Rekenles meten en meetkunde

Rekenen
Meten en meetkunde
1 / 16
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Rekenen
Meten en meetkunde

Slide 1 - Slide

In 1 liter gaan...
A
1000 cl
B
10 ml
C
100 cl
D
10 cl

Slide 2 - Quiz

1 kilo is hetzelfde als
A
10 gram
B
100 gram
C
1.000 gram
D
10.000 gram

Slide 3 - Quiz

Als je een ton wint in een loterij, dan win je:
A
€ 1.000,-
B
€ 10.000,-
C
€ 1.000.000
D
€ 100.000,-

Slide 4 - Quiz

Een hectometerpaaltje staat om de
A
10 meter
B
100 meter
C
1.000 meter
D
150 meter

Slide 5 - Quiz

Adin heeft in een emmer de regen opgevangen van oktober. Hij is benieuwd hoeveel centiliter er gevallen is. Hij kan 7 maatbekers vullen van 10 milliliter. Hoeveel ml regen is er gevallen? Hoeveel centiliter is dat?

Slide 6 - Open question

In Zwolle wordt een nieuw bos aangelegd in de vorm van een rechthoek. Het bos zal 20 bij 12 meter worden. Wat is de omtrek? En wat is de oppervlakte?

Slide 7 - Open question

In de herfst gaat Dania vaak in het bos wandelen. Deze week heeft zij drie dagen een wandeling gemaakt. Op de eerste dag heeft ze 800 meter gelopen. Op de tweede dag 1300 meter en op de laatste dag 1,6 kilometer. Hoeveel kilometer heeft Dania in totaal gelopen?

Slide 8 - Open question

Biek gaat om 11:53 weg om kastanjes te zoeken. Amber ging 63 minuten eerder al weg. Hoe laat ging Amber weg?

Slide 9 - Open question

Gijs heeft een achtertuin van 8 bij 5 meter. Wat is de oppervlakte van Gijs zijn tuin?

Slide 10 - Open question

Byé en Amira hebben allebei een pompoen meegenomen naar school. De pompoen van Amira is 1,2 decimeter groter dan de pompoen van Byé. Hoeveel centimeter is de pompoen van Amira groter?

Slide 11 - Open question

Vier kinderen uit groep 7 hebben eikels verzameld. Samen hebben ze 2,5 kilo verzameld. Sem heeft 800 gram gevonden. Fiene heeft 500 gram en Aidan heeft 600 gram verzameld. Hoeveel gram heeft Denzel verzameld?

Slide 12 - Open question

Thijn en Ilyas zijn op vakantie. Ze hebben een kaart voor zich. Ze moeten van de camping waar ze nu staan naar de speeltuin lopen. Op de kaart is de afstand tussen de camping en de speeltuin 50 centimeter. Onderin op de kaart staat de schaal 1:20. Hoeveel meter moeten Ilyas en Thijn lopen om bij de speeltuin te komen?

Slide 13 - Open question

Anouar heeft soep gemaakt die hij in de klas gaat uitdelen. In zijn klas zitten 23 kinderen en ieder kind krijgt 200 ml soep. Hoeveel liter soep moet Anouar maken?

Slide 14 - Open question

Marlieke is samen met Karlijn gaan hardlopen in het bos. In een half uur tijd hebben ze 5 kilometer gelopen. Hoe snel hebben Karlijn en Marlieke gelopen?

Slide 15 - Open question

Isa en Charlotte hebben allebei een paddenstoel meegenomen die ze vonden in het bos. De paddenstoel van Isa weegt 330 mg. De paddenstoel van Charlotte weegt 0,33 g. Welke paddenstoel is het zwaarste?

Slide 16 - Open question