days & months & dates

Grammar - days & months
1 / 42
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Grammar - days & months

Slide 1 - Slide

I know (how to write) all days of the week
I know (how to write) all months of the year
Ik weet hoe ik de dagen van de week & de maanden van het jaar moet schrijven

Slide 2 - Slide


Explanation days/months

Grammar Quiz

Check homework


PLAN

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

easy peasy
but... how to WRITE the names of the days???
page 64

Slide 7 - Slide

j
o
t

d
o
w
n
u
n
d
e
r
l
i
n
e

Slide 8 - Slide

Monday
Tuesday
Wednesday
Thursday
Friday
Saturday
Sunday

Slide 9 - Drag question

page 64

Slide 10 - Slide

easy peasy
but... how to WRITE the names of the months???
page 64

Slide 11 - Slide

j
o
t

d
o
w
n
u
n
d
e
r
l
i
n
e

Slide 12 - Slide

j
o
t

d
o
w
n
u
n
d
e
r
l
i
n
e

Slide 13 - Slide

January
May
February
August
June
March
April
July
September
October
November
December
januari
mei
juli
februari
augustus
juni
maart
april
september
oktober
november
december

Slide 14 - Drag question

Datum uitspreken





THE
RANGTELWOORD
OF
MAAND
THE
TWENTIETH
OF
APRIL

Slide 15 - Slide

RANGTEL-WOORDEN?
LET'S RECAP!

Slide 16 - Slide

Rangtelwoorden (blz. 59)

Slide 17 - Slide

zaterdag 2 februari




DAG
THE
RANGTELWOORD
OF
MAAND
Saturday
the
second
of
February

Slide 18 - Slide

maandag 1 maart




DAG
THE
RANGTELWOORD
OF
MAAND
Monday
the
first
of
March

Slide 19 - Slide

dinsdag 30 augustus




DAG
THE
RANGTELWOORD
OF
MAAND
Tuesday
the
thirtieth
of
August

Slide 20 - Slide

hoe zeg je:
donderdag 18 juni

Slide 21 - Open question

hoe zeg je:
zondag 21 mei

Slide 22 - Open question

hoe zeg je:
woensdag 13 januari

Slide 23 - Open question

Slide 24 - Slide

hoe zeg je:
vrijdag 28 oktober

Slide 25 - Open question

Slide 26 - Slide

My birthday is on...
(schrijf op hoe je het zegt)

Slide 27 - Open question

Practice!
check vocab words page 63

Slide 28 - Slide

Drag the white boxes to the red ones.
There are two extra words!
timer
1:30
be lucky
mean
take
pick up
thank
too
after
so
geluk hebben
na
brengen
ophalen
echt
menen
dus
lief
bedanken
te

Slide 29 - Drag question

I've got two Polar Bears....
(kaartjes)

Slide 30 - Open question

We can go ....!
(samen)

Slide 31 - Open question

Do you ..... mean that?
(echt)

Slide 32 - Open question

My dad can take us there and pick us up after the..... (optreden)

Slide 33 - Open question

Slide 34 - Slide

STUDY - DAYS AND MONTHS (PAGE 64)

Slide 35 - Slide

Well done!

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video

Slide 39 - Video

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Link

Slide 42 - Link