2.1 klimaten en plantengroei

2.1 klimaten en plantengroei
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

2.1 klimaten en plantengroei

Slide 1 - Slide

Aan het einde van de cursus kan ik uitleggen:
  • Kan je het begrip weer uitleggen.
  • Kan je het verschil tussen de begrippen weer en klimaat uitleggen.
  • Kan je uitleggen waardoor er verschillende klimaten zijn.
  • Kan je uitleggen welke 5 klimaatgebieden er zijn.
  • Kan je uitleggen welke 5 plantenzones er zijn en hoe dit er uit ziet.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Is dit weer of klimaat?
‘Het regent en er komt later mist.’
A
Weer
B
Klimaat

Slide 4 - Quiz

Wat is het verschil tussen weer en klimaat?
A
Het is het zelfde
B
Het weer is klimaat over een lange periode
C
Het klimaat is weer over lange periode
D
Het klimaat is weer over lange periode + groot gebied

Slide 5 - Quiz

In Nederland is de gemiddelde temperatuur tussen 1920 en 2010 met 1,6 graad gestegen. Dit hoort bij:
A
Weer
B
Klimaat

Slide 6 - Quiz

Breedteligging

Slide 7 - Slide

Hoogteligging

Slide 8 - Slide

Ligging bij zee
  • Zeewater warmt minder snel op dan land. 
  • Gebied in de zomer aan zee: koele lucht. 
  • Winter: zeewater warmer dan land. -> regen. 

Slide 9 - Slide

Ga naar :
https://wow.knmi.nl/

Slide 10 - Slide

werkboek
maken cursus 2.1 (blz. 49,50,51)

Slide 11 - Slide

2.1 klimaat en plantengroei

Slide 12 - Slide

Aan het einde van de cursus kan ik uitleggen:
  • Kan je het begrip weer uitleggen.
  • Kan je het verschil tussen de begrippen weer en klimaat uitleggen.
  • Kan je uitleggen waardoor er verschillende klimaten zijn.
  • Kan je uitleggen welke 5 klimaatgebieden er zijn.
  • Kan je uitleggen welke 5 plantenzones er zijn en hoe dit er uit ziet.

Slide 13 - Slide

als je zegt dat vandaag het koud en nat is praat je over
A
weer
B
klimaat

Slide 14 - Quiz

'Spanje heeft zachte winters en zeer warme zomers. In de zomer valt er weinig neerslag'. Dit gaat over het ..... in Spanje.
A
Weer
B
Klimaat

Slide 15 - Quiz

Wat is de breedteligging?
A
De afstand tot de noordpool
B
De afstand tot de evenaar
C
De afstand tussen twee breedtepunten
D
De ligging ten opzichte van een breedtelijn

Slide 16 - Quiz

Waarom moet je hier
wel een jack aan?
Welk verschil hoort bij deze foto?
A
verschil in breedteligging
B
ligging dichtbij of ver van de zee
C
verschil in hoogteligging

Slide 17 - Quiz

Opdracht
Maak in tweetallen een korte presentatie (2-5 minuten) over één van de 5 klimaten. Wat moet erin?
  • Informatie over het klimaat (temperatuur, wanneer zomer/winter, neerslag, stormen)
  • Welke plantenzone bij jullie klimaat hoort (blz. 54)
  • Minimaal 3 plaatjes
  • Minimaal 2 quiz vragen om te controleren of je klasgenoten ook genoeg over het klimaat weten.

Slide 18 - Slide