ongebruikte slides

Boektrailers
Kinderboekenweek 2 t/m 13 oktober. Daarom wat boektrailers voor jullie. Boektrailers kondigen een boek aan in filmversie. Net als een filmtrailer. Het is ter promotie van een boek. 

Een paar voorbeelden die je nu gaat zien:
  • Snitch - Margje Woodrow
  • De Hongerspelen - Suzanne Collins
1 / 145
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 145 slides, with interactive quizzes, text slides and 8 videos.

Items in this lesson

Boektrailers
Kinderboekenweek 2 t/m 13 oktober. Daarom wat boektrailers voor jullie. Boektrailers kondigen een boek aan in filmversie. Net als een filmtrailer. Het is ter promotie van een boek. 

Een paar voorbeelden die je nu gaat zien:
  • Snitch - Margje Woodrow
  • De Hongerspelen - Suzanne Collins

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Snitch - Margje Woodrow
Realistisch jeugdthriller van auteur Margje Woodrow
2018

Samenvatting: 
De vriendschap van Roos en Quinty staat flink onder druk met de komst van Fenna. Dan wordt Roos verdacht van ongelukken die klasgenoten overkomen. Zouden ze haar geloven als ze de waarheid ontdekt?

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Video

This item has no instructions

De Hongerspelen - Suzanne Collins
Vertaald uit het Engels (The Hunger Games). Fantasieboek
Eerste deel verscheen in 2008, twee andere delen in de jaren erna. Verfilmd in 2011 als The Hunger Games

Samenvatting:
Katniss Everdeen woont in het 12e en armste district van Panem, het land dat ooit bekendstond als Noord-Amerika. Met haar moeder en haar zusje Prim leidt ze een armoedig leven, getekend door het keiharde regime van het welvarende Capitool. Jaarlijks worden de Hongerspelen uitgevaardigd: 24 door loting aangewezen tributen, een jongen en een meisje uit elk district, gaan een strijd op leven en dood met elkaar aan. En dit jaar wordt Prim uitgeloot...

Katniss weet dat de Hongerspelen een doodvonnis voor haar jonge zusje betekenen en besluit haar plek in te nemen. Onder het oog van de hele bevolking van Panem, die de strijd als bron van vermaak volgt, begeeft ze zich in de arena. Gevangen in een meedogenloos web van bruut geweld, gemanipuleerde tv-beelden en corrupte politici komt Katniss voor de keus staan: hoe ver zal ze gaan om te overleven?

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Meer dan lezen
Wat gaan we doen in Meer dan lezen? 
  • §1 Onbekende woorden 
  • §2 Onderwerp 

Andere paragrafen doen we voorlopig niet.

Toetsing: proefwerk op donderdag 17 oktober. Telt drie keer. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

§1 Onbekende woorden - herhaling theorie
Soms lees je een woord waarvan je niet weet wat het betekent. 
Je leert vier woordraadstrategieën om de betekenis van een woord te ontdekken.
Zie ook theorie (groene tekst) op blz. 10

  1. Synoniem - woord met dezelfde betekenis. Zoek een synoniem in dezelfde zin of in de zin ervoor of erna.
  2. Omschrijving - legt in meer dan één woord de betekenis van een onbekend woord uit.
  3. Voorbeeld - legt soms de betekenis van een onbekend woord uit. Let op woorden als: zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van, neem nou.
  4. Tegenstelling - kan helpen om de betekenis van een moeilijk woord te achterhalen. Let op woorden als: maar, echter, toch, daarentegen. Na zulke woorden volgt vaak een tegenstelling.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag - deel 1
Samen werken we aan opdracht 1, op blz. 10,
vraag 1 -markeer in tekst 1 een synoniem van elke onderstreept woord. 

Daarna samen nakijken.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 1
  1. verkassen – verhuizen; weggaan         regio – gebied;        krimpt – neemt af
  2. welzijn – goed voelen; positief gevoel    sociale vaardigheden – met elkaar omgaan en vriendschappen sluiten;  overgewicht – te dik zijn

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag - deel 2
WAT      Maken de rest van opdracht 1, blz. 10, in je schrift. De eerste vraag hebben we samen                         gedaan. Vraag 2 t/m 4 doe je zelf. Daarna samen nakijken

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. 

KLAAR? Opdracht 3, blz. 12 maken in je schrift.
timer
15:00

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 1
  1. verkassen – verhuizen; weggaan         regio – gebied;        krimpt – neemt af
  2. welzijn – goed voelen; positief gevoel    sociale vaardigheden – met elkaar omgaan en vriendschappen sluiten;  overgewicht – te dik zijn
  3.  neerslag – regen, sneeuw of ijzel; omgeving – moestuin, het bospad en de oprit; proviand - ingeblikt eten, gedroogde vruchten en diverse pasta’s
  4. aangebracht – verwijderd;         afwijkt – wel goed past; uitstellen – op korte termijn doen

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Boekenlijst en woordenlijst
Voor je ligt:
  • snelhechter
  • voorblad boekenlijst
  • woordenschatlijst

Wat ga je hiermee doen?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Boekenlijst: hierin houd je bij welke leesboeken je op school leest. 
Noteer titel van leesboek dat je nu leest, plus naam schrijver

Woordenlijst: hierin schrijf je onbekende woorden op en de betekenis ervan die je hebt ontdekt.
Onbekende woorden haal je uit artikelen die we gaan lezen, lesstof, leesboeken. 
Boekenlijst en woordenlijst doe je in de snelhechter.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
WAT      Lees het artikel over weesdieren Rutger en Reinier. 
               Woorden die je niet begrijpt onderstreep of markeer je en zoek je dan op in een                                   woordenboek. De betekenis van het woord schrijf je op in de woordenlijst. 

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. Daarna samen nakijken

KLAAR? Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
  • Je weet nu weet je meer meer over woordraadstrategieën
  • Je kunt deze gebruiken om de betekenis van een woord te ontdekken.
  • Je weet nu wat je moet doen met de boekenlijst en woordenlijst
  • Je kunt onbekende woorden opzoeken met een woordenboek en noteren in je woordenlijst.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Volgende les - donderdag 3 oktober 
Meenemen: je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift en pen.

Huiswerk: maken opdracht 3, blz 12, in je schrift. Maak t/m vraag 5.


Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Welkom th1b!
Telefoon in de telefoontas?
Ga dan lekker zitten en leg je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift en laptop klaar. 

Start met lezen in je leesboek.

donderdag 3 oktober 2024

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Lezen in je leesboek
ongeveer 15 minuten.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 3. blz. 12
Vraag 1 t/m 5
  1. fietshelmverplichting / fietshelm
  2. In het buitenland gebruikt men de fiets voor recreatie of sport (toer- en sportfietsen) in Nederland meer als vervoer(middel).
  3. de fietsrit kort is en dat de helm ‘dus niet nodig is’, de helm niet comfortabel is (niet prettig warm of soms te koud) en dat leeftijdsgenoten ook geen helm dragen
  4. De reclamecampagnes zorgen voor meer helmgebruik, maar vaak zolang als de campagne duurt. (al. 4)
  5. Deskundigen zijn vooral bang dat bij een plicht de populariteit van fietsen (sterk) zou afnemen. (al. 5)

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Pak nu je laptop
Even kijken wat is blijven hangen.
We gaan een korte quiz doen op lessonup.app
over woordraadstrategieën.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent hetzelfde als 'angstig'?
A
bang
B
verdrietig
C
rustig
D
blij

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de omschrijving van een vedette?
A
Een beroemd persoon.
B
Een snelle fiets
C
Een soort gebakje
D
Een luxe villa

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wat geeft het woord 'zoals' aan in een zin?
A
een synoniem
B
een omschrijving
C
een voorbeeld
D
een tegenstelling

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord is geen tegenstelling van 'snel'?
A
Vertraagd
B
Traag
C
Langzaam
D
Lui

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Na welk woord in een zin volgt vaak een tegenstelling? Twee antwoorden zijn goed.
A
bijvoorbeeld
B
maar
C
daarentegen
D
of

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag
Wat?        Op je laptop: maak opdracht 2 van cursus Meer dan lezen, paragraaf 1. Daarna zelf nakijken.

Hoe?      Je mag samen rustig overleggen
Tijd?        10 minuten
Klaar?    Lees de vragen van opdracht 5 
timer
10:00

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Verder aan de slag
Wat?        Op je laptop: maak opdracht 5 van cursus Meer dan lezen, paragraaf 1. Daarna zelf nakijken.

Hoe?      Je mag samen rustig overleggen en video terugkijken
                 (wel met oortjes in).

Tijd?        15 minuten
Klaar?    Maak opdracht 6 
timer
10:00

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
WAT      Lees het artikel over weesdieren Rutger en Reinier. 
               Woorden die je niet begrijpt onderstreep of markeer je en zoek je dan op in een                                   online woordenboek. De betekenis van het woord schrijf je op in de woordenlijst. 

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. Daarna samen nakijken

KLAAR? Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
  • Je weet nu meer woordraadstrategieën
  • Je kunt deze gebruiken om de betekenis van een woord te ontdekken.

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Volgende les - maandag 7 oktober 
Meenemen: je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift, leesmapje.

Huiswerk: maken opdracht 5 van cursus Meer dan lezen op je laptop.




Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Niet vergeten: 
- Leren voor de toets maandag (groene stukjes uit je boek)
- Online oefenen bij Nieuw Nederlands 
- Maandag een opgeladen laptop meenemen! (Anders kan je geen toets maken en moet je de toets inhalen in je eigen tijd...)
- Succes en tot maandag!

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

WOORDRAADSTRATEGIEËN
  • Tegenstelling

Je kunt een tegenstelling herkennen aan de signaalwoorden: maar, toch, echter, hoewel, tegenover, daar staat tegenover, aan de ene kant ... aan de andere kant.

  • Bijvoorbeeld: Die pizza ziet er lekker uit, maar hij is niet te eten.
  • De tegenstelling is: lekker ↔ niet te eten.
  • Spannend-saai 

Slide 32 - Slide

Tekstgrootte is aan te passen wanneer het niet op een pagina past.
Wat ik het meest van deze les heb geleerd of meeneem is.....

Slide 33 - Mind map

This item has no instructions

titel
tussenkopje
alineanummer
lead
bron

Slide 34 - Drag question

This item has no instructions

ORIËNTEREND LEZEN
Voordat je een tekst gaat lezen, bekijk je eerst de tekst. Dit heet oriënterend lezen


Slide 35 - Slide

This item has no instructions

ONDERWERP VAN EEN TEKST
Stel de vraag: 
"Waarover gaat deze tekst?"

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

ONDERWERP VAN EEN TEKST
Lees de volgende tekst oriënterend.

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Je hebt een tekst oriënterend gelezen. Welke vraag stel je nu om het onderwerp van een tekst te vinden?

Slide 39 - Open question

This item has no instructions

Wat is het onderwerp van de tekst?

Slide 40 - Open question

This item has no instructions

ONDERWERP VAN EEN TEKST
1. Lees de tekst orïenterend (bekijk de tekst).

2. Stel de vraag: waarover gaat deze tekst?

3. Geef antwoord op de vraag in één of een paar woorden. Het onderwerp van een tekst is geen zin.

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Planning na de vakantie
 * Maandag 12 mei - deadline inleveren reclamespot 

* Donderdag 22 mei - boektoets over de 3 boeken die 
je tot nu toe hebt gelezen. 
Voor toekenning van het cijfer heb je minimaal 2 bewerkingsopdrachten van de gelezen boeken ingeleverd. 

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Planning na de vakantie
 * Maandag 12 mei - deadline inleveren reclamespot 

* Donderdag 22 mei - boektoets over de 3 boeken die 
je tot nu toe hebt gelezen.  
Voor 15 mei lever je een document in Classroom in met de 
3 titels en auteurs van de door jou gelezen werken. 
Voor toekenning van het cijfer heb je minimaal 2 bewerkingsopdrachten 
van de gelezen boeken ingeleverd. 

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Boektrailers
Kinderboekenweek 2 t/m 13 oktober. Daarom wat boektrailers voor jullie. Boektrailers kondigen een boek aan in filmversie. Net als een filmtrailer. Het is ter promotie van een boek. 

Een paar voorbeelden die je nu gaat zien:
  • Snitch - Margje Woodrow
  • De Hongerspelen - Suzanne Collins

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Snitch - Margje Woodrow
Realistisch jeugdthriller van auteur Margje Woodrow
2018

Samenvatting: 
De vriendschap van Roos en Quinty staat flink onder druk met de komst van Fenna. Dan wordt Roos verdacht van ongelukken die klasgenoten overkomen. Zouden ze haar geloven als ze de waarheid ontdekt?

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Slide 46 - Video

This item has no instructions

De Hongerspelen - Suzanne Collins
Vertaald uit het Engels (The Hunger Games). Fantasieboek
Eerste deel verscheen in 2008, twee andere delen in de jaren erna. Verfilmd in 2011 als The Hunger Games

Samenvatting:
Katniss Everdeen woont in het 12e en armste district van Panem, het land dat ooit bekendstond als Noord-Amerika. Met haar moeder en haar zusje Prim leidt ze een armoedig leven, getekend door het keiharde regime van het welvarende Capitool. Jaarlijks worden de Hongerspelen uitgevaardigd: 24 door loting aangewezen tributen, een jongen en een meisje uit elk district, gaan een strijd op leven en dood met elkaar aan. En dit jaar wordt Prim uitgeloot...

Katniss weet dat de Hongerspelen een doodvonnis voor haar jonge zusje betekenen en besluit haar plek in te nemen. Onder het oog van de hele bevolking van Panem, die de strijd als bron van vermaak volgt, begeeft ze zich in de arena. Gevangen in een meedogenloos web van bruut geweld, gemanipuleerde tv-beelden en corrupte politici komt Katniss voor de keus staan: hoe ver zal ze gaan om te overleven?

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Slide 48 - Video

This item has no instructions

Meer dan lezen
Wat gaan we doen in Meer dan lezen? 
  • §1 Onbekende woorden 
  • §2 Onderwerp 

Andere paragrafen doen we voorlopig niet.

Toetsing: proefwerk op donderdag 17 oktober. Telt drie keer. 

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

§1 Onbekende woorden - herhaling theorie
Soms lees je een woord waarvan je niet weet wat het betekent. 
Je leert vier woordraadstrategieën om de betekenis van een woord te ontdekken.
Zie ook theorie (groene tekst) op blz. 10

  1. Synoniem - woord met dezelfde betekenis. Zoek een synoniem in dezelfde zin of in de zin ervoor of erna.
  2. Omschrijving - legt in meer dan één woord de betekenis van een onbekend woord uit.
  3. Voorbeeld - legt soms de betekenis van een onbekend woord uit. Let op woorden als: zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van, neem nou.
  4. Tegenstelling - kan helpen om de betekenis van een moeilijk woord te achterhalen. Let op woorden als: maar, echter, toch, daarentegen. Na zulke woorden volgt vaak een tegenstelling.

Slide 50 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag - deel 1
Samen werken we aan opdracht 1, op blz. 10,
vraag 1 -markeer in tekst 1 een synoniem van elke onderstreept woord. 

Daarna samen nakijken.

Slide 51 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 1
  1. verkassen – verhuizen; weggaan         regio – gebied;        krimpt – neemt af
  2. welzijn – goed voelen; positief gevoel    sociale vaardigheden – met elkaar omgaan en vriendschappen sluiten;  overgewicht – te dik zijn

Slide 52 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag - deel 2
WAT      Maken de rest van opdracht 1, blz. 10, in je schrift. De eerste vraag hebben we samen                         gedaan. Vraag 2 t/m 4 doe je zelf. Daarna samen nakijken

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. 

KLAAR? Opdracht 3, blz. 12 maken in je schrift.
timer
15:00

Slide 53 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 1
  1. verkassen – verhuizen; weggaan         regio – gebied;        krimpt – neemt af
  2. welzijn – goed voelen; positief gevoel    sociale vaardigheden – met elkaar omgaan en vriendschappen sluiten;  overgewicht – te dik zijn
  3.  neerslag – regen, sneeuw of ijzel; omgeving – moestuin, het bospad en de oprit; proviand - ingeblikt eten, gedroogde vruchten en diverse pasta’s
  4. aangebracht – verwijderd;         afwijkt – wel goed past; uitstellen – op korte termijn doen

Slide 54 - Slide

This item has no instructions

Boekenlijst en woordenlijst
Voor je ligt:
  • snelhechter
  • voorblad boekenlijst
  • woordenschatlijst

Wat ga je hiermee doen?

Slide 55 - Slide

This item has no instructions

Boekenlijst: hierin houd je bij welke leesboeken je op school leest. 
Noteer titel van leesboek dat je nu leest, plus naam schrijver

Woordenlijst: hierin schrijf je onbekende woorden op en de betekenis ervan die je hebt ontdekt.
Onbekende woorden haal je uit artikelen die we gaan lezen, lesstof, leesboeken. 
Boekenlijst en woordenlijst doe je in de snelhechter.

Slide 56 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
WAT      Lees het artikel over weesdieren Rutger en Reinier. 
               Woorden die je niet begrijpt onderstreep of markeer je en zoek je dan op in een                                   woordenboek. De betekenis van het woord schrijf je op in de woordenlijst. 

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. Daarna samen nakijken

KLAAR? Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 57 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
  • Je weet nu weet je meer meer over woordraadstrategieën
  • Je kunt deze gebruiken om de betekenis van een woord te ontdekken.
  • Je weet nu wat je moet doen met de boekenlijst en woordenlijst
  • Je kunt onbekende woorden opzoeken met een woordenboek en noteren in je woordenlijst.

Slide 58 - Slide

This item has no instructions

Volgende les - donderdag 3 oktober 
Meenemen: je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift en pen.

Huiswerk: maken opdracht 3, blz 12, in je schrift. Maak t/m vraag 5.


Slide 59 - Slide

This item has no instructions

Welkom th1b!
Telefoon in de telefoontas?
Ga dan lekker zitten en leg je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift en laptop klaar. 

Start met lezen in je leesboek.

donderdag 3 oktober 2024

Slide 60 - Slide

This item has no instructions

Lezen in je leesboek
ongeveer 15 minuten.

Slide 61 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 3. blz. 12
Vraag 1 t/m 5
  1. fietshelmverplichting / fietshelm
  2. In het buitenland gebruikt men de fiets voor recreatie of sport (toer- en sportfietsen) in Nederland meer als vervoer(middel).
  3. de fietsrit kort is en dat de helm ‘dus niet nodig is’, de helm niet comfortabel is (niet prettig warm of soms te koud) en dat leeftijdsgenoten ook geen helm dragen
  4. De reclamecampagnes zorgen voor meer helmgebruik, maar vaak zolang als de campagne duurt. (al. 4)
  5. Deskundigen zijn vooral bang dat bij een plicht de populariteit van fietsen (sterk) zou afnemen. (al. 5)

Slide 62 - Slide

This item has no instructions

Pak nu je laptop
Even kijken wat is blijven hangen.
We gaan een korte quiz doen op lessonup.app
over woordraadstrategieën.

Slide 63 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent hetzelfde als 'angstig'?
A
bang
B
verdrietig
C
rustig
D
blij

Slide 64 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de omschrijving van een vedette?
A
Een beroemd persoon.
B
Een snelle fiets
C
Een soort gebakje
D
Een luxe villa

Slide 65 - Quiz

This item has no instructions

Wat geeft het woord 'zoals' aan in een zin?
A
een synoniem
B
een omschrijving
C
een voorbeeld
D
een tegenstelling

Slide 66 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord is geen tegenstelling van 'snel'?
A
Vertraagd
B
Traag
C
Langzaam
D
Lui

Slide 67 - Quiz

This item has no instructions

Na welk woord in een zin volgt vaak een tegenstelling? Twee antwoorden zijn goed.
A
bijvoorbeeld
B
maar
C
daarentegen
D
of

Slide 68 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag
Wat?        Op je laptop: maak opdracht 2 van cursus Meer dan lezen, paragraaf 1. Daarna zelf nakijken.

Hoe?      Je mag samen rustig overleggen
Tijd?        10 minuten
Klaar?    Lees de vragen van opdracht 5 
timer
10:00

Slide 69 - Slide

This item has no instructions

Verder aan de slag
Wat?        Op je laptop: maak opdracht 5 van cursus Meer dan lezen, paragraaf 1. Daarna zelf nakijken.

Hoe?      Je mag samen rustig overleggen en video terugkijken
                 (wel met oortjes in).

Tijd?        15 minuten
Klaar?    Maak opdracht 6 
timer
10:00

Slide 70 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
WAT      Lees het artikel over weesdieren Rutger en Reinier. 
               Woorden die je niet begrijpt onderstreep of markeer je en zoek je dan op in een                                   online woordenboek. De betekenis van het woord schrijf je op in de woordenlijst. 

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. Daarna samen nakijken

KLAAR? Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 71 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
  • Je weet nu meer woordraadstrategieën
  • Je kunt deze gebruiken om de betekenis van een woord te ontdekken.

Slide 72 - Slide

This item has no instructions

Volgende les - maandag 7 oktober 
Meenemen: je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift, leesmapje.

Huiswerk: maken opdracht 5 van cursus Meer dan lezen op je laptop.




Slide 73 - Slide

This item has no instructions

Niet vergeten: 
- Leren voor de toets maandag (groene stukjes uit je boek)
- Online oefenen bij Nieuw Nederlands 
- Maandag een opgeladen laptop meenemen! (Anders kan je geen toets maken en moet je de toets inhalen in je eigen tijd...)
- Succes en tot maandag!

Slide 74 - Slide

This item has no instructions

WOORDRAADSTRATEGIEËN
  • Tegenstelling

Je kunt een tegenstelling herkennen aan de signaalwoorden: maar, toch, echter, hoewel, tegenover, daar staat tegenover, aan de ene kant ... aan de andere kant.

  • Bijvoorbeeld: Die pizza ziet er lekker uit, maar hij is niet te eten.
  • De tegenstelling is: lekker ↔ niet te eten.
  • Spannend-saai 

Slide 75 - Slide

Tekstgrootte is aan te passen wanneer het niet op een pagina past.
Wat ik het meest van deze les heb geleerd of meeneem is.....

Slide 76 - Mind map

This item has no instructions

Planning na de vakantie
 * Maandag 12 mei - deadline inleveren reclamespot 

* Donderdag 22 mei - boektoets over de 3 boeken die 
je tot nu toe hebt gelezen. 
Voor toekenning van het cijfer heb je minimaal 2 bewerkingsopdrachten van de gelezen boeken ingeleverd. 

Slide 77 - Slide

This item has no instructions

Planning na de vakantie
 * Maandag 12 mei - deadline inleveren reclamespot 

* Donderdag 22 mei - boektoets over de 3 boeken die 
je tot nu toe hebt gelezen.  
Voor 15 mei lever je een document in Classroom in met de 
3 titels en auteurs van de door jou gelezen werken. 
Voor toekenning van het cijfer heb je minimaal 2 bewerkingsopdrachten 
van de gelezen boeken ingeleverd. 

Slide 78 - Slide

This item has no instructions

Boektrailers
Kinderboekenweek 2 t/m 13 oktober. Daarom wat boektrailers voor jullie. Boektrailers kondigen een boek aan in filmversie. Net als een filmtrailer. Het is ter promotie van een boek. 

Een paar voorbeelden die je nu gaat zien:
  • Snitch - Margje Woodrow
  • De Hongerspelen - Suzanne Collins

Slide 79 - Slide

This item has no instructions

Snitch - Margje Woodrow
Realistisch jeugdthriller van auteur Margje Woodrow
2018

Samenvatting: 
De vriendschap van Roos en Quinty staat flink onder druk met de komst van Fenna. Dan wordt Roos verdacht van ongelukken die klasgenoten overkomen. Zouden ze haar geloven als ze de waarheid ontdekt?

Slide 80 - Slide

This item has no instructions

Slide 81 - Video

This item has no instructions

De Hongerspelen - Suzanne Collins
Vertaald uit het Engels (The Hunger Games). Fantasieboek
Eerste deel verscheen in 2008, twee andere delen in de jaren erna. Verfilmd in 2011 als The Hunger Games

Samenvatting:
Katniss Everdeen woont in het 12e en armste district van Panem, het land dat ooit bekendstond als Noord-Amerika. Met haar moeder en haar zusje Prim leidt ze een armoedig leven, getekend door het keiharde regime van het welvarende Capitool. Jaarlijks worden de Hongerspelen uitgevaardigd: 24 door loting aangewezen tributen, een jongen en een meisje uit elk district, gaan een strijd op leven en dood met elkaar aan. En dit jaar wordt Prim uitgeloot...

Katniss weet dat de Hongerspelen een doodvonnis voor haar jonge zusje betekenen en besluit haar plek in te nemen. Onder het oog van de hele bevolking van Panem, die de strijd als bron van vermaak volgt, begeeft ze zich in de arena. Gevangen in een meedogenloos web van bruut geweld, gemanipuleerde tv-beelden en corrupte politici komt Katniss voor de keus staan: hoe ver zal ze gaan om te overleven?

Slide 82 - Slide

This item has no instructions

Slide 83 - Video

This item has no instructions

Meer dan lezen
Wat gaan we doen in Meer dan lezen? 
  • §1 Onbekende woorden 
  • §2 Onderwerp 

Andere paragrafen doen we voorlopig niet.

Toetsing: proefwerk op donderdag 17 oktober. Telt drie keer. 

Slide 84 - Slide

This item has no instructions

§1 Onbekende woorden - herhaling theorie
Soms lees je een woord waarvan je niet weet wat het betekent. 
Je leert vier woordraadstrategieën om de betekenis van een woord te ontdekken.
Zie ook theorie (groene tekst) op blz. 10

  1. Synoniem - woord met dezelfde betekenis. Zoek een synoniem in dezelfde zin of in de zin ervoor of erna.
  2. Omschrijving - legt in meer dan één woord de betekenis van een onbekend woord uit.
  3. Voorbeeld - legt soms de betekenis van een onbekend woord uit. Let op woorden als: zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van, neem nou.
  4. Tegenstelling - kan helpen om de betekenis van een moeilijk woord te achterhalen. Let op woorden als: maar, echter, toch, daarentegen. Na zulke woorden volgt vaak een tegenstelling.

Slide 85 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag - deel 1
Samen werken we aan opdracht 1, op blz. 10,
vraag 1 -markeer in tekst 1 een synoniem van elke onderstreept woord. 

Daarna samen nakijken.

Slide 86 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 1
  1. verkassen – verhuizen; weggaan         regio – gebied;        krimpt – neemt af
  2. welzijn – goed voelen; positief gevoel    sociale vaardigheden – met elkaar omgaan en vriendschappen sluiten;  overgewicht – te dik zijn

Slide 87 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag - deel 2
WAT      Maken de rest van opdracht 1, blz. 10, in je schrift. De eerste vraag hebben we samen                         gedaan. Vraag 2 t/m 4 doe je zelf. Daarna samen nakijken

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. 

KLAAR? Opdracht 3, blz. 12 maken in je schrift.
timer
15:00

Slide 88 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 1
  1. verkassen – verhuizen; weggaan         regio – gebied;        krimpt – neemt af
  2. welzijn – goed voelen; positief gevoel    sociale vaardigheden – met elkaar omgaan en vriendschappen sluiten;  overgewicht – te dik zijn
  3.  neerslag – regen, sneeuw of ijzel; omgeving – moestuin, het bospad en de oprit; proviand - ingeblikt eten, gedroogde vruchten en diverse pasta’s
  4. aangebracht – verwijderd;         afwijkt – wel goed past; uitstellen – op korte termijn doen

Slide 89 - Slide

This item has no instructions

Boekenlijst en woordenlijst
Voor je ligt:
  • snelhechter
  • voorblad boekenlijst
  • woordenschatlijst

Wat ga je hiermee doen?

Slide 90 - Slide

This item has no instructions

Boekenlijst: hierin houd je bij welke leesboeken je op school leest. 
Noteer titel van leesboek dat je nu leest, plus naam schrijver

Woordenlijst: hierin schrijf je onbekende woorden op en de betekenis ervan die je hebt ontdekt.
Onbekende woorden haal je uit artikelen die we gaan lezen, lesstof, leesboeken. 
Boekenlijst en woordenlijst doe je in de snelhechter.

Slide 91 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
WAT      Lees het artikel over weesdieren Rutger en Reinier. 
               Woorden die je niet begrijpt onderstreep of markeer je en zoek je dan op in een                                   woordenboek. De betekenis van het woord schrijf je op in de woordenlijst. 

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. Daarna samen nakijken

KLAAR? Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 92 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
  • Je weet nu weet je meer meer over woordraadstrategieën
  • Je kunt deze gebruiken om de betekenis van een woord te ontdekken.
  • Je weet nu wat je moet doen met de boekenlijst en woordenlijst
  • Je kunt onbekende woorden opzoeken met een woordenboek en noteren in je woordenlijst.

Slide 93 - Slide

This item has no instructions

Volgende les - donderdag 3 oktober 
Meenemen: je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift en pen.

Huiswerk: maken opdracht 3, blz 12, in je schrift. Maak t/m vraag 5.


Slide 94 - Slide

This item has no instructions

Welkom th1b!
Telefoon in de telefoontas?
Ga dan lekker zitten en leg je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift en laptop klaar. 

Start met lezen in je leesboek.

donderdag 3 oktober 2024

Slide 95 - Slide

This item has no instructions

Lezen in je leesboek
ongeveer 15 minuten.

Slide 96 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 3. blz. 12
Vraag 1 t/m 5
  1. fietshelmverplichting / fietshelm
  2. In het buitenland gebruikt men de fiets voor recreatie of sport (toer- en sportfietsen) in Nederland meer als vervoer(middel).
  3. de fietsrit kort is en dat de helm ‘dus niet nodig is’, de helm niet comfortabel is (niet prettig warm of soms te koud) en dat leeftijdsgenoten ook geen helm dragen
  4. De reclamecampagnes zorgen voor meer helmgebruik, maar vaak zolang als de campagne duurt. (al. 4)
  5. Deskundigen zijn vooral bang dat bij een plicht de populariteit van fietsen (sterk) zou afnemen. (al. 5)

Slide 97 - Slide

This item has no instructions

Pak nu je laptop
Even kijken wat is blijven hangen.
We gaan een korte quiz doen op lessonup.app
over woordraadstrategieën.

Slide 98 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent hetzelfde als 'angstig'?
A
bang
B
verdrietig
C
rustig
D
blij

Slide 99 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de omschrijving van een vedette?
A
Een beroemd persoon.
B
Een snelle fiets
C
Een soort gebakje
D
Een luxe villa

Slide 100 - Quiz

This item has no instructions

Wat geeft het woord 'zoals' aan in een zin?
A
een synoniem
B
een omschrijving
C
een voorbeeld
D
een tegenstelling

Slide 101 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord is geen tegenstelling van 'snel'?
A
Vertraagd
B
Traag
C
Langzaam
D
Lui

Slide 102 - Quiz

This item has no instructions

Na welk woord in een zin volgt vaak een tegenstelling? Twee antwoorden zijn goed.
A
bijvoorbeeld
B
maar
C
daarentegen
D
of

Slide 103 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag
Wat?        Op je laptop: maak opdracht 2 van cursus Meer dan lezen, paragraaf 1. Daarna zelf nakijken.

Hoe?      Je mag samen rustig overleggen
Tijd?        10 minuten
Klaar?    Lees de vragen van opdracht 5 
timer
10:00

Slide 104 - Slide

This item has no instructions

Verder aan de slag
Wat?        Op je laptop: maak opdracht 5 van cursus Meer dan lezen, paragraaf 1. Daarna zelf nakijken.

Hoe?      Je mag samen rustig overleggen en video terugkijken
                 (wel met oortjes in).

Tijd?        15 minuten
Klaar?    Maak opdracht 6 
timer
10:00

Slide 105 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
WAT      Lees het artikel over weesdieren Rutger en Reinier. 
               Woorden die je niet begrijpt onderstreep of markeer je en zoek je dan op in een                                   online woordenboek. De betekenis van het woord schrijf je op in de woordenlijst. 

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. Daarna samen nakijken

KLAAR? Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 106 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
  • Je weet nu meer woordraadstrategieën
  • Je kunt deze gebruiken om de betekenis van een woord te ontdekken.

Slide 107 - Slide

This item has no instructions

Volgende les - maandag 7 oktober 
Meenemen: je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift, leesmapje.

Huiswerk: maken opdracht 5 van cursus Meer dan lezen op je laptop.




Slide 108 - Slide

This item has no instructions

Niet vergeten: 
- Leren voor de toets maandag (groene stukjes uit je boek)
- Online oefenen bij Nieuw Nederlands 
- Maandag een opgeladen laptop meenemen! (Anders kan je geen toets maken en moet je de toets inhalen in je eigen tijd...)
- Succes en tot maandag!

Slide 109 - Slide

This item has no instructions

WOORDRAADSTRATEGIEËN
  • Tegenstelling

Je kunt een tegenstelling herkennen aan de signaalwoorden: maar, toch, echter, hoewel, tegenover, daar staat tegenover, aan de ene kant ... aan de andere kant.

  • Bijvoorbeeld: Die pizza ziet er lekker uit, maar hij is niet te eten.
  • De tegenstelling is: lekker ↔ niet te eten.
  • Spannend-saai 

Slide 110 - Slide

Tekstgrootte is aan te passen wanneer het niet op een pagina past.
Wat ik het meest van deze les heb geleerd of meeneem is.....

Slide 111 - Mind map

This item has no instructions

ongebruikte slides

Slide 112 - Slide

This item has no instructions

Planning na de vakantie
 * Maandag 12 mei - deadline inleveren reclamespot 

* Donderdag 22 mei - boektoets over de 3 boeken die 
je tot nu toe hebt gelezen. 
Voor toekenning van het cijfer heb je minimaal 2 bewerkingsopdrachten van de gelezen boeken ingeleverd. 

Slide 113 - Slide

This item has no instructions

Planning na de vakantie
 * Maandag 12 mei - deadline inleveren reclamespot 

* Donderdag 22 mei - boektoets over de 3 boeken die 
je tot nu toe hebt gelezen.  
Voor 15 mei lever je een document in Classroom in met de 
3 titels en auteurs van de door jou gelezen werken. 
Voor toekenning van het cijfer heb je minimaal 2 bewerkingsopdrachten 
van de gelezen boeken ingeleverd. 

Slide 114 - Slide

This item has no instructions

Boektrailers
Kinderboekenweek 2 t/m 13 oktober. Daarom wat boektrailers voor jullie. Boektrailers kondigen een boek aan in filmversie. Net als een filmtrailer. Het is ter promotie van een boek. 

Een paar voorbeelden die je nu gaat zien:
  • Snitch - Margje Woodrow
  • De Hongerspelen - Suzanne Collins

Slide 115 - Slide

This item has no instructions

Snitch - Margje Woodrow
Realistisch jeugdthriller van auteur Margje Woodrow
2018

Samenvatting: 
De vriendschap van Roos en Quinty staat flink onder druk met de komst van Fenna. Dan wordt Roos verdacht van ongelukken die klasgenoten overkomen. Zouden ze haar geloven als ze de waarheid ontdekt?

Slide 116 - Slide

This item has no instructions

Slide 117 - Video

This item has no instructions

De Hongerspelen - Suzanne Collins
Vertaald uit het Engels (The Hunger Games). Fantasieboek
Eerste deel verscheen in 2008, twee andere delen in de jaren erna. Verfilmd in 2011 als The Hunger Games

Samenvatting:
Katniss Everdeen woont in het 12e en armste district van Panem, het land dat ooit bekendstond als Noord-Amerika. Met haar moeder en haar zusje Prim leidt ze een armoedig leven, getekend door het keiharde regime van het welvarende Capitool. Jaarlijks worden de Hongerspelen uitgevaardigd: 24 door loting aangewezen tributen, een jongen en een meisje uit elk district, gaan een strijd op leven en dood met elkaar aan. En dit jaar wordt Prim uitgeloot...

Katniss weet dat de Hongerspelen een doodvonnis voor haar jonge zusje betekenen en besluit haar plek in te nemen. Onder het oog van de hele bevolking van Panem, die de strijd als bron van vermaak volgt, begeeft ze zich in de arena. Gevangen in een meedogenloos web van bruut geweld, gemanipuleerde tv-beelden en corrupte politici komt Katniss voor de keus staan: hoe ver zal ze gaan om te overleven?

Slide 118 - Slide

This item has no instructions

Slide 119 - Video

This item has no instructions

Meer dan lezen
Wat gaan we doen in Meer dan lezen? 
  • §1 Onbekende woorden 
  • §2 Onderwerp 

Andere paragrafen doen we voorlopig niet.

Toetsing: proefwerk op donderdag 17 oktober. Telt drie keer. 

Slide 120 - Slide

This item has no instructions

§1 Onbekende woorden - herhaling theorie
Soms lees je een woord waarvan je niet weet wat het betekent. 
Je leert vier woordraadstrategieën om de betekenis van een woord te ontdekken.
Zie ook theorie (groene tekst) op blz. 10

  1. Synoniem - woord met dezelfde betekenis. Zoek een synoniem in dezelfde zin of in de zin ervoor of erna.
  2. Omschrijving - legt in meer dan één woord de betekenis van een onbekend woord uit.
  3. Voorbeeld - legt soms de betekenis van een onbekend woord uit. Let op woorden als: zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van, neem nou.
  4. Tegenstelling - kan helpen om de betekenis van een moeilijk woord te achterhalen. Let op woorden als: maar, echter, toch, daarentegen. Na zulke woorden volgt vaak een tegenstelling.

Slide 121 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag - deel 1
Samen werken we aan opdracht 1, op blz. 10,
vraag 1 -markeer in tekst 1 een synoniem van elke onderstreept woord. 

Daarna samen nakijken.

Slide 122 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 1
  1. verkassen – verhuizen; weggaan         regio – gebied;        krimpt – neemt af
  2. welzijn – goed voelen; positief gevoel    sociale vaardigheden – met elkaar omgaan en vriendschappen sluiten;  overgewicht – te dik zijn

Slide 123 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag - deel 2
WAT      Maken de rest van opdracht 1, blz. 10, in je schrift. De eerste vraag hebben we samen                         gedaan. Vraag 2 t/m 4 doe je zelf. Daarna samen nakijken

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. 

KLAAR? Opdracht 3, blz. 12 maken in je schrift.
timer
15:00

Slide 124 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 1
  1. verkassen – verhuizen; weggaan         regio – gebied;        krimpt – neemt af
  2. welzijn – goed voelen; positief gevoel    sociale vaardigheden – met elkaar omgaan en vriendschappen sluiten;  overgewicht – te dik zijn
  3.  neerslag – regen, sneeuw of ijzel; omgeving – moestuin, het bospad en de oprit; proviand - ingeblikt eten, gedroogde vruchten en diverse pasta’s
  4. aangebracht – verwijderd;         afwijkt – wel goed past; uitstellen – op korte termijn doen

Slide 125 - Slide

This item has no instructions

Boekenlijst en woordenlijst
Voor je ligt:
  • snelhechter
  • voorblad boekenlijst
  • woordenschatlijst

Wat ga je hiermee doen?

Slide 126 - Slide

This item has no instructions

Boekenlijst: hierin houd je bij welke leesboeken je op school leest. 
Noteer titel van leesboek dat je nu leest, plus naam schrijver

Woordenlijst: hierin schrijf je onbekende woorden op en de betekenis ervan die je hebt ontdekt.
Onbekende woorden haal je uit artikelen die we gaan lezen, lesstof, leesboeken. 
Boekenlijst en woordenlijst doe je in de snelhechter.

Slide 127 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
WAT      Lees het artikel over weesdieren Rutger en Reinier. 
               Woorden die je niet begrijpt onderstreep of markeer je en zoek je dan op in een                                   woordenboek. De betekenis van het woord schrijf je op in de woordenlijst. 

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. Daarna samen nakijken

KLAAR? Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 128 - Slide

This item has no instructions

Volgende les - donderdag 3 oktober 
Meenemen: je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift en pen.

Huiswerk: maken opdracht 3, blz 12, in je schrift. Maak t/m vraag 5.


Slide 129 - Slide

This item has no instructions

Welkom th1b!
Telefoon in de telefoontas?
Ga dan lekker zitten en leg je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift en laptop klaar. 

Start met lezen in je leesboek.

donderdag 3 oktober 2024

Slide 130 - Slide

This item has no instructions

Lezen in je leesboek
ongeveer 15 minuten.

Slide 131 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 3. blz. 12
Vraag 1 t/m 5
  1. fietshelmverplichting / fietshelm
  2. In het buitenland gebruikt men de fiets voor recreatie of sport (toer- en sportfietsen) in Nederland meer als vervoer(middel).
  3. de fietsrit kort is en dat de helm ‘dus niet nodig is’, de helm niet comfortabel is (niet prettig warm of soms te koud) en dat leeftijdsgenoten ook geen helm dragen
  4. De reclamecampagnes zorgen voor meer helmgebruik, maar vaak zolang als de campagne duurt. (al. 4)
  5. Deskundigen zijn vooral bang dat bij een plicht de populariteit van fietsen (sterk) zou afnemen. (al. 5)

Slide 132 - Slide

This item has no instructions

Pak nu je laptop
Even kijken wat is blijven hangen.
We gaan een korte quiz doen op lessonup.app
over woordraadstrategieën.

Slide 133 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent hetzelfde als 'angstig'?
A
bang
B
verdrietig
C
rustig
D
blij

Slide 134 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de omschrijving van een vedette?
A
Een beroemd persoon.
B
Een snelle fiets
C
Een soort gebakje
D
Een luxe villa

Slide 135 - Quiz

This item has no instructions

Wat geeft het woord 'zoals' aan in een zin?
A
een synoniem
B
een omschrijving
C
een voorbeeld
D
een tegenstelling

Slide 136 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord is geen tegenstelling van 'snel'?
A
Vertraagd
B
Traag
C
Langzaam
D
Lui

Slide 137 - Quiz

This item has no instructions

Na welk woord in een zin volgt vaak een tegenstelling? Twee antwoorden zijn goed.
A
bijvoorbeeld
B
maar
C
daarentegen
D
of

Slide 138 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag
Wat?        Op je laptop: maak opdracht 2 van cursus Meer dan lezen, paragraaf 1. Daarna zelf nakijken.

Hoe?      Je mag samen rustig overleggen
Tijd?        10 minuten
Klaar?    Lees de vragen van opdracht 5 
timer
10:00

Slide 139 - Slide

This item has no instructions

Verder aan de slag
Wat?        Op je laptop: maak opdracht 5 van cursus Meer dan lezen, paragraaf 1. Daarna zelf nakijken.

Hoe?      Je mag samen rustig overleggen en video terugkijken
                 (wel met oortjes in).

Tijd?        15 minuten
Klaar?    Maak opdracht 6 
timer
10:00

Slide 140 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
WAT      Lees het artikel over weesdieren Rutger en Reinier. 
               Woorden die je niet begrijpt onderstreep of markeer je en zoek je dan op in een                                   online woordenboek. De betekenis van het woord schrijf je op in de woordenlijst. 

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      15 minuten. Daarna samen nakijken

KLAAR? Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 141 - Slide

This item has no instructions

Volgende les - maandag 7 oktober 
Meenemen: je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift, leesmapje.

Huiswerk: maken opdracht 5 van cursus Meer dan lezen op je laptop.




Slide 142 - Slide

This item has no instructions

Niet vergeten: 
- Leren voor de toets maandag (groene stukjes uit je boek)
- Online oefenen bij Nieuw Nederlands 
- Maandag een opgeladen laptop meenemen! (Anders kan je geen toets maken en moet je de toets inhalen in je eigen tijd...)
- Succes en tot maandag!

Slide 143 - Slide

This item has no instructions

WOORDRAADSTRATEGIEËN
  • Tegenstelling

Je kunt een tegenstelling herkennen aan de signaalwoorden: maar, toch, echter, hoewel, tegenover, daar staat tegenover, aan de ene kant ... aan de andere kant.

  • Bijvoorbeeld: Die pizza ziet er lekker uit, maar hij is niet te eten.
  • De tegenstelling is: lekker ↔ niet te eten.
  • Spannend-saai 

Slide 144 - Slide

Tekstgrootte is aan te passen wanneer het niet op een pagina past.
Wat ik het meest van deze les heb geleerd of meeneem is.....

Slide 145 - Mind map

This item has no instructions