6.1 Europa na Napoleon

1 / 15
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je uitleggen:
  • hoe grote staten in Europa de vrede bewaakten
  • hoe het nationalisme opkwam
  • hoe de Frans-Duitse oorlog ontstond en verliep
  • Hoe de internationale spanningen toenamen



Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Noem de vijf grote mogendheden waarvan de regeringsleiders 1814 en 1815 tijdens het Congres van Wenen afspraken maakten voor de toekomst van Europa.

Slide 4 - Open question

a. Met welk doel kwamen ze later tijdens conferenties bijeen?
b. Wat spraken ze af

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Vul de ontbrekende woorden in:
1 Na 1815 groeide het ..a... wat betekent dat mensen meer liefde kregen voor hun ...b... (volk).
2 Volken in de veelvolkenstaten wilden voor hun volk een eigen ..c... en kwamen daarom in ...d...
3 Door het nationalisme ontstonden drie staten: ..e.. , ..f..., en ...g.....

Slide 7 - Open question

Ga naar geplande opdrachten
maak de opdrachten van 6.1

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

1 Door het nationalisme ontstonden ook oorlogen, zoals de ..a... (1870-1871).
2 Het ..b.. gebied bestond tot 1871 uit grote en kleine onafhankelijke staten.
3 In Pruisen waren de ..c.. (regeringsleider, minister-president) en de ...d.. (tegenstanders van de regering) voorstander van een Duitse natiestaat.
4 In 1871 verloor ..e.. de oorlog.
5 In 1871 vormden ..f... staten samen een natiestaat, die wordt ..g.. genoemd, maar die officieel het
..h.. rijk heette. De koning van Pruisen werd ..i.. van deze nieuwe staat.

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Slide

Kies het juiste woord.
1 Na 1871 werd het nationalisme sterker / zwakker
2 Hierdoor kregen volken meer / minder een hekel aan elkaar.
3 Hierdoor werden de spanningen tussen staten groter / kleiner.

Slide 12 - Open question

Ga naar geplande opdrachten
maak de opdrachten van 6.1

Slide 13 - Slide

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 14 - Open question


Stel 1 vraag over iets dat je deze
les nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 15 - Open question