Maandag 30 januari paragraaf 8.1

Welkom
Ga rustig zitten. Pak alvast je boek pen en rekenmachine.

Je jas is aan de kapstok en je telefoon uit het zicht.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
Ga rustig zitten. Pak alvast je boek pen en rekenmachine.

Je jas is aan de kapstok en je telefoon uit het zicht.

Slide 1 - Slide

Vandaag
- Verkeerde hoofdstuk begonnen. (even uitleggen)
- uitleg van paragraaf 8.1
- zelfstandig werken aan paragraaf 8.1
- afsluiten van de les.

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
je weet het verschil tussen informele - en formele productie
je kunt de drie productiefactoren opnoemen
je kunt de drie productiefactoren herkennen in een verhaal.

Slide 3 - Slide

Formele productie

Voor dit werk krijg je betaalt en wat je verdiend staat geregistreerd.




Voorbeelden?
Informele productie

Voor dit werk krijg je niet betaalt (of wel, maar dan zwart). En dit werk staat niet geregistreerd.

Voorbeelden?


PS: zwart werken mag niet.

Slide 4 - Slide

Productiefactoren
Je hebt drie productiefactoren nodig om te produceren:

- Arbeid
- Kapitaal
- Natuur

Slide 5 - Slide

Voorbeeld
Een bakker (arbeid) bakt broden in een bakkerij. Hij gebruikt daarvoor een oven (kapitaal) en graan (natuur).

Wat denk jij, heb je ALTIJD de drie productiefactoren nodig?

Slide 6 - Slide

Nee
Je hebt niet altijd de drie productiefactoren nodig om te produceren. 


Slide 7 - Slide

Kapitaal (goederen)
Kapitaal is de lastigste van de drie productiefactoren.

Dit komt erop neer dat dit de hulpmiddelen zijn om te produceren, zoals machines, computer, een schoffel, etc.

Slide 8 - Slide

Zelfstandig werken
Maken paragraaf 8.1 (bladzijde 86, 87 en 88)

Slide 9 - Slide

ik kan drie productiefactoren opnoemen
😒🙁😐🙂😃

Slide 10 - Poll

Het verschil tussen formele productie en informele productie weet ik
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Poll