Let op:
signaalwoorden zijn iets anders dan
verwijswoorden of
betrekkelijk voornaamwoorden.(naar aanleiding van de repetitie)
Signaalwoorden geven een verband aan.
De kat die daar op de vensterbank ligt, is net zo lui als mijn broertje. Hij slaapt ook de halve dag.
signaalwoorden: net... als (vergelijkend)
verwijswoord: hij
betrekkelijk voornaamwoord: die