Lineaire Functies 1.1 (2)

• Wiskunde
• MBO
• Studiejaar 1

Waar staat de a voor in:
y = ax + b?

1. hellingsgetal
2. richtingscoefficiënt
3. het snijpunt met de x-as
4. de evenredigheids- constante

Hoe berekenen we de a in:
y = ax + b?

1. delta y / delta x
2. kijken hoe steil de lijn loopt
3. twee punten en dan het verschil
4. het beginpunt en dan de x-coördinaat

Waar staat de b voor in:
y = ax + b?

1. het snijpunt met de y-as
2. het beginpunt
3. de richtingscoefficiënt
4. de snelheid

Hoe schrijf je het punt van b op?
van y = ax+b

1. (b,0)
2. (0,b)
3. (b,1)
4. (1,b)

Leerdoelen

Aan het einde van de les;

- weet ik wat een recht evenredig verband is

- weet ik hoe ik een evenredig verband kan herkennen

- weet ik een aantal kenmerken van een recht evenredig verband

 

Hoe loopt de lijn als mijn a in y= ax +b, negatief is dus: -a?

1. Dalend
2. Stijgend
3. Recht
4. Constant

Waar gaat het om bij een recht evenredig verband?

1. Een rechte lijn
2. Een schuine lijn
3. De verhouding tussen x en y
4. Als de x omhoog gaat, gaat de y omlaag.

Aan de slag

Wat: Het werkblad

Hoe: Maken in je schrift of op het werkblad

Hulp: Docenten, je groepje

Tijd: 15 minuten

Uitkomst: Je kan een recht evenredig verband herkennen

Klaar?

Maak opdrachten: 1, 4, 5, 8, 11

Aan de slag

Wat: Opdr. 1, 4, 5, 8, 11

Hoe: Maken in je schrift

Hulp: Docenten, je groepje

Tijd: 50 minuten

Uitkomst: Je hebt opdrachten: 1, 2, 4, 5, 6, 8, 10, 11 gemaakt. 

Klaar?

Heb je Opdr. 2, 6, 10, al gemaakt? 
Maak dan de testopgaven