• What is LessonUp
  • Search
  • Channels
  • AI tools

    Beta

‹Return to search

hyperbool, understatement, litotes en eufemisme

Hoofdstuk 2 | Woordenschat (blz. 60)

Stijlmiddelen

Hyperbool
Understatement
Eufemisme
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 2 | Woordenschat (blz. 60)

Stijlmiddelen

Hyperbool
Understatement
Eufemisme

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
  • Kun je uitleggen wat een hyperbool, understatement en eufemisme is. 
  • Herken je deze stijlmiddelen in een zin en kun je ze aanwijzen en benoemen. 

Slide 2 - Slide

Wat is een stijlfiguur?

  • Maken een tekst levendig: tekst wordt net iets anders geformuleerd dan de lezer/luisteraar verwacht. 
  • Je gebruikt ze om je boodschap beter over te brengen; het wordt beter onthouden en maakt het krachtiger. Soms ontstaat daar ook humor door.

Slide 3 - Slide

Hyperbool

  •  bij een hyperbool-> de werkelijkheid wordt overdreven
  •  hyperbool heeft humoristisch effect
  •  hyperbolen zijn vaak uitdrukkingen

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Opdracht
  • Bedenk in tweetallen zo veel mogelijk hyperbolen en schrijf ze op | 5 minuten
  • Na 5 min: ander tweetal controleert of het goed is.



timer
5:00

Slide 6 - Slide

Understatement

Slide 7 - Slide

..

Slide 8 - Slide

Eufemisme
Een verzachtende uitdrukking-> niet spottend bedoeld is
  • voorkomen dat een mededeling hard of onaangenaam overkomt
  • bepaalde zaken fraaier over laten komen
  • DUS: op een verzachtende manier of nette manier onder woorden brengen van iets wat niet zo prettig of netjes is





Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

braken
sterven
inbreker
afmaken van vee
spam
ontslaan
vomeren
laten gaan
ongewenste bezoeker
ruimen
E-mailmarketing
laten gaan

Slide 11 - Drag question

Opdrachtje
Schrijf voor jezelf in je eigen woorden op wat de volgende stijlfiguren zijn:
  • Hyperbool
  • Eufemisme
Geef hierbij enkele voorbeelden om het te verduidelijken. 

Slide 12 - Slide


spuugzat
A
overdrijving (hyperbool)
B
eufemisme

Slide 13 - Quiz


verzuipen
A
overdrijving (hyperbool)
B
eufemisme

Slide 14 - Quiz


onaangenaam verrast
A
overdrijving (hyperbool)
B
eufemisme

Slide 15 - Quiz


een verschrikkelijke bende
A
overdrijving (hyperbool)
B
eufemisme

Slide 16 - Quiz


lachten zich een breuk
A
overdrijving (hyperbool)
B
eufemisme

Slide 17 - Quiz


met de tong uit de mond
A
overdrijving (hyperbool)
B
eufemisme

Slide 18 - Quiz

De dierenarts heeft onze hond laten inslapen.
_________
A
eufemisme
B
hyperbool

Slide 19 - Quiz

Ik WORD KNETTERGEK van je gezeur.
A
hyperbool
B
eufemisme

Slide 20 - Quiz

Vannacht hebben onze buren ongewenst bezoek gehad.
__________________________
A
eufemisme
B
hyperbool

Slide 21 - Quiz

Na een lange lijdensweg, ging hij heen.
_____
______
A
eufemisme
B
hyperbool

Slide 22 - Quiz

Een deel van het personeel zal moeten AFVLOEIEN.
A
hyberbool
B
eufemisme

Slide 23 - Quiz


Joke werkt daar als interieurverzorgster.
A
eufemisme
B
hyperbool

Slide 24 - Quiz

De directie kondigde een BANENREDUCTIE aan.
A
eufemisme
B
hyperbool

Slide 25 - Quiz

Hij rende de benen uit zijn lijf om de bus te halen.
A
hyperbool
B
eufemisme

Slide 26 - Quiz

Die film is echt OM JE DOOD TE LACHEN.
A
eufemisme
B
hyperbool

Slide 27 - Quiz

De verdediger schoot de strafschop huizenhoog weg
A
hyperbool
B
eufemisme

Slide 28 - Quiz

Aan de slag
Leren: theorie, woorden & uitdrukkingen
Maken: opdracht 1 t/m 6

Klaar? Ga verder met blz. 62 & 63: voorwaartse en achterwaartse samentrekkingen

Slide 29 - Slide

Samentrekking

Beknopte bijzin

Slide 30 - Slide

Er bestaat voorwaartse en achterwaartse samentrekking:

Voorwaartse samentrekking: het gezamenlijke deel wordt genoemd in het eerste deel van de samentrekking en verderop weggelaten: een antieke lamp en een (-) stoel;

Achterwaartse samentrekking: het gemeenschappelijke deel wordt genoemd in het laatste deel van de samentrekking en daarvóór weggelaten: binnen- en buitenland.
Samentrekkingen

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

More lessons like this

hyperbool, eufemisme, understatement

May 2020 - Lesson with 36 slides
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

hyperbool, understatement, litotes en eufemisme

January 2024 - Lesson with 38 slides
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

hyperbool, understatement, litotes en eufemisme

October 2023 - Lesson with 44 slides
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Les 10 - H2 Woordenschat: stijlfiguren hyperbool, understatement en eufemisme

September 2023 - Lesson with 28 slides
NederlandMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

wk 09: les 1 (Dorpskrant les 4: stijlfiguren)

February 2022 - Lesson with 45 slides
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

hyperbool, understatement, litotes en eufemisme

November 2023 - Lesson with 38 slides
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

3Ha - Woordenschat H2, deel 1

September 2022 - Lesson with 30 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

hyperbool, understatement, litotes en eufemisme

January 2025 - Lesson with 48 slides
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
LessonUp
TermsPrivacy StatementCookie StatementContact
English

Our Cookies

We use cookies to improve your user experience and offer you personalized content. By using Lessonup you agree to our cookie policy.

Change settings