oefenen politiek 5
1 / 20
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Wat is een verzorgingsstaat?
A
Een land waar genoeg artsen zijn voor de burgers.
B
Een land waar genoeg ziekenhuizen zijn voor de burgers.
C
Het overzicht van de kosten van alle uitkeringen
D
Een land waar de overheid de burgers helpt om hun bestaanszekerheid te garanderen
Slide 2 - Quiz
This item has no instructions
zorgen voor verkeer- en waterwegen valt onder
A
het algemeen belang
B
de verzorgingsstaat
Slide 3 - Quiz
This item has no instructions
Welke volksvertegenwoordiging hoort bij welke bestuurslaag?
Het land
De provincie
De gemeente
De gemeenteraad
De provinciale staten
De Tweede Kamer
Slide 4 - Drag question
This item has no instructions
GEMEENTELIJK
LANDELIJK
PROVINCIAAL
Volksvertegenwoordiging
Dagelijks bestuur
Voorzitter
Volksvertegenwoordiging
Dagelijks bestuur
Voorzitter
Volksvertegenwoordiging
Dagelijks bestuur
Voorzitter
Burgermeester
Gedeputeerde Staten
Tweede en Eerste Kamer
Provinciale Staten
Kabinet
Minister-president
Commissaris vd Koning
College B & W
Gemeenteraad
Slide 5 - Drag question
This item has no instructions
Wat is de Staten Generaal?
A
De koning en de koningin
B
De ministers
C
De Eerste en de Tweede Kamer
D
De koning
Slide 6 - Quiz
This item has no instructions
Het kabinet is:
A
Koning + ministers
B
Ministers + staatssecretarissen
Slide 7 - Quiz
This item has no instructions
Waar of niet waar: de provincie is verantwoordelijk voor de aanleg van snelwegen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quiz
This item has no instructions
A
Gemeente
B
Provincie
C
Landelijk
D
Europees
Slide 9 - Quiz
De gemeente is verantwoordelijk voor het bouwen van parkjes, scholen, parkeerplaatsen etc.
Wie zitten er niet in het college van B & W?
Wie zitten er niet in het college van B & W?
A
Gemeenteraad
B
Burgemeester
C
Wethouders
Slide 10 - Quiz
This item has no instructions
De gemeenteraad is
A
wetgevende macht
B
uitvoerende macht
C
rechterlijke macht
D
controlerende macht
Slide 11 - Quiz
This item has no instructions
Wat is Actief Kiesrecht?
A
Het recht om op iemand te stemmen.
B
Het recht om je verkiesbaar te stellen.
Slide 12 - Quiz
This item has no instructions
Wat is algemeen kiesrecht?
A
Kiesrecht voor rijkeren.
B
Kiesrecht voor mannen.
C
Kiesrecht voor mannen en vrouwen
D
Kiesrecht voor kinderen.
Slide 13 - Quiz
This item has no instructions
Wat is een zwevende kiezer?
A
Iemand die niet kan kiezen en op het laatst beslist
B
Iemand die een vliegbrevet heeft
C
Iemand die last heeft van hoogtevrees
D
Iemand die niet kiest
Slide 14 - Quiz
This item has no instructions
Wat zijn peilingen?
A
Verkiezings
onderzoeken: voorspellingen voor de verkiezingen
B
Peilingen meten de kwaliteit van een regering
Slide 15 - Quiz
This item has no instructions
Wat is een lijsttrekker?
A
Een populair partijlid
B
Iemand die alle kieslijsten komt brengen.
C
Iemand die onderaan de kieslijst staat.
D
Iemand die bovenaan de kieslijst staat.
Slide 16 - Quiz
This item has no instructions
Iedere 4 jaar kiezen de inwoners van de gemeente de ..........
A
Leden van de gemeenteraad
B
Burgemeester
C
Wethouders
D
Eerste Kamer
Slide 17 - Quiz
This item has no instructions
Waarmee eindigt een geslaagde kabinetsformatie?
A
Een handtekening van de Koning
B
Als er een coalitie is
C
Een regeerakkoord
D
Het beëdigen van ministers en staatssecretarissen door de koning
Slide 18 - Quiz
This item has no instructions
Wat is een kabinetsformatie?
A
overleg om te komen tot een regering
B
benoemen van ministers in een regering
Slide 19 - Quiz
This item has no instructions
Wat is een coalitie?
Wat is een coalitie?
A
Samenwerking met de grootste partijen
B
Samenwerking van partijen die de meerderheid hebben
C
Samenwerking van partijen die de minderheid hebben
D
Samenwerking met alle politieke leiders
Slide 20 - Quiz
This item has no instructions
