4H_les2_argumentatie_structuren(blokjesschema's)





theorie Argumentatie
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson





theorie Argumentatie

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
- Weet je welke argumentatieschema's er zijn en kun je ze herkennen
- Weet je weer welke argumentatiestructuren er zijn
- Kun je een blokjesschema tekenen bij een argumentatie

Slide 2 - Slide

Planning deze les
  • Herhaling theorie vorige les
  • Nieuwe theorie: structuren
  • Oefenen 
  • Keuze

Slide 3 - Slide

Planning deze week
  • Vandaag: argumentatiestructuren (blokjesschema)
  • woensdag: argumentatieschema's
  • donderdag: oefentoets/vragen stellen 

Slide 4 - Slide

Herhaling theorie
  • Wat is het verschil tussen een feitelijk en waarderend argument?
  • Wat is een tegenargument?
  • Wat is een weerlegging?



Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Nieuwe theorie

Slide 7 - Slide

4 vormen van argumenteren
  1. Enkelvoudige argumentatie
  2. Nevenschikkende argumentatie
  3. Onderschikkende argumentatie (afhankelijk en onafhankelijk)

Slide 8 - Slide

Ik vind het fijn om online les te krijgen
Ik kan zelf mijn tijd indelen.
Enkelvoudige argumentatie


want/omdat

Slide 9 - Slide

Volgens specialisten presteren leerlingen beter in een ouderwets onderwijssysteem
Ze luisteren beter naar de  docenten in de klas dan in een digitale les.
Nevenschikkende argumentatie (onafhankelijk)


Ze hebben de structuur van een reguliere schooldag nodig.
want
want
en

Slide 10 - Slide

Zij is erg geschikt voor deze
nieuwe baan.
Je moet ervaring hebben om dit werk te doen.
Nevenschikkende argumentatie (afhankelijk)

Ze heeft al vijf jaar bij de concurrent gewerkt.
want
want
en

Slide 11 - Slide

De hoofdact, Billie Eilish, kwam niet opdagen.
Onderschikkende argumentatie


Het laatste Lowlandsfestival was slecht.
Haar vliegtuig had vertraging waardoor ze het festival miste. 
want
want

Slide 12 - Slide

Volgens specialisten presteren leerlingen beter in een ouderwets onderwijssysteem
Ze luisteren beter naar de docenten in de klas dan in een digitale les.
Onderschikkende en nevenschikkende argumentatie 


Ze hebben de structuur van een reguliere schooldag nodig.
De docenten zien ook beter of de leerlingen opletten
want
want
want

Slide 13 - Slide

 Basisschema's
Enkelvoudige argumentatie
Nevenschikkende argumentatie
Onderschikkende argumentatie

Slide 14 - Drag question

Let op
Je hoeft niet alle blokjes te gebruiken

Slide 15 - Slide

Onze stamkroeg is er met de nieuwe eigenaar niet op vooruitgegaan. De bediening is nu erg slecht. Ik heb laatst een half uur moeten wachten vóór ik kon bestellen.
Standpunt
Argument 1
Subargument 1
Argument 2
Subargument 2
De bediening is nu erg slecht.
Ik heb laatst een half uur moeten wachten vóór ik kon bestellen.
Onze stamkroeg is er met de nieuwe eigenaar niet op vooruitgegaan. 

Slide 16 - Drag question

Je kunt beter met de trein gaan dan met de auto. Je hebt meer dan één glas bier op en er wordt veel gecontroleerd de laatste tijd.
Standpunt
Argument 1
Subargument 1
Argument 2
Subargument 2
Je kunt beter met de trein gaan dan met de auto.
Je hebt meer dan één glas bier op
Er wordt veel gecontroleerd de laatste tijd.

Slide 17 - Drag question

Je kunt maar beter niet op Texel wonen. Het waait er altijd en het leven is er erg duur. Alles moet immers met de boot gebracht worden.
Standpunt
Argument 1
Subargument 1
Argument 2
Subargument 2
Alles moet immers met de boot gebracht worden.
Het waait er altijd
Je kunt maar beter niet op Texel wonen.
Het leven is er erg duur

Slide 18 - Drag question

Ik begrijp goed hoe ik van een argumentatie een blokjesschema kan maken.
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll

To do...
  • Argumenteren §2: maak opdr. 1, 4, 5, 6, 7 en 8
  • Lezen in leesboek

Slide 20 - Slide

Wat wil je de laatste les voor de pww doen?
herhaling alle theorie
klassikaal oefentoets maken
individueel oefentoets maken
leren voor de toets/ samenvatting maken

Slide 21 - Poll