1-2-24 Spelling

Spelling herhaalles

kort dictee
herhaling werkwoorden
herhaling grammatica


1 / 22
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 7

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Spelling herhaalles

kort dictee
herhaling werkwoorden
herhaling grammatica


Slide 1 - Slide

even wachten....

Lieve kinderen, we starten zo eerst met een dictee. Daarna kan je de rest nog even zelf afmaken!! Veel succes!

Slide 2 - Slide

Dictee

Slide 3 - Open question

Dictee

Slide 4 - Open question

Dictee

Slide 5 - Open question

Dictee

Slide 6 - Open question

Dictee

Slide 7 - Open question

Dictee

Slide 8 - Open question

Dictee

Slide 9 - Open question

Dictee

Slide 10 - Open question

Dictee

Slide 11 - Open question

Dictee

Slide 12 - Open question

Wat is de juiste vervoeging naar de verleden tijd van het woord
lunchen
A
wij lunchden
B
wij lunchten

Slide 13 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van biggelen
A
gebiggeld
B
gebiggeld
C
gebigelt
D
gebigeld

Slide 14 - Quiz

[belanden]
Jij __________ gisteren in een regenplas.
Schrijf het werkwoord op in de juiste tijd.

Slide 15 - Open question

Welke woordsoort mist er in deze zin?

____ vogel eet het voer van het plankje.
A
zelfstandig naamwoord
B
voorzetsel
C
persoonsvorm
D
lidwoord

Slide 16 - Quiz

Noem een voorbeeld van een persoonlijk voornaamwoord.

Slide 17 - Open question

bijvoeglijk naamwoord

Slide 18 - Mind map

Wat is een voorbeeld van een voorzetsel
A
glazen
B
vijftig
C
bij
D
het

Slide 19 - Quiz

Wat is de bepaling van plaats in de volgende zin?
De Utrechtse waterkoker staat in de kelder.
A
in de kelder
B
De Utrechtse waterkoker
C
Utrechtse
D
staat

Slide 20 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Slide 21 - Open question

Wat wil je nog oefenen voor de toets?

Slide 22 - Mind map