Thema 2: Herhaling

Biologie
4 HAVO
Thema 2
2021
met Mevr. Platenburg
1 / 39
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Biologie
4 HAVO
Thema 2
2021
met Mevr. Platenburg

Slide 1 - Slide

Ongeslachtelijke voortplanting
Geslachtelijke voortplanting

Slide 2 - Slide

Ongeslachtelijke voortplanting
  • Klonen
  • Stekken, Bollen, Weefselkweek etc
  • Mitose 

Slide 3 - Slide

Stekken is een vorm van ...
timer
1:00
A
geslachtelijke voortplanting
B
ongeslachtelijke voortplanting

Slide 4 - Quiz

Wat is de juiste volgorde van de fases van de celcyclus?

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

In welke fase van de celcyclus vindt de DNA-replicatie plaats?
A
G1-fase
B
S-fase
C
G2-fase
D
M-fase

Slide 7 - Quiz

G1 - fase 
- Afkomstig van 'Gap' 
- Cel 'groeit'en neemt in
   omvang toe: Plasmagroei 
- Controlepunt:  Aan het eind van de fase vindt een controle plaats
   -> Fout gesignaleerd --> Cel gaat dood
   -> Werkt het controlemechanisme niet goed --> Kanker

Slide 8 - Slide

S - fase 
- Er wordt een kopieetje DNA
 gemaakt (DNA-synthese)

-
De kopie blijft vast zitten aan 
het origineel bij het centromeer.
Chromosoom bestaat uit 2 
chromatide

Slide 9 - Slide

G2- fase 
- DNA is al gekopieerd
- Cel bereidt zich voor
  op de M-fase
     -> maakt enzymen
     -> maakt organellen 
- Controlepunt: Aan het eind van de fase vindt een controle plaats

Slide 10 - Slide

M-fase 
- Kerndeling  vindt plaats, 
ook wel mitose genoemd, 

- Celdeling vindt plaats (cytokinese)

- Controlepunt: Aan het eind van de fase vindt een controle plaats

Slide 11 - Slide

G1 fase óf G0-fase
- Cel kan door gaan met
delen (naar de G1 fase)

- Cel kan in rust gaan
(Stoppen met delen ) dan
naar de G0- fase

Slide 12 - Slide

Sluipwespen
Al geruime tijd vindt veel onderzoek plaats naar biologische bestrijding van plaagdieren in de landbouw als alternatief voor chemische bestrijding. Eén van die onderzoeken betreft de bestrijding van rupsen op maïs. Sluipwespen van een bepaalde soort kunnen gebruikt worden als biologisch bestrijdingsmiddel. Zij leggen eitjes in rupsen die van maïsplanten eten. Deze rupsen dienen als voedsel voor de sluipwesplarven. Een maïsplant die aangevreten wordt door rupsen, gaat bepaalde vluchtige (geurende) stoffen uitscheiden: terpenoïden. Bij sluipwespen komt het geslacht anders tot stand dan bij mensen. Het vrouwtje slaat na paring met een mannetje de spermacellen op. Sommige eicellen worden bevrucht, andere niet. Uit bevruchte eicellen ontstaan vrouwtjes, uit onbevruchte eicellen ontstaan mannetjes. Mannetjes zijn altijd haploïd. In het cytoplasma van cellen van sluipwespen kunnen Wolbachia-bacteriën voorkomen. Onder invloed van deze Wolbachia-bacteriën verloopt de eerste mitose van een zich ontwikkelende onbevruchte eicel abnormaal. Hierdoor wordt de cel diploïd. Alle latere celdelingen verlopen normaal.
13. Geef aan welke afwijking in de eerste mitose optreedt. (1 punt)st

Slide 13 - Slide

Sluipwespen
Al geruime tijd vindt veel onderzoek plaats naar biologische bestrijding van plaagdieren in de landbouw als alternatief voor chemische bestrijding. Eén van die onderzoeken betreft de bestrijding van rupsen op maïs. Sluipwespen van een bepaalde soort kunnen gebruikt worden als biologisch bestrijdingsmiddel. Zij leggen eitjes in rupsen die van maïsplanten eten. Deze rupsen dienen als voedsel voor de sluipwesplarven. Een maïsplant die aangevreten wordt door rupsen, gaat bepaalde vluchtige (geurende) stoffen uitscheiden: terpenoïden. Bij sluipwespen komt het geslacht anders tot stand dan bij mensen. Het vrouwtje slaat na paring met een mannetje de spermacellen op. Sommige eicellen worden bevrucht, andere niet. Uit bevruchte eicellen ontstaan vrouwtjes, uit onbevruchte eicellen ontstaan mannetjes. Mannetjes zijn altijd haploïd. In het cytoplasma van cellen van sluipwespen kunnen Wolbachia-bacteriën voorkomen. Onder invloed van deze Wolbachia-bacteriën verloopt de eerste mitose van een zich ontwikkelende onbevruchte eicel abnormaal. Hierdoor wordt de cel diploïd. Alle latere celdelingen verlopen normaal.
13. Geef aan welke afwijking in de eerste mitose optreedt. (1 punt)st

Slide 14 - Slide

Onder invloed van deze Wolbachia-bacteriën verloopt de eerste mitose van een zich ontwikkelende onbevruchte eicel abnormaal. Hierdoor wordt de cel diploïd. Alle latere celdelingen verlopen normaal.
13. Geef aan welke afwijking in de eerste mitose optreedt. (1 punt)

Slide 15 - Open question

Ontwikkelende eicel = haploid
Haploid
Diploid

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Uit de uitleg moet blijken dat beide chromosoom-kopieën/chromatiden in dezelfde cel
blijven.

Slide 18 - Slide

Er vindt celdeling plaats om spiercellen te maken. Is dit mitose of meiose
A
Mitose
B
Meiose

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

In de afbeelding zijn twee chromosomen te zien tijdens enkele stadia in een celdeling.
Is hier sprake van meiose of van mitose?
A
Mitose
B
Meiose
C
Mitose en meiose

Slide 21 - Quiz

Wat is het resultaat van een meiosedeling van een cel?

A
twee diploide geslachstcellen
B
twee haploide geslachtscellen
C
vier diploide geslachtscellen
D
vier haploide geslachtscellen

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Slide

Hieronder zie je een afbeelding van de levensstadia van een andere bloem..

Welke stadia is haploid
en welke diploid?

Slide 24 - Slide

Hieronder zie je een afbeelding van de levensstadia van een andere bloem..

Welke stadia is haploid
en welke diploid?
Diploid
Diploid
Haploid
Haploid

Slide 25 - Drag question

Bevruchting

Slide 26 - Slide

Hormonen
  • Hormonen: regelen allerlei activiteiten (ook het vruchtbaar worden)
  • Hormonen worden gemaakt door hormoonklieren
  • Belangrijke: Hypofyse

Slide 27 - Slide

Houdt het gele lichaam in stand, zorgt voor ovulatie
'zwangerschapshormoon' 
(baarmoederslijmvlies in stand houden
Doet follikel rijpen, 
stimuleert follikel om oestrogeen te produceren

'vruchtbaarheidshormoon' 
stimuleert groei baarmoederslijmvlies, groei borsten, etc.
LH
FSH
Progesteron
Oestrogeen

Slide 28 - Drag question

Welke hormonen moeten worden geremd om nog een ovulatie te voorkomen tijdens een zwangerschap?
A
LH en FSH
B
LH en oestrogeen
C
LH en progesteron
D
FSH en progesteron

Slide 29 - Quiz

Rijpende follikels geven oestrogenen af.

Boven een drempelwaarde stimuleren oestrogenen juist GnRH en dus LH en FSH (positieve terugkoppeling)

-> piek in LH en FSH

Slide 30 - Slide

Waardoor blijft de menstruatie weg tijdens de zwangerschap?

Slide 31 - Open question

Wat is de functie van HCG?
A
Beschermt tegen het immuunsysteem
B
Het houdt het gele lichaam in stand
C
Het houdt het verdikte baarmoederslijmvlies in stand
D
Het zorgt ervoor dat er geen nieuwe follikels gaan rijpen

Slide 32 - Quiz

 Hormonale mannenpil
 Een Australisch onderzoeksteam meldde een verrassende doorbraak in het onderzoek naar een mannenpil. Hun mannenpil verhindert de aanmaak van spermacellen.
De spermatogenese wordt vanaf de puberteit aangedreven door de hypothalamus. Dit orgaan produceert GnRH, het hormoon dat de hypofyse aanzet tot het afgeven van gonadotrope hormonen. Deze hormonen zetten op hun beurt de testes aan tot de productie van spermacellen en testosteron.
In deze mannenpil wordt progesteron gebruikt dat dezelfde remmende werking heeft op de afgifte van GnRH als testosteron.
 Naast progesteron werd nog een geringe dosis testosteron toegediend.

 1p 24 Leg uit dat er vanwege de werking van progesteron ook regelmatig
een dosis testosteron moet worden toegediend aan de proefpersonen.

Slide 33 - Slide


1p 24 Leg uit dat er vanwege de werking van progesteron ook regelmatig
een dosis testosteron moet worden toegediend aan de proefpersonen.

Slide 34 - Open question

Bepaalde menselijke cellen delen gemiddeld elke 24 uur. Uit experimenten blijkt dat de G1- en S-fase samen de helft van de cycluslengte in beslag nemen. Uit microscopisch onderzoek blijkt dat de M-fase een uur duurt.
2p 2 Hoeveel uur duurt de G2-fase in dit geval? Leg je antwoord uit.

Slide 35 - Open question


Sterilisatie
Iemand beweert dat een vrouw na een geslaagde sterilisatie niet meer ongesteld kan worden. Deze bewering is niet juist.
2p 7 Leg uit dat deze bewering niet juist is.

Slide 36 - Open question

Stamcellen

Slide 37 - Slide

Volgens Angeline zijn de spermacellen van de stier stamcellen.
Heeft Angeline gelijk?

A
Ja, want spermacellen kunnen zich niet oneindig vaak delen.
B
Ja, want uit spermacellen kunnen veel verschillende typen cellen ontstaan.
C
Nee, want spermacellen kunnen zich niet oneindig vaak delen.
D
Nee, want uit spermacellen kunnen veel verschillende typen cellen ontstaan.

Slide 38 - Quiz

Stamcellen zijn:
A
Cellen die niet meer kunnen delen
B
Cellen die niet goed meer functioneren
C
Ongedifferentieerde cellen die kunnen blijven delen
D
Ongedifferentieerde cellen die niet meer kunnen delen

Slide 39 - Quiz