Thema 6 - les 3 en 4 - spreek- en schrijftaal

Welke tekst hoort bij het plaatje?
1 / 21
next
Slide 1: Drag question

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welke tekst hoort bij het plaatje?

Slide 1 - Drag question

Geachte leerlingen.
Vandaag zal ik u wederom belasten met een fraaie taalles.


Slide 2 - Slide

lesdoel
Ik weet wat het verschil tussen spreektaal en schrijftaal is.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Welke zin staat in spreektaal?
A
Ik heb een griepje.
B
U bent besmet met een virus.
C
Wij verwijzen u door naar de arts.

Slide 6 - Quiz

Spreektaal of schrijftaal?
k ga, uhm, straks op de computer een spelletje spelen.
A
spreektaal
B
schrijftaal

Slide 7 - Quiz

Spreektaal of schrijftaal?
Een computerspelletje kan soms heel leerzaam zijn.
A
spreektaal
B
schrijftaal

Slide 8 - Quiz

Spreektaal of schrijftaal?
Dit is een lastig level en niet iedereen komt zo ver.
A
spreektaal
B
schrijftaal

Slide 9 - Quiz

Spreektaal of schrijftaal?
Poe hee, wat een lastig level is dit.
A
spreektaal
B
schrijftaal

Slide 10 - Quiz

Spreektaal of schrijftaal?
A
spreektaal
B
schrijftaal

Slide 11 - Quiz

Spreektaal of schrijftaal?
A
spreektaal
B
schrijftaal

Slide 12 - Quiz

Spreektaal of schrijftaal?
A
spreektaal
B
schrijftaal

Slide 13 - Quiz

SCHRIJFTAAL
SPREEKTAAL

Slide 14 - Drag question

Sleep de antwoorden naar de goede plek!
controleer
verbeter
Klopt
lees

Slide 15 - Drag question

Hee, mijn beurt! Sla gauw op.
A
spreektaal
B
schrijftaal

Slide 16 - Quiz

Ja bijna! MMMM, ah, nee, net niet. Game over
A
spreektaal
B
schrijftaal

Slide 17 - Quiz

Veel computerspelletjes zijn heel leerzaam.
A
spreektaal
B
schrijftaal

Slide 18 - Quiz

Spreektaal of schrijftaal?
SPREEKTAAL
SCHRIJFTAAL
Hey, die Dave
Doei
Goedemorgen
ehm, alles goed
zeg maar
Beste Dave
tssss
met vriendelijke groet
hoe is ie!

Slide 19 - Drag question

taal
Thema 6 les 4
blz. 30
Juf legt de opdrachten uit!

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Link