H2.2 - Les 5: Rivieren van ijs

Van de bergen
naar de zee



H2.2: Rivieren van ijs



1 / 30
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Van de bergen
naar de zee



H2.2: Rivieren van ijs



Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?

* Uitleg rivieren van ijs deel 2
* Aantekeningen

Slide 2 - Slide

Alpen: Jong of oud?
A
Jong
B
Oud

Slide 3 - Quiz

De Alpen is een ....
A
Middelgebergte
B
Laagland
C
Hoogvlakte
D
Hooggebergte

Slide 4 - Quiz

Lesdoelen van vorige les
  1. Je kunt uitleggen hoe een gletsjer ontstaat, gebruik hiervoor de volgende begrippen: neerslag, firn, firnbekken en gletsjer.
  2. Je kunt 3 soorten morenen benoemen met de juiste locatie bij een gletsjer.

Slide 5 - Slide

4
1. Firnbekken
2. Gletsjer
3. Gletsjerpoort
4. Zijmorenen

Slide 6 - Slide

1. Gletsjerpoort
2. Eindmoreen
3. Glacier-fed river
4. Lateral moraine
5. Glacier

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

MORAINES

Slide 9 - Slide

Je kunt uitleggen hoe een gletsjer ontstaat, gebruik hiervoor de volgende begrippen: neerslag, firn, firnbekken en gletsjer (B87).


firn
 - korrelige, overjarige en ijsachtige sneeuw.
firnbekken - Een verzameling overjarige sneeuw hoog in de bergen.

Slide 10 - Slide

Doelen van vandaag
  1. Je kunt de verschillen in ontstaanswijze tussen een U-vormig dal en een V-
    vormig dal uitleggen
  2. Je kunt de begrippen gletsjertunnel, gletsjerpoort en een gletsjerrivier met elkaar
    in verband brengen
  3. Je kunt uitleggen hoe het verweringsmateriaal wordt meegevoerd door  verschillende transporteurs (B83).

Slide 11 - Slide

V-dal

U-dal


Slide 12 - Slide

Kenmerken van een 
V-dal 

*Steile wanden komen samen in de rivier
*Geen dalbodem
*Door de rivier slijt het dal steeds dieper uit in een V

Slide 13 - Slide

Kenmerken van een 
U-dal 

*Hoge steile wanden
*Vlakke brede bodem/dal
*Door een gletsjer slijt het dal uit in een U

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

H2.2: Rivieren van ijs

Slide 16 - Slide

Je kunt de begrippen gletsjertunnel, gletsjerpoort en een gletsjerrivier met elkaar in verband brengen

Slide 17 - Slide

Leg uit hoe verweringsmateriaal kan worden vervoerd (transport)

Slide 18 - Open question

Een gletsjer zorgt voor
A
Verwering
B
Erosie
C
Beide
D
Sneeuw

Slide 19 - Quiz

Dit dal is gevormd door een...
A
Gletsjer
B
Rivier

Slide 20 - Quiz

Een gletsjer ontstaat in een ...
A
morene
B
dal
C
firnbekken
D
gletsjertunnel

Slide 21 - Quiz

Wat is de juiste volgorde?
A
Neerslag in ijstijd -> sneeuw -> firn -> firnbekken -> begin gletsjer
B
Neerslag in ijstijd -> sneeuw -> begin gletsjer -> firn -> firnbekken
C
Firnbekken -> Neerslag in ijstijd -> sneeuw -> begin gletsjer -> firn

Slide 22 - Quiz

Dit dal is geërodeerd door een...
A
Rivier
B
Gletsjer

Slide 23 - Quiz

wanneer lag er in Nederland een grote gletsjer?
A
laatste ijstijd
B
voorlaatste ijstijd

Slide 24 - Quiz

Hoe heet hetgene wat een gletsjer mee naar beneden vervoert?
A
Moreno
B
Morene
C
Eindmorene
D
Grondmorene

Slide 25 - Quiz

Wat kan een gletsjer allemaal vervoeren?
A
Vooral klei
B
Vooral zand
C
Vooral grote stenen
D
Alles

Slide 26 - Quiz

Hoog in de Alpen vindt je vooral....
A
gemengde rivieren
B
regenrivieren
C
gletsjer rivieren
D
smeltwaterrivieren

Slide 27 - Quiz

Op deze afbeelding zie je een ....
A
Firnbekken
B
Gletsjertunnel
C
Eindmorene
D
Gletsjer

Slide 28 - Quiz

Hoe noem je de verzamelbekken van sneeuw, hoog in de bergen?
A
Finbekken
B
Fimbekken
C
Firnbekken
D
Gletsjer

Slide 29 - Quiz

Aan de slag!
  • Lezen H2.2
  • Lees ook basisboeknummers 83 en 118.
  • Maak opdracht 7, 8,9 en 10


  • Wanneer je een vraag hebt steek je je vinger op. 
KLAAR? Leer de begrippen van H2


timer
10:00

Slide 30 - Slide