This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
De Middeleeuwen
De middeleeuwse stad
Slide 1 - Slide
Tijd van Steden en Staten (1000-1500)
In het wit zie je een stadspoort. Ging je in de Middeleeuwen een stad binnen, dan moest je door de stadspoort. In veel steden werd een hoge en prachtig versierde kerk gebouwd. Op de achtergrond zie je de binnenkant van zo’n kerk.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga
Slide 2 - Slide
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je:
- De sociale lagen in een Middeleeuwse stad benoemen.
- Uitleggen hoe een gilde was georganiseerd.
- Uitleggen hoe mensen hun geld verdienden in de Middeleeuwse stad.
Slide 3 - Slide
'Stadslucht maakt vrij'
Steden zorgden voor meer vrijheden voor de Europese bevolking
Boeren waren vrij van hun heer wanneer ze éen jaar en één dag in de stad woonden
Waarom is de stad aantekkelijk?: - Geen herendiensten
- Geen belasting betalen aan de heer
Slide 4 - Slide
Wie wonen er in de stad?
Inwoners van de stad = Burgerij
1. Rijke kooplieden en belangrijke ambachtslieden.
- Zaten in het bestuur van de stad (bovenlaag)
2. Winkeliers en ambachtslieden (middenklasse)
3. Gewone (arme) arbeiders 4. Bedelaars en daklozen
Afhankelijk van de kerk en de rijken
Slide 5 - Slide
Werken in een gilde
Omdat de oogst groter wordt, hoeft niet iedereen meer boer te zijn: er ontstaan andere beroepen: ambachten
Mensen met hetzelfde ambacht zitten in een gilde: een beroepsvereniging van ondernemers met hetzelfde beroep.
In het Gilde maakten men onderlinge afspraken om concurrentie te voorkomen: werktijden, opleiding, prijs en kwaliteit.
Het gilde controleerde de kwaliteit van de producten en stelde de verkoopprijs vast.
Bij ziekte en overlijden kreeg het gezin hulp van het gilde.
De meeste gilden hadden een prachtig gildehuis. Hier werden, behalve vergaderingen, ook feesten gehouden. Heel het leven draaide om het gilde.
Voorbeelden van ambachten in een middeleeuwse stad:
- smid
- bakker
- timmerman
- meubelmaker
- brouwer
- kleermaker
Slide 6 - Slide
Van leerling
tot meester
Je mag alleen een eigen bedrijf hebben, als je lid van een gilde bent.
Hiervoor moet je eerst meester worden:
Je begon al erg jong als onbetaalde leerling;
Daarna werd je gezel; knecht
En pas als je meesterproef (examen) had gedaan kon je meester worden.
Middeleeuwse ambachtslieden aan het werk.
Slide 7 - Slide
Een voorbeeld van een meesterproef.
Om meester te worden moest een poort worden gemetseld.
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Zelf aan de slag!
Maken WB 6.3 opdrachten 9, 11
Slide 10 - Slide
Edelen en de stad
Edelen stimuleerden aanvankelijk de ontwikkeling van steden om te profiteren van de toenemende handel.
Immers: meer handel = meer belasting
maarrrrrrr.......
Slide 11 - Slide
Steden worden zelfstandiger
Redenen: ze wilden van hun afhankelijkheid van de adel af (geen herendiensten e.d. meer) en door hun opkomende rijkdom en daarmee macht gingen ze dit afdwingen.
Ze vroegen eigen rechten aan bij de koning!
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Steden krijgen stadsrechten
Door hun rijkdom eisten ze stadsrechten en daarmee recht op zelfbestuur, een eigen rechtbank, markt, wallen of muren en vrijstelling van tol.
De koning kreeg belasting en troepen (of geld om troepen in te huren) en gebruikten deze ontwikkeling ook om hun eigen macht te vergroten (=centralisatie) ten koste van de edelen.
Slide 14 - Slide
Begrippen uit deze lessen
ambachten
leerling
gezel
meester
meesterproef
gilde
stadsrechten
tol
centralisatie
Slide 15 - Slide
Leg in je eigen woorden uit wat een gilde is
Slide 16 - Open question
Wie zaten er in het bestuur van een middeleeuwse stad?
A
Winkeliers
B
Gewone arbeiders
C
Kooplieden
D
Leerlingen
Slide 17 - Quiz
Een boer is een ambachtsman
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quiz
Een timmerman is een ambachtsman
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quiz
Het gilde controleert de kwaliteit en de prijs van de producten die de gildeleden maken.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quiz
Als een gildelid ziek is, zorgen de andere leden voor hem en zijn gezin.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quiz
Als je goed genoeg was, moest je de ???? afleggen. Dat was een soort examen. Als je slaagde, mocht je lid worden van het gilde.
Welk woord moet er op de vraagtekens staan?
A
gilde
B
meester
C
meesterproef
D
leerling
Slide 22 - Quiz
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je:
- De sociale lagen in een Middeleeuwse stad benoemen.
- Uitleggen hoe een gilde was georganiseerd.
- Uitleggen hoe mensen hun geld verdienden in de Middeleeuwse stad.
Slide 23 - Slide
Stel een vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen