                     een neef - twee neven
                                     een vijf - vijf vijven 



5

Slide 17 - Slide

Let op! de -f en de -s
Is de laatste letter een s ? 
-> Je schrijft het meervoud met een z :

                                         een huis - veel huizen
                                         een muis - twee muizen 

Slide 18 - Slide

lange en korte klanken
a
e
i
o
u
aa
ee
(ie)
oo
uu
korte klanken
lange klanken

Slide 19 - Slide

Wat is het meervoud van brief?

Slide 20 - Open question

Wat is het meervoud van straat?

Slide 21 - Open question

Wat is het meervoud van doos?

Slide 22 - Open question

Wat is het meervoud van school?

Slide 23 - Open question

meervoud met -s

Slide 24 - Slide

MEERVOUD met -S
Na -e, -el, -en, -em  en  -er  schrijf je een -s in het meervoud.

een meisje - twee meisjes
een sleutel - twee sleutels
een jongen - drie jongens
een bezem - drie bezems
een dokter - vier dokters
de lepels

Slide 25 - Slide

Wat is het meervoud van winkel?

Slide 26 - Open question

Wat is het meervoud van ijsje?

Slide 27 - Open question

Wat is het meervoud van badkamer?

Slide 28 - Open question

Wat is het meervoud van oven?

Slide 29 - Open question

Wat is het meervoud van jongen?

Slide 30 - Open question

Wat is het meervoud van vinger?

Slide 31 - Open question

Hebben jullie nog vragen?

Slide 32 - Open question

wie doet een kwisje?

Slide 33 - Slide

wordwall.net

Slide 34 - Link

nu alles door elkaar

Slide 35 - Slide

tafel
A
tafels
B
tafelen
C
tafellen
D
tafen

Slide 36 - Quiz

badkamer
A
badkameren
B
badkamerren
C
badkamers
D
baddenkamer

Slide 37 - Quiz

vliegtuig
A
vliegtuigs
B
vliegtuigen
C
vliegtuiggen
D
vliegentuig

Slide 38 - Quiz

bus
A
busen
B
bussen
C
buss

Slide 39 - Quiz

druif
A
druifs
B
druifen
C
druiffen
D
druiven

Slide 40 - Quiz

trap
A
traps
B
trapen
C
trappen

Slide 41 - Quiz

kaas
A
kaasen
B
kaazen
C
kasen
D
kazen

Slide 42 - Quiz

bal
A
bals
B
balen
C
ballen

Slide 43 - Quiz

soms is Nederlands moeilijk
korte en lange klanken

Slide 44 - Slide

poot
A
poots
B
pooten
C
poten
D
potten

Slide 45 - Quiz

pot
A
poten
B
potten
C
pots

Slide 46 - Quiz

boom
A
boomen
B
bomen
C
bommen
D
booms

Slide 47 - Quiz

bom
A
bomen
B
bommen
C
boms

Slide 48 - Quiz

beek
A
beeken
B
beken
C
beeks
D
beekken

Slide 49 - Quiz

bek
A
beken
B
bekken
C
beks

Slide 50 - Quiz

mees
A
meesen
B
meezen
C
mesen
D
mezen

Slide 51 - Quiz

mes
A
mesen
B
messen
C
mezen
D
mezzen

Slide 52 - Quiz

wie doet een kwisje?

Slide 53 - Slide

wordwall.net

Slide 54 - Link

hoeveel punten geef je jezelf?

0100

Slide 55 - Poll

More lessons like this

Meervoud A1

January 2024 - Lesson with 34 slides
NT2ISK

Meervoud A1

October 2024 - Lesson with 36 slides
NT2ISK

Taalcompleet thema 5.4, 5.6 en 5.10 (meervoud)

December 2022 - Lesson with 30 slides
NT2Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Meervoud A1

August 2024 - Lesson with 31 slides
NT2ISK

Meervoud

December 2023 - Lesson with 24 slides
NT2Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Meervoud A1

September 2024 - Lesson with 30 slides
NT2Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Taalcompleet thema 5.4, 5.6 en 5.10 (meervoud)

March 2023 - Lesson with 20 slides
NT2Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Meervoud begin / uitleg

February 2023 - Lesson with 22 slides
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1
LessonUp
TermsPrivacy StatementCookie StatementContact
English

Our Cookies

We use cookies to improve your user experience and offer you personalized content. By using Lessonup you agree to our cookie policy.

Change settings