M1B Thuisschool Think workbook worksheets unit 5 maandag 22 juni 2020

Even terug naar de vorige lessen
Wat hebben we geleerd? 
Present Simple (negative)   
hoe maken we die ? 
Present Simple (questions) 
hoe maken we die?  
Adverbs of Frequency (bijwoorden van bepaalde tijd) 
weten jullie ze nog?

1 / 25
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Even terug naar de vorige lessen
Wat hebben we geleerd? 
Present Simple (negative)   
hoe maken we die ? 
Present Simple (questions) 
hoe maken we die?  
Adverbs of Frequency (bijwoorden van bepaalde tijd) 
weten jullie ze nog?

Slide 1 - Slide

Present Simple (negative)
Normale zin in de Present Simple:
- I play computer games on Saturdays

Dezelfde zin maar dan in de negatieve vorm:
- I don't play computer games on Saturdays

Slide 2 - Slide

Present Simple (negative) 
Maar hoe zit dat dan met he, she en it? 
Normale zin in de Present Simple:
- She plays the piano on Sundays

Dezelfde zin maar dan in de negatieve vorm:
- She doesn't play the piano on Sundays
Let op: Als je doesn't gebruikt vervalt de 's' achter het ww

Slide 3 - Slide

Present Simple (questions)
Normale zin in de Present Simple:
- We go to school on Mondays

Dezelfde zin maar dan in de vragende vorm: 
- Do we go to school on Mondays?

Slide 4 - Slide

Present Simple (questions) 
Maar hoe zit dat dan met he, she en it? 
Normale zin in de Present Simple:
- She plays the piano on Sundays

Dezelfde zin maar dan in de vragende vorm:
- Does she play the piano on Sundays?
Let op: Als je does gebruikt vervalt de 's' achter het ww

Slide 5 - Slide

Adverbs of frequency
Welke bijwoorden van tijd moet je weten in deze unit?
never = nooit
sometimes = soms
often = vaak
always = altijd

Slide 6 - Slide

Hoe gebruik je deze woorden in een zin?
Bijwoorden van tijd komen op de volgende plekken:
In een zin met:
één werkwoord: voor het werkwoord
- I often go to school by bike.
- Daisy never walks to the store.

Slide 7 - Slide

Uitzondering: het werkwoord 'to be' 
In een zin met een vorm van to be, komt het bijwoord altijd na de vorm van to be:
He is never going to school by bike.
Anne and Peter are often late.
I am always here by 8 o'clock.

Slide 8 - Slide

Maar hoe zit het dan als je twee werkwoorden in een zin hebt?
Na het eerste werkwoord:

Barbara has never seen an elephant.
They will always go to the zoo.

Slide 9 - Slide

We gaan het huiswerk bespreken

Slide 10 - Slide

Grammar & Grammar extension
We gaan de volgende oefeningen behandelen:
Grammar:
oefening 3
oefening 4
Grammar extension:
oefening 1
oefening 2
oefening 3
oefening 6

Slide 11 - Slide

Grammar oefening 3

Slide 12 - Slide

Antwoorden grammar oefening 3
1. Mark doesn't play football.
2. Sara doesn't get up early.
3. We don't go to school by bike.
4. They don't study in the library.
5. My Dad doesn't work on Saturdays.
6 Martina doesn't do her homework on time.
7. We don't eat lunch at school. 

Slide 13 - Slide

Grammar oefening 4

Slide 14 - Slide

Antwoorden grammar oefening 4
1 = B (No, he doesn't)
2 = A (Yes, she does) 
3 = C (Yes, they do)
4 = E (Yes, it does) 
5 = D (No, I don't)

Slide 15 - Slide

Grammar extension oefening 1

Slide 16 - Slide

Antwoorden grammar extension oefening 1
1. My father watches TV after dinner.
2. Jack does his homework in the kitchen. 
3. Mina studies Science and Maths.
4. My mother goes shopping on Saturdays.
5. This lesson finishes at 4 pm. 
6.  Mr. Morgan teaches German.
7. Mariana has lots of friends.

Slide 17 - Slide

Grammar extension oefening 2

Slide 18 - Slide

Antwoorden grammar extension oefening 2
1. We sometimes eat pizza.
2. Joanna is never late for school. 
3. Pete usually gets good marks.
4. They are often busy.
5. Lucia sometimes plays the guitar.

Slide 19 - Slide

Grammar extension oefening 3

Slide 20 - Slide

Antwoorden grammar extension oefening 3
1. Mark doesn't play football.
2. Sara doesn't get up early.
3. We don't go to school by bike.
4. They don't study in the library.
5. My dad doesn't work on Saturdays.

Slide 21 - Slide

Grammar extension oefening 6

Slide 22 - Slide

Antwoorden grammar extension oefening 6
1. Do you play sports? Yes I, do / No, I don't.
2. Do you have a lot of cousins? Yes, I do / No, I don't.
3. Does your teacher give you good marks? Yes, he/she does / No, he/ she doesn't.
4.  Do you friends chat online? Yes, they do / No, they don't.
5. Does your school start at 8 am? Yes, it does / No, it doesn't

Slide 23 - Slide

Vragen of opmerkingen nav het huiswerk?

Slide 24 - Slide

Woensdag 24 juni 2020:
Een hele quiz over alles wat je moet weten (grammatica) over unit 5. Dus ga alvast goed leren zodat je jezelf kunt testen tijdens de laatste lesson up les! Good luck! 

Slide 25 - Slide