H3, spelling, 1q, 12-03-2020

Welkom
Pak alvast je leesboek, boek, schrift en pen, dan kunnen we snel beginnen. 


1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom
Pak alvast je leesboek, boek, schrift en pen, dan kunnen we snel beginnen. 


Slide 1 - Slide

Tien minuten lezen, in stilte. 

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
9.25 - 9.35 - Lezen in leesboek
9.35 - 9.45 - Huiswerk bespreken
9.45 - 9.55 - Dictee
9.55 - 10.10 - Toets bespreken


Slide 3 - Slide

Huiswerk nakijken
Opdracht opdracht 25, 26, 27 (blz. 127 en 128)

Verbeter je antwoord indien nodig.







Slide 4 - Slide

Dictee
De woorden van het dictee maken deel uit van de toets over spelling.

Zorg ervoor dus dat deze in je schrift staan, op een plek waar je ze goed terug kan vinden. 

Slide 5 - Slide

Toets bespreken
  • Heb je vragen over jouw antwoord bij de toets? Kom dan NA de bespreking bij me. Zet er voor nu even een vraagteken in potlood bij.

Slide 6 - Slide

Zelf aan de slag!
Wat?  Lees de theorie op blz. 127, opdracht 26, 27 en 28 (blz. 127 en 128)
Hoe? Je mag zachtjes overleggen met je buurman/buurvrouw, wordt
het te luid? Dan gaat het stoplicht op rood mag je niet meer overleggen. 
Tijd? Je hebt hier tot het einde van de les de tijd voor
Hulp? Vraag je buurman/buurvrouw. Steek anders je hand omhoog, dan kom ik bij je.
Klaar? Ga dan lezen in je leesboek.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Zelf aan de slag!
Opdracht opdracht 25, 26, 27 (blz. 127 en 128)

Verbeter je antwoord indien nodig.







Slide 9 - Slide

Hoofdgedachte
De hoofdgedachte van een tekst is dat wat de schrijver precies over het onderwerp wilde vertellen.

De hoofdgedachte = de samenvatting van het onderwerp + de hoofdzaken, geformuleerd in één zin. 

- Schrijf het onderwerp van de tekst op
- Wat vertelt de schrijver in deze tekst over het onderwerp?
- Vat de hoofdzaken over het onderwerp samen
- Formuleer de hoofdgedachte in één zin
- De hoofdgedachte is nooit een vraag. 


Slide 10 - Slide



  • Je maakt samen opdracht 44 blz. 195
  • Je leert de stof beter toepassen door van elkaar te leren
  • Geschikt voor: iedereen die wil leren en leesvaardigheid best moeilijk vind. 
  • Daarna opdracht 46 zelfstandig maken

KEUZE GROEN

KEUZE BLAUW
  • Je maakt zelfstandig de opdracht 44 op blz. 194
  • Geschikt voor: de leerlingen die zelfstandig kunnen werken en leesvaardigheid al goed beheersen. 
  • Voorwaarde: je bent stil tijdens de bespreking die ik met de rest v.d. klas doe
  • Klaar? Maak opdracht 46 op blz. 195

Slide 11 - Slide

Kernzinnen
Zoals jullie weten bestaat het middenstuk uit meerdere alinea's. Een goed opgebouwde alinea heeft altijd een kernzin.

Een kernzin is een zin waarin de belangrijkste mededeling van de alinea staat. Deze zin staat meestal vooraan in een alinea. Het is dan de eerste of de tweede zin. Soms staat de kernzin achteraan. De rest van de alinea bestaat dan uit voorbeelden of toelichting.


Slide 12 - Slide

Kernzinnen

Slide 13 - Slide

Even oefenen
Even oefenen:

Slide 14 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
9.20 - 9.30 - Lezen in leesboek
9.30 - 9.35 - Wat weet je nog? (de vorige les!)
9.35 - 9.45 - Huiswerk bespreken
9.45 - 9.55 - Uitleg kernzinnen
9.55  - 10.05 - Zelfstandig werken
10.05 - 10.10 - Lesafsluiting











Slide 15 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
9.20 - 9.30 - Lezen in leesboek
9.30 - 9.35 - Wat weet je nog? (de vorige les!)
9.35 - 9.45 - Huiswerk bespreken
9.45 - 9.55 - Uitleg kernzinnen
9.55  - 10.05 - Zelfstandig werken
10.05 - 10.10 - Lesafsluiting











Slide 16 - Slide

Lesafsluiting
  1. Op welke drie mogelijke plekken kan een kernzin in de alinea staan?
  2. Welk tekstdoel hoort bij een uiteenzettende tekst?
  3. Hoe noem je het begin van een tekst?


Voor donderdag: opdracht 44 en 45 af. (blz. 139 en blz. 141) 



Slide 17 - Slide