3.4 Gevestigde partijen in het nauw

3.3 Ontzuiling en verdere democratisering
1965-2001
Gevolgen van de toenemende welvaart vanaf de jaren 1960:
- ontstaan consumptiemaatschappij
- verdere uitbouw verzorgingsstaat
- geloof wordt minder belangrijk
- ontzuiling
- individualisme
1 / 17
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

3.3 Ontzuiling en verdere democratisering
1965-2001
Gevolgen van de toenemende welvaart vanaf de jaren 1960:
- ontstaan consumptiemaatschappij
- verdere uitbouw verzorgingsstaat
- geloof wordt minder belangrijk
- ontzuiling
- individualisme

Slide 1 - Slide


Gevolgen voor politiek:
- confessionele partijen verliezen 
   aanhang -> vormen nieuwe partij:    
   CDA
- nieuwe partijen opgericht die meer 
   inspraak eisen; D66
Verkiezingsuitslagen 1963- 1994

Slide 2 - Slide

Paarse kabinet

In 1994 vormen PvdA, VVD en D66 een regering onder leiding van minister- president Kok (PvdA) -> Paarse kabinet


Voor het eerst sinds 1917 geen confessionele partij meer in de regering
Wim Kok
Minster- president tussen 1994-2002

Slide 3 - Slide

3.4 gevestigde partijen in het nauw (vanaf 2001)
- vanaf 2001 opkomst nieuwe 
   partijen; nieuwe stroming het    
   populisme:
   
Politiek- maatschappelijke stromingen die zeggen dat ze opkomen voor 'het volk' en tegen de elite strijden.

Slide 4 - Slide


Oorzaken opkomst populisme
- bezuigingen op de verzorgingsstaat
- ontstaan multiculturele 
   samenleving
- toenemende Europese 
   samenwerking

Veel mensen voelen zich in de steek gelaten en voelen zich bedreigd door komst immigranten
   

Slide 5 - Slide

6 mei 2002 Moord op lijsttrekker LPF Pim Fortuyn; LPF haalt grote winst bij verkiezingen, groot verlies bij regeringspartijen (Paarse kabinet)

Slide 6 - Slide

2 november 2004 Moord Theo van Gogh;  
Geert Wilders richt nieuwe partij op Partij voor de Vrijheid (PVV)

Slide 7 - Slide


Verkiezingen 2017
- PVV 2e partij van Nederland
- traditionele partijen verliezen  
   steeds meer aanhang
- veel nieuwe partijen; versplintering

Slide 8 - Slide

In 1967 verloren de confessionelen voor het eerst sinds de invoering van het algemeen kiesrecht hun meerderheid.
Welke sociaal- culturele verandering was hiervan de oorzaak?
A
De toenemende welvaart
B
Het geloof werd steeds minder belangrijk
C
De stijgende lonen
D
Het ontstaan van de consumptiemaatschappij

Slide 9 - Quiz

In welke partij gingen deze traditionele confessionele partijen (ARP, CHU en KVP) in 1977 op?
A
D66
B
VVD
C
PvdA
D
CDA

Slide 10 - Quiz

Uit welke partijen bestond het Paarse kabinet?
A
CDA, PvdA en VVD
B
CDA en VVD
C
PvdA, VVD en D66
D
D66, VVD en CDA

Slide 11 - Quiz

Waarom was het Paarse kabinet bijzonder?
A
Voor het eerst zat er sinds 1917 geen confessionele partij in de regering
B
Voor het eerst zat D66 in de regering
C
Voor het eerst werkten socialisten samen met een confessionele partij
D
Voor het eerst was er een vrouwelijke minister- president

Slide 12 - Quiz

Tot welke politiek-maatschappelijke stroming horen partijen als de LPF, PVV en Forum voor Democratie?
A
Socialisme
B
Populisme
C
Liberalisme
D
Confessionalisme

Slide 13 - Quiz

Wat was geen oorzaak voor de opkomst van populistische partijen vanaf 2001?
A
Bezuinigingen op de verzorgingsstaat
B
Het ontstaan van de multiculturele samenleving
C
Toenemende Europese samenwerking
D
De toenemende welvaart

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

PO historisch betoog
Welke personen of gebeurtenissen zijn belangrijk geweest voor het ontstaan van de rechtsstaat en de democratie in Nederland?
Dit is allemaal terug te vinden in Magister (ELO;opdrachten) bijlage 2 open opdracht (bijlage 2) of gestructureerde opdracht (bijlage 3)

Slide 16 - Slide

Personen
Gebeurtenissen
Johan Thorbecke
Oprichting Bataafse Republiek
Abraham Kuyper
Oprichting SDAP
Aletta Jacobs
Invoering algemeen kiesrecht
Anton Mussert
Verzet Provo tegen huwelijk Beatrix
Willem Drees
Moord op Pim Fortuyn
Pieter Cort van der Linden
Moord op Theo van Gogh

Slide 17 - Slide