1hv 5 januari

1hv
Week van 4 t/m 10 januari

1 / 33
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

1hv
Week van 4 t/m 10 januari

Slide 1 - Slide

Drie Franse woorden

Slide 2 - Mind map

Le programme les 1 + 2
- planning
- Start hoofdstuk
- Regarder (1a)
- Kloktijden uitleg
-  phrases-clés (13)
- parler (14)
- ex. 15
- regarder
Tip: betrokkenheid is soms moeilijker! Maak actief aantekingen.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Les jours de la semaine
  1. Kijk en luister naar het filmpje.
  2. Maak daarna de sleepopdracht.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
Lundi
Mardi
Mercredi
Jeudi
Vendredi
Samedi
Dimanche

Slide 8 - Drag question

Les matières scolaires
  1. Kijk en luister naar het filmpje.
  2. Maak daarna de sleepopdracht.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

La musique
Les arts plastiques
La géographie
Le français
L'histoire
L'anglais
Les maths
L'éducation religieuse
Levens-
beschouwing
Wiskunde

Muziek
Engels
Geschiedenis
Frans
Aardrijkskunde
Beeldende Vorming

Slide 11 - Drag question

In welke klas zou jij nu zitten?
11 jaar > sixième (6e) > NL groep 8
12 jaar > cinquième (5e) > brugklas
13 jaar > quatrième (4e) > klas 2
14 jaar > troisième (3e) > klas 3

Tussentijds examen: Le Brevet

15 jaar > la seconde (2nd) > klas 4 
16 jaar > la première (1ère) > Klas 5
17 jaar > la terminale (T) > Klas 6

Eindexamen: Baccalauréat

Slide 12 - Slide

Cijfer systeem

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide




les heures



Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Slide

Vertaal de zin:
'Il est midi.'
A
Het is middag.
B
Het is 12 uur 's middags.
C
Het is tijd.
D
Het is 12 uur 's nachts.

Slide 20 - Quiz

Vertaal de zin:
'Il est huit heures et quart.'
A
Het is 8 uur.
B
Het is 10 over 8.
C
Het is kwart over 8.
D
Het is kwart voor 8.

Slide 21 - Quiz

Vertaal de zin:
'Il est cinq heures et demie.'
A
Het is half 5.
B
Het is 5 uur.
C
Het is kwart over 5.
D
Het is half 6.

Slide 22 - Quiz

Vertaal de zin:
'Il est trois heures moins 20.'
A
Het is 20 over drie.
B
Het is tien voor half 4.
C
Het is 10 over half 3.
D
Het is tien over half 4.

Slide 23 - Quiz

Le programme les 1 + 2
- planning
- Start hoofdstuk
- Regarder (1a)
- Kloktijden uitleg
- phrases-clés (13)
- parler (14)
- ex. 15
- regarder
Les 2: Inloggen via teams agenda!

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Volgende week digitaal opdrachten maken. Deze staan klaar. 
Zorg ervoor dat je hier bij kan! En stel vragen zodra er onduidelijkheden zijn!

Slide 26 - Slide

6

Slide 27 - Video

00:35
Heeft Pierre op zaterdag les?
A
Ja
B
Nee

Slide 28 - Quiz

00:43
Hoe laat begint Pierre?
A
8 uur
B
8 uur 30

Slide 29 - Quiz

01:00
Hoe laat eet Pierre?
A
13 uur
B
12 uur

Slide 30 - Quiz

01:21
Welk vak vindt Pierre leuk?
A
geschiedenis
B
sport

Slide 31 - Quiz

02:05
Welk vak vindt Pierre minder leuk?
A
biologie
B
sport

Slide 32 - Quiz

02:12
Wat is het lievelingsvak van Marine?
A
wiskunde
B
muziek

Slide 33 - Quiz