Oefenen met Formuleringsfouten

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Wij staan achter...in de rij.

1. hen
2. hun

Bart noteert ... gegevens op de lijst.

1. hen
2. hun

Ik geef ... een bosje bloemen mee voor de schrale troost.

1. hen
2. hun

Goed of fout:
De mentoren overhandigden hun aan het eind van het jaar de rapporten.

1. Goed
2. fout

Ik heb ... niet gezien!

1. hen
2. hun

Welke verwijswoorden gebruik je bij het-woorden?

Welk(e) verwijswoord(en) gebruik je bij het-woorden?

1. dit
2. deze
3. die
4. dat

Namen van landen/provincies/steden zijn onzijdig.

1. Waar
2. Niet waar

Je verwijst met de woorden 'het' en 'zijn' naar onzijdige woorden.

1. Waar
2. Niet waar

Brabant is trots op ... mooie tradities zoals carnaval.

1. haar
2. zijn

Iedereen was blij om het meisje ... weer gevonden was.

1. die
2. dat

De jongen ... altijd afwezig was, bleek ineens tóch in de les te zijn!

1. die
2. dat

Michelangelo is misschien wel de grootste kunstenaar ... ik ken.

1. die
2. dat

Waar verwijst 'wat' naar?

Mijn ouders kochten een vakantiehuis in Frankrijk, wat wij erg leuk vonden.

1. een vakantiehuis in Frankrijk
2. Mijn ouders kochten een vakantiehuis in Frankrijk

Waar verwijst 'dat' naar?

Mijn ouders kochten een vakantiehuis in Frankrijk dat wij erg leuk vonden.

1. een vakantiehuis in Frankrijk
2. Mijn ouders kochten een vakantiehuis in Frankrijk.

Kies het juiste verwijswoord.
Het bedrijf kon niet voldoen aan de vraag van... klanten.

1. haar
2. hen
3. hun
4. zijn

Kies het juiste verwijswoord.
De apotheek kon niet voldoen aan de vraag van ... klanten.

1. haar
2. hen
3. hun
4. zijn

Gisteren zijn er in de mist diverse ongelukken gebeurd, ... veel blikschade opleverde.

1. dat
2. wat

..., die volgend jaar examen doet, wil docente worden.

1. Zijn zus
2. Zijn zusje

OP school zag ik een meisje ... als twee druppels water op jou lijkt.

1. die
2. dat

Alles ... ik had, ben ik inmiddels kwijt.

1. dat
2. wat

Het allereerste ... ik doe als ik thuiskom, is de kat aaien.

1. dat
2. wat

Ken jij de popgroep Queen, ... het nummer 'Bohemian Rhapsody' al jaren één staat in de Top 2000/

1. van wie
2. waarvan

Daar is ... met wie opa altijd wandelt.

1. de hond
2. de mevrouw

Foutieve samentrekking of niet?

Jan geeft weinig om Marieke, maar wel heel veel aandacht.

1. foutieve samentrekking
2. goede samentrekking

Foutieve samentrekking of niet?

Mireille heeft haar vriendin gefeliciteerd en ook een cadeau gegeven.

1. goede samentrekking
2. foutieve samentrekking

Bij het parkeerterrein aangekomen, was hun auto van een dubbele wielklem voorzien.

1. goed
2. fout

Verbetering

Bij het parkeerterrein aangekomen, zagen zij dat hun auto van een dubbele wielklem was voorzien.

of:

Toen zij bij het parkeerterrein aankwamen, was hun auto van een dubbele wielklem voorzien.

In het theater hebben veel ouderen van de voorstelling genoten en mijn buurman ook.

1. goed
2. fout

foutieve samentrekking

Verbetering:

In het theater hebben veel ouderen van de voorstelling genoten en mijn buurman heeft ook (ervan) genoten.

Waar zit de fout?
De oorzaak van de lesuitval op onze school is te wijten aan de cursus die de docenten moeten volgen.

1. oorzaak
2. lesuitval
3. wijten
4. geen fout

verbetering

De oorzaak van de lesuitval op onze school is de cursus die de docenten moeten volgen.

of:

De lesuitval op onze school is te wijten aan de cursus die de docenten moeten volgen.

Waar zit de fout?
Pelé behoorde tot een van de meest talentvolle spelers ter wereld.

1. behoorde
2. een
3. meest
4. geen fout

Verbetering

Pelé behoorde tot de meest talentvolle spelers ter wereld.

of: 

Pelé was een van de meest talentvolle spelers ter wereld.

Wat is fout?
De nerveuze examenkandidaten werden verzocht de telefoons onmiddellijk in de telefoonzak te plaatsen.

1. nerveuze examenkandidaten
2. werden
3. te plaatsen
4. geen fout

Verbetering

De nerveuze examenkandidaten (MV) werd verzocht de telefoons onmiddellijk in de telefoonzak te plaatsen.

Het onderwerp is verborgen: Er werd verzocht aan de examenkandidaten om ...

Wat is fout?
Het comité moest binnen een uur haar besluit aan de burgemeester meedelen en Alkmaar zal uiteindelijk toch zijn nieuwe stadion krijgen.

1. haar
2. zijn
3. geen fout

Verbetering

Het comité (o) moest binnen een uur zijn besluit aan de burgemeester meedelen en Alkmaar zal uiteindelijk toch zijn nieuwe stadion krijgen.

Wat is fout?
In de zomervakantie zijn wij niet op reis geweest, maar in onze voorjaarsvakantie zal mijn familie echter gaan skiën.

1. niet
2. maar
3. op
4. echter

Verbetering

In de zomervakantie zijn wij niet op reis geweest, maar in onze voorjaarsvakantie zal mijn familie gaan skiën. 

of:

In de zomervakantie zijn wij niet op reis geweest. In onze voorjaarsvakantie zal mijn familie echter gaan skiën. 

Wat is fout?
De lessen zouden later moeten beginnen, omdat als je slaapgebrek krijgt, het niet mogelijk is om de leerstof goed op te nemen.

1. moeten
2. omdat
3. als
4. geen fout

Verbetering

De lessen zouden later moeten beginnen, 

omdat het niet mogelijk is 

om de leerstof goed op te nemen 

als je slaapgebrek krijgt. 

Slechts een kleine minderheid van de werknemers waren tevreden over de CAO afspraken.

1. goed
2. fout

Dertig procent van de deelnemers _______ de eindstreep niet gehaald.

1. hebben
2. heeft

Kijkend uit het raam, viel plotseling een dakpan naar beneden.

1. goed
2. fout

Toen de leden van de Raad van Elf verschenen, gaf de burgemeester ___________ de sleutel van Breda.

1. hen
2. hun