PTA 3.4.1. Im Restaurant

Sprechen
im Restaurant
1 / 21
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Sprechen
im Restaurant

Slide 1 - Slide


das 
Messer

der 
Löffel

die
Gabel

der 
Teelöffel

Slide 2 - Drag question

Trinken
Essen
Besteck
Im Restaurant
die Gabel
die Speisekarte
die Cola
der Löffel
der Reis
das Gemüse
bestellen
die Rechnung
der Kaffee
die Suppe
Guten Appetit
die Kartoffeln
der Tee
das Wasser
das Messer

Slide 3 - Drag question

'Im Restaurant' 

Ihr seht gleich ein Videobeispiel. 

Wie bestellt man etwas und wie bezahlt man?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Welke werkwoorden ken je
'im Restaurant'?

Slide 6 - Mind map

Wie sagt man....?
Hoe zeg je....?

Slide 7 - Slide

Wat is het juiste Duitse woord voor menukaart
A
das Menü
B
die Karte
C
die Esskarte
D
die Speisekarte

Slide 8 - Quiz

Er zijn verschillende manieren om in een Duits restaurant aan te geven, dat je iets wilt bestellen. Welke manier is onjuist?
A
Ich hätte gerne
B
Ich will
C
Ich nehme
D
Ich möchte gern

Slide 9 - Quiz

Wat betekent het als de ober zegt:
Ok, kommt sofort!
A
Ok, ik kom eraan!
B
Ok, ik ga het (meteen) halen!
C
Ok, nog even een momentje!

Slide 10 - Quiz

Hoe zeg je in het Duits: We willen graag betalen.
A
Wir möchten zahlen, bitte!
B
Zahlen sofort!

Slide 11 - Quiz

Wat is het juiste Duitse woord voor 'fooi'?
A
Tip
B
Bar zahlen
C
Trinkgeld
D
mehr bezahlen

Slide 12 - Quiz

Ik heb gereserveed.
Een tafel bij het raam. 
Ik wil graag betalen, de rekening alstublieft.
Heeft het gesmaakt?
Dat maakt 9,50 Euro.
Maak er 10 euro van.
Ich habe reserviert.
ein Tisch am Fenster
Ich möchte zahlen, die Rechnung bitte.
Hat es geschmeckt?
Das macht 9,50 Euro.
Machen sie 10 euro.

Slide 13 - Drag question

das Trinkgeld
Auf Wiedersehen!
ohne
heute
getrennt zahlen
die Kartoffeln
wählen
als Nachspeise
der Kaffee
emphelen
der Reis
vandaag
zonder
kiezen
de fooi/tip
de aardappelen
als nagerecht
de rijst
apart betalen
de koffie
Tot ziens!
aanraden

Slide 14 - Drag question

Je vraagt om de menukaart.
timer
1:30

Slide 15 - Open question

Je komt een restaurant binnen en vraagt de ober om een tafel voor 2 personen.
timer
1:30

Slide 16 - Open question

im Restaurant
Spreek de zin eerst in gedachten uit en controleer dan of het juist was.
Ik heb niet gereserveerd
Is deze tafel vrij?
De menukaart aub.
Wilt u al iets te drinken bestellen?
Ik ben allergisch voor noten.
Als voorgerecht neem ik...
Heeft u ook vegetarische gerechten?
Sorry. Dat heb ik niet besteld.
Het smaakt erg goed.
Mogen we de menukaart nog een keer zien?
Ik neem de salade.
Ik heb geen lepel.
Ik heb geen mes.
Ik heb geen vork.
De rekening aub.
Kan ik contant betalen?
Je wilt fooi geven.
Tot ziens

Slide 17 - Drag question

Welke werkwoorden weet je nu
'im Restaurant'?

Slide 18 - Mind map

Welke signaalworden ken je
die een uitbreiding aangeven?
bijv. und

Slide 19 - Mind map

Welke signaalworden ken je
die een reden/oorzaak aangeven?
bijv. weil

Slide 20 - Mind map

Welke signaalworden ken je
die een 'tijd' aangeven?
bijv. danach

Slide 21 - Mind map