Week 1.2

Burgerschap
Het politiek-juridisch domein
1 / 29
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Burgerschap
Het politiek-juridisch domein

Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Nabespreken opdracht vorige week
  • Verdieping parlementaire democratie
  • Trias politica

Slide 2 - Slide

Parlementaire democratie
  • Een vorm van democratie waarbij burgers kunnen stemmen op volksvertegenwoordigers in het parlement (eerste en tweede kamer) die het land besturen.
  • Een vorm van indirecte democratie
  • Burgers hebben via volksvertegenwoordigers in het parlement invloed  op politieke kwesties.
  • De belangrijkste politieke keuzes worden in het parlement gemaakt.



Slide 3 - Slide

Parlementaire democratie
Kenmerken:

1. Volksvertegenwoordigers
Er is een volksvertegenwoordiging
Burgers die het volk vertegenwoordigen in het parlement en politieke macht hebben..

2. Er is een grondwet
De macht van volksvertegenwoordigers burgers etc. staat vastgelegd in de grondwet 


3.  Democratische besluitvorming
Politieke besluiten worden genomen op basis van stemmen




4. Grondrechten
Burgers hebben recht op privacy, vrijheid van meningsuiting, godsdienst etc.. 


5. Vrije verkiezingen 
Burgers stemmen anoniem en op de volksvertegenwoordigers wie ze willen



6. Iedereen is gelijk
Alle burgers zijn voor de wet gelijk; er is respect voor minderheden.   


7. Trias Politica
Scheiding der Machten  

Slide 4 - Slide

Trias Politica

Slide 5 - Slide

7. Trias Politica    
Wetgevende macht: mensen die de wetten maken
Uitvoerende macht: mensen die de wetten uitvoeren
Rechterlijke macht: mensen bepalen wie zich wel en niet aan de wet houdt






Slide 6 - Slide

Raadgevend en raadplegend referendum

Raadgevend referendum op initiatief van burgers
( volksstemming over een bepaalde politieke kwestie)
in Nederland mogelijk tussen 2015 – 2018
Referendum over de aftapwet

Raadplegend referendum op initiatief van de overheid
momenteel enige referendumvorm in Nederland
vindt meestal op gemeentelijk niveau plaats


Slide 7 - Slide

Directe democratie
Directe democratie
De inwoners van een land nemen zelf politieke beslissingen.
Een referendum is een vorm van directe democratie waarbij de bevolking stemt over een politieke keuze.
Bijvoorbeeld het referendum over de brexit (2016)

Slide 8 - Slide

De indirecte democratie 
De indirecte democratie (representatieve / vertegenwoordigende democratie) is de regeringsvorm waarbij de bevolking vertegenwoordigers kiest die vervolgens het bestuur uitvoeren. In Nederland kennen we deze volksvertegenwoordiging als de Tweede Kamer.  Deze wordt om de vier jaar democratisch gekozen, vertegenwoordigt de bevolking, neemt wetten aan en controleert de regering

Slide 9 - Slide

Indirecte Democratie

Slide 10 - Slide

Democratie in de VS
Presidentieel systeem
De belangrijkste beslissingen worden genomen door de president.

De president van de Verenigde Staten:
- is verantwoordelijk voor het buitenlandse beleid;
- is opperbevelhebber van het leger;
- wordt direct gekozen door het volk;
- heeft vetorecht.

Slide 11 - Slide

Wie is de huidige president
van Amerika?
A
Obama
B
Trump
C
Bush
D
Biden

Slide 12 - Quiz

Wat is democratie?
A
Dat het volk regeert
B
Dat 1 persoon de macht heeft

Slide 13 - Quiz

Hoe noem je een regeringsvorm waarbij de bevolking de vertegenwoordigers kiest die vervolgens het bestuur uitvoeren?
A
directe democratie
B
dictatuur
C
Presidentieel systeem
D
indirecte democratie

Slide 14 - Quiz

Volksvertegenwoordigingen in Nederland
Gemeenteraad
Volksvertegenwoordigers van een gemeente beslissen over gemeentelijke kwesties.
Provinciale Staten
Volksvertegenwoordigers van een provincie beslissen over provinciale kwesties
Parlement
Volksvertegenwoordigers van het land beslissen over landelijke kwesties.



Slide 15 - Slide

Agendavorming
Agendavorming
De politieke agenda bestaat uit de onderwerpen die in de politiek worden besproken.
Je kunt een voorstel indienen bij de gemeenteraad.
Je kunt zelf een probleem aankaarten bij een Tweede Kamerlid.


Slide 16 - Slide

Politieke modellen
Het systeemmodel


1. Inputfase = wensen en ideeën van burgers
2. Conversiefase = deze omzetten in politieke keuzes
3. Outputfase = besluiten nemen en uitvoeren

Slide 17 - Slide

Politieke modellen

Slide 18 - Slide

Het Barrièremodel

Het barrièremodel

1. Steun krijgen in de samenleving
2. Politieke steun krijgen
3. Een politieke meerderheid halen
4. Uitvoering mogelijk maken en controleren


Slide 19 - Slide

Barrièremodel

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Actievoeren
Actievoeren

  • Iets doen om een politiek doel te bereiken.
  • Demonstreren
  • Petitie indienen


Slide 22 - Slide

Actie voeren
Demonstratie: 
Een groep mensen die bij elkaar komt om ergens tegen te protesteren of om aandacht te vragen voor een probleem.

Petitie: 
Een oproep aan volksvertegenwoordigers om een bepaalde politieke beslissing te nemen of een probleem op te lossen.


Slide 23 - Slide

Groningen
Greenpeace

Slide 24 - Slide

Burger initiatief
Initiatief van burgers om een bepaald onderwerp op de agenda van de Tweede Kamer te krijgen.

 Als ten minste 40.000 mensen het initiatief ondertekenen, moet het onderwerp in de Tweede Kamer worden besproken.

Slide 25 - Slide

Pressiegroepen 

Oefenen druk uit op de politiek en hebben een bepaald doel voor ogen.

Voorbeelden zijn werknemersorganisaties FNV en CNV.

Actiegroepen

Hebben één bepaald doel
willen hun doel bereiken door actie te voeren

Slide 26 - Slide

Pressiegroepen kunnen worden onderverdeeld in 
actiegroepen en belangengroepen.




Voorbeeld:
Belangengroepen

Zetten zich in voor de belangen van een bepaalde groep mensen of voor een bepaald onderwerp
Bijvoorbeeld de Fietsersbond: 

Zorgen om gevaarlijk fietspad
bijvoorbeeld de Fietsersbond: Zorgen om gevaarlijk fietspad

Slide 27 - Slide

Politiek en media
Politiek en media


Pressiegroepen gebruiken media om hun doelen te bereiken.
Je kunt als burger ook zelf media inzetten.

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide