Paragraaf 5.2: Handel in de Oost en de West (deel 2)

Paragraaf 5.2: Handel in de Oost en de West (deel 2)
De Republiek, een bijzonder land
par. 5.1 handel en nijverheid in de Republiek
1 / 21
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Paragraaf 5.2: Handel in de Oost en de West (deel 2)
De Republiek, een bijzonder land
par. 5.1 handel en nijverheid in de Republiek

Slide 1 - Slide

Deze les 
  • Terugblik 4.4 (video)
  • Introductie H5
  • Leerdoelen 5.1
  • Uitleg 5.1
  • Aan de slag met opdrachten   

Slide 2 - Slide

Voorkennis
Welk probleem werd opgelost toen kooplieden gezamenlijk een compagnie oprichtte in plaats van te handelen met vele kleine bedrijfjes?

Welk begrip hoort bij het alleenrecht van de VOC om namens Nederland te handelen in Azië?

Wat mocht de VOC nog meer? 

Slide 3 - Slide

Voorkennis
Hoe noem je een economie waarin landen van over de hele wereld producten aan elkaar verkopen?

Welk begrip hoort bij de handel tussen Europa, Afrika en Amerika?

Slide 4 - Slide

Driehoekshandel van de WIC

Slide 5 - Slide

Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC)

Slide 6 - Slide

Verenigde Oost-Indische Compagnie (1602)

  •  Vaart op Azië 🌏
  • Specerijenhandel 🌶️
  •  Handelsmonopolie 🥇
  • Voert oorlogen 💣
West-Indische Compagnie (1621)

  • Vaart op Amerika 🌎
  • Handelt in slaven, koffie, tabak, katoen (Driehoekshandel) 🔺
  • Handelsmonopolie 🥇
  • Kaapvaart ☠️

Slide 7 - Slide

Kaapvaart van de WIC

Slide 8 - Slide

Driehoekshandel van de WIC

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Plantageslavernij
= Gedwongen arbeid door slaven op tropische landbouwbedrijven waar één product werd verbouwd.


Slide 11 - Slide

Plantageslavernij
Eerst door de oorspronkelijke bewoners (indianen), maar die stierven door het zware werk of ziektes.  

Daarom haalden Europese handelaren mensen uit West-Afrika en brachten hen als slaaf naar Amerika.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Leven in slavernij 
  • Zwaar werk. 
  • 60 tot 96 uur per week. 
  • Geweld gebruikt.
  • Tweemaal per dag weinig en eentonig eten. 
  • Slechte huizen. 
  • Slechte gezondheid. 

Slide 14 - Slide

Deze les 
  • Terugblik 4.4 (video)
  • Introductie H5
  • Leerdoelen 5.1
  • Uitleg 5.1
  • Aan de slag met opdrachten   

Slide 15 - Slide

VOC
WIC

Slide 16 - Drag question

Wat hoort bij de VOC en wat bij de WIC?
VOC
WIC

Indië

Slavenhandel


Suiker en tabak.
De VOC zorgde voor grote welvaart.

Specerijen

Slide 17 - Drag question

WIC
VOC
VOC
VOC
WIC
WIC

Slide 18 - Drag question

Slide 19 - Video

Voorkennis
Welk probleem werd opgelost toen kooplieden gezamenlijk een compagnie oprichtte in plaats van te handelen met vele kleine bedrijfjes?

Welk begrip hoort bij het alleenrecht van de VOC om namens Nederland te handelen in Azië?

Wat mocht de VOC nog meer? 

Slide 20 - Slide

Opdrachten maken (hw)

Wat? Opdracht 7 t/m 12 van §5.2. 
Hoe? Zelfstandig.
Hulp? Buurman/-vrouw of docent.
Tijd? 10 minuten (samen nakijken).
Klaar? Lees alle drie de teksten nog eens rustig door



timer
10:00

Slide 21 - Slide