4.5 Ongelijkheid in Nederland

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

+ aantekingenschrift en pen

H4 ongelijkheid

Welkom!

neem deel!

Wat doen we vandaag

• vorige les / herhalen
  

• doelstellingen 
• uitleg doelstellingen
• opdrachten maken. 

Welzijn

Welvaart

Hoog BBP/hoofd

Naar school gaan

Voldoende voedsel kunnen kopen

Toegang tot zorg

Op vakantie kunnen

Een auto hebben

Hoe ontwikkeld een land is, kun je vaak weten door te kijken naar de beroepsbevolking. Wat voor soort werk doen de mensen?

Centrum

Periferie

Semi-periferie

Tertiaire sector

Secundaire sector

Primaire sector

Grondstof

Halffabricant

Eindproduct

Periferie

Semi-Periferie

Centrum

Leerdoelen

Als je klaar bent met deze paragraaf dan....

• weet je dat er in Nederland sociale en regionale ongelijkheid is.
• begrijp je waarom er ruimtelijke ongelijkheid is.
• kun je argumenten gegven voor je mening over ongelijkheid in Nederland
  

Is er armoede in Nederland?

Hoe zien we armoede in Nederland?

Kleine verschillen

Helaas gat tussen arm en rijk toegenomen:

Overheid geeft subsidies

 vb:

- zorgtoeslag

- huursubsidie

Ruimtelijke ongelijkheid in Nederland

Bekijk bron 34 en bron 36 in je lesboek.

- Wat valt je op?

- Waar wonen de hoogste inkomensgroepen?

- Waar wonen de laagste inkomens groepen?

- Kun je dat uitleggen? 

Ruimtelijke ongelijkheid in Nederland

hoge inkomens:

In de randstad -> 4 grootste steden -> werkgelegenheid en economische activiteiten -> wonen in de dorpen erom heen.

lage inkomens:

Wonen in de stad of aan de rand van Nederland -> minder werkgelegenheid. (uitzondering Groningen)

Sociale ongelijkheid in Nederland

Gini-coëfficiënt in Nl niet hoog

Wel verschillen in welvaart en welzijn.

verschillen in welvaart

Nederland is een rijk land, maar niet iedereen kan rondkomen -> relatieve armoede.

Welke factoren zijn er om te zien of iemand in relatieve armoede leeft?

1.

2.

3.

4.

verschillen in welvaart

Welke factoren zijn er om te zien of iemand in relatieve armoede leeft?

1. Inkomen, opleiding en beroep. werkloosheid en laag opleidingsniveau.

2. Gezondheid: welvaartsziekten

3. sociale netwerken

4. taal en communicatie

Basisvoorzieningen

• gezondheidszorg
• schoon drinkwater
• onderwijs
• onderdak 

Mainport 

Wat is een mainport?

Mainport: knooppunt in transportroutes tussen werelddelen.

Mainport: Rotterdamse haven

Mainport: Schiphol

In Nederland: 2 mainports

maken opdrachten

• Maak opdracht 2,4,5 en 6
  

Leerdoelen

Als je klaar bent met deze paragraaf dan....

• weet je dat er in Nederland sociale en regionale ongelijkheid is.
• begrijp je waarom er ruimtelijke ongelijkheid is.
• kun je argumenten gegven voor je mening over ongelijkheid in Nederland
  

Waar is sprake van ruimtelijke ongelijkheid?

1. inkomensverschillen tussen blanken en mestiezen
2. inkomensverschillen tussen platteland en stad
3. inkomensverschillen tussen mannen en vrouwen

Sociale ongelijkheid is

1. Groot verschil in arm en rijk tussen mensen
2. Verschillen in afkomst
3. Verschillende bevolkingsgroepen leven door elkaar
4. Verschillende bevolkingsgroepen leven gescheiden

Hoe kan ruimtelijke ongelijkheid worden verminderd?

1. Investeren in achtergestelde gebieden en gemeenschappen
2. Verhogen van ruimtelijke segregatie
3. Verminderen van ruimtelijke mobiliteit
4. Beperken van toegang tot ruimtelijke voorzieningen

wat is 'het achterland'?

1. het gebied achter de Randstad
2. het gebied dat één haven nodig heeft voor goederen
3. het land aan de andere kant van de zee
4. het land achter de bergen

"Wij hebben belangrijke mainports in Nederland". Wat is een Mainport?

1. Grote havenstad
2. Een ander woord voor wereldstad
3. Een knooppunt in transportroutes tussen werelddelen
4. Stad met zeer hoge mate van welvaart

Het belangrijkste achterland voor Nederland is

1. België en Duitsland
2. Achterhoek
3. Noord Frankrijk
4. Ruhrgebied

Mainport, welke 2 mainports ken je?

1. Schiphol Airport
2. Utrecht Centraal
3. Amsterdam Centraal
4. Haven van Rotterdam

Is er in Nederland veel of weinig sociale ongelijkheid?

1. Veel
2. Weinig

Alles tm 4.5 afmaken

1B 13 juni oefentoets hele hoofdstuk.

1A 18 juni oefentoets hele hoofdstuk.