VWO 5 Hormonen Les 4 en 5: Calcium en Glucose

Calcium en glucose in je bloed
Hfst. 13: Hormonen
§3 en 4 Regeling glucoseconcentratie
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Calcium en glucose in je bloed
Hfst. 13: Hormonen
§3 en 4 Regeling glucoseconcentratie

Slide 1 - Slide

Al besproken
  • hormonen (§12.1 en §13.1)
  • negatieve terugkoppeling (§12.1 en §13.1)
- glycolyse en gluconeogenese

Slide 2 - Slide

Deze les
- botopbouw en afbraak
- regeling bloedsuikerspiegel door:
  • hormonen
  • lever
  • spieren

Slide 3 - Slide

Negatieve 
terugkoppeling

Slide 4 - Slide

Positieve 
terugkoppeling

Slide 5 - Slide

Regeling calcium
Calcium is nodig voor:
  • stevige botten
  • secondmessenger
  • overdracht impulsen
  • samentrekken spieren

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Regeling calcium
Betrokken hormonen:
  • Ca2+ gehalte in het bloed: PTH en calcitonine (zijn antagonisten)

  • Botopbouw en/of afbraak: PTH, calcitonine en oestrogeen of testosteron.

Slide 8 - Slide

Regeling calcium
Zie dit als een examenonderwerp: 
  • wat soort vragen kun je verwachten?
  • waar haal je de informatie vandaan?

Doe dit door een keuze te maken in de vragen,
Stof is makkelijk? Dan: opdr. 23 en 29

Stof is moeilijk? Dan: opdr. 22, 23, 28

Slide 9 - Slide

Glucose
Glucose energiebron van de cel

Teveel glucose (na maaltijd) > opslag in glycogeen (door lever en spieren)

Te weinig glucose > afbraak glycogeen

Slide 10 - Slide

Hormonen
Alvleesklier regelt suikerspiegel door hormonen glucagon en insuline.
Organen reageren op deze hormonen.

Glucagon zorgt voor afbraak glycogeen door lever en spieren.
Daarnaast afbraak vetten.

Slide 11 - Slide

Glucose
Insuline zorgt voor opname glucose door lichaamscellen. Lever en spiercellen vormen glycogeen.

Vetcellen nemen meer vetten op.

Glucosewaarde daalt > lagere productie insuline.

Slide 12 - Slide

Diabetes
Diabetes type 1: geen vorming insuline > geen daling bloedsuiker

Diabetes type 2: receptoren minder gevoelig voor insuline.

Slide 13 - Slide

Door welke stof word glucose omgezet in glycogeen?

A
Suiker
B
Insuline
C
glucagon
D
Glycogeen

Slide 14 - Quiz

Je bent aan het sporten. Wat gebeurt met het glycogeen en je glucose gehalte?
A
glycogeen daalt glucose stijgt
B
glycogeen stijgt glucose stijgt
C
glycogeen daalt glucose daalt
D
glycogeen stijgt glucose daalt

Slide 15 - Quiz

Adrenaline zet glycogeen om in glucose. Welk ander hormoon ken je die dit ook doet?
A
cortisol
B
insuline
C
glycogeen
D
glucagon

Slide 16 - Quiz

Wie heeft diabetes?
Michel of Monique?
A
Michel
B
Monique

Slide 17 - Quiz

Wie krijgen diabetes type 1 meestal
A
Ouderen
B
Kinderen
C
Pubers

Slide 18 - Quiz

.... komt veel voor bij mensen met overgewicht die weinig bewegen
A
diabetes type 1
B
diabetes type 2

Slide 19 - Quiz

Hormonen regelen veel...
  • afkoelen en opwarmen
  • water vasthouden of meer afgeven
  • honger of gevoel van verzadiging
  • zuurstoftekort

Slide 20 - Slide

Hormonen regelen veel...

  • afkoelen en opwarmen: "Reactie op kou" BINAS 87B, 89C (§13.5)
  • water vasthouden of meer afgeven "ADH en waterregulatie" BINAS 85D (§13.5)
  • honger of gevoel van verzadiging "Hormonen en voedselvetering"
  • zuurstof tekort "reactie op zuurstof tekort"

Doel is om overzichtelijk te maken wat er precies gebeurt: regelkring.

Groepen van 3/4

Zoek uit per onderwerp:
  • waarom is deze regeling belangrijk? Wat gaat er anders mis?
  • welke hormonen zijn betrekken en is dit in BINAS terug te vinden?
  • waar vindt de terugkoppeling plaats? en negatief of positieve terugkoppeling?
  • bedenk een controlevraag waarmee je test of men het begrepen heeft (mag vraag uit het boek zijn)






Slide 21 - Slide