What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Oefening 1 - regelmatige werkwoorden
Regelmäßige Verben
Tegenwoordige tijd
Sleep de uitgangen naar het juiste persoonlijk voornaamwoord.
1 / 28
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
This lesson contains
28 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
10 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Regelmäßige Verben
Tegenwoordige tijd
Sleep de uitgangen naar het juiste persoonlijk voornaamwoord.
Slide 1 - Slide
ich
du
er/ sie/ es
wir
ihr
sie/ Sie
stam + t
stam + t
stam + en
stam + en
stam + st
stam + e
Slide 2 - Drag question
Regelmäßige Verben
Tegenwoordige tijd
werkwoorden waarvan
de stam die eindigt op een -s
Sleep de uitgangen naar het juiste persoonlijk voornaamwoord.
Slide 3 - Slide
ich
du
er/ sie/ es
wir
ihr
sie/ Sie
stam + t
stam + t
stam + t
stam + en
stam + en
stam + e
Slide 4 - Drag question
Regelmäßige Verben
Tegenwoordige tijd
werkwoorden waarvan
de stam die eindigt op een -d of -t
OF werkwoorden die eindigen op -nen -men
Sleep de uitgangen naar het juiste persoonlijk voornaamwoord.
Slide 5 - Slide
ich
du
er/ sie/ es
wir
ihr
sie/ Sie
stam + et
stam + et
stam + est
stam + e
stam + en
stam + en
Slide 6 - Drag question
Regelmäßige Verben
Tegenwoordige tijd
Vul de juiste vorm van het werkwoord in.
Slide 7 - Slide
(wohnen) Welche Tiere ___ im Insektenhotel?
Slide 8 - Open question
(wünschen) Was ___ du dir zum Geburtstag?
Slide 9 - Open question
(reden) Ihr ___ immer so laut.
Slide 10 - Open question
(atmen) Du ___ sehr tief!
Slide 11 - Open question
(machen) Herr Thomsen, Sie ___ das sehr gut!
Slide 12 - Open question
Regelmäßige Verben
Verleden tijd
Sleep de uitgangen naar het juiste persoonlijk voornaamwoord.
Slide 13 - Slide
ich
du
er/ sie/ es
wir
ihr
sie/ Sie
stam + te
stam + te
stam + tet
stam + ten
stam + ten
stam + test
Slide 14 - Drag question
Regelmäßige Verben
Tegenwoordige tijd
werkwoorden waarvan
de stam die eindigt op een -d of -t
OF werkwoorden die eindigen op -nen -men
Sleep de uitgangen naar het juiste persoonlijk voornaamwoord.
Slide 15 - Slide
ich
du
er/ sie/ es
wir
ihr
sie/ Sie
stam + eten
stam + eten
stam + est
stam + etet
stam + ete
stam + ete
Slide 16 - Drag question
Regelmäßige Verben
Verleden tijd
Typ het juiste antwoord
Slide 17 - Slide
(wohnen) Wo ___ deine Eltern früher?
Slide 18 - Open question
(pflegen) Er ___ sein Hamster sehr gut.
Slide 19 - Open question
(reden) Ihr ___ immer so laut.
Slide 20 - Open question
(rechnen) Wir ___ nicht mit eurem Besuch.
Slide 21 - Open question
(machen) Herr Thomsen, Sie ___ das sehr gut!
Slide 22 - Open question
Regelmäßige Verben
Voltooid deelwoord
Typ het juiste antwoord
Slide 23 - Slide
(wohnen) Wir haben bei dir in der Straße ___
Slide 24 - Open question
(wünschen) Was hast du dir zum Geburtstag ___?
Slide 25 - Open question
(fotografieren) Er hat seine Eltern ___.
Slide 26 - Open question
(atmen) Er hat einmal tief durch ___.
Slide 27 - Open question
(reden) Seine Freunde haben über ihn ___.
Slide 28 - Open question
More lessons like this
regelmäßige Verben
December 2022
- Lesson with
23 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Grammatica - opdrachten
March 2025
- Lesson with
27 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Kapitel 4 Wiederholung (regelmäßige Verben)
November 2019
- Lesson with
48 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
regelmäßige Verben
December 2021
- Lesson with
25 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Les 2 verdieping Herhalen plus voltooid deelwoord
December 2020
- Lesson with
29 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k, mavo
Leerjaar 2
Grammatik regelmäßige Verben
November 2024
- Lesson with
17 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 2,3
Indikativ Präsens mit Almklausi
September 2022
- Lesson with
20 slides
Duits
Secundair onderwijs
Werkwoorden op -d/-t
October 2024
- Lesson with
13 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2