In het huishouden moet je rekening houden met je eigen veiligheid en die van je huisgenoten. De meeste ongevallen gebeuren in en rond het huis. Daarbij zijn vooral kinderen en ouderen betrokken.
1 / 5
next
Slide 1: Slide
MentorlesSpeciaal OnderwijsLeerroute 2
This lesson contains 5 slides, with interactive quiz and text slides.
Items in this lesson
Veiligheid thuis
In het huishouden moet je rekening houden met je eigen veiligheid en die van je huisgenoten. De meeste ongevallen gebeuren in en rond het huis. Daarbij zijn vooral kinderen en ouderen betrokken.
Slide 1 - Slide
Ongelukken in huis komen door:
• Onveilig gedrag. Bijvoorbeeld verkeerd omgaan met gas en elektriciteit. Of onveilig werken met gereedschap.
• Onveilige omgeving. Bijvoorbeeld een trap zonder traphekje terwijl er een peuter in huis is. Of giftige schoonmaakmiddelen die bij de flessen frisdrank staan.
• Onveilig materiaal. Bijvoorbeeld elektrische apparaten die niet veilig zijn.
Slide 2 - Slide
Veiligheid apparatuur
Koop je een apparaat? Let dan op de CE-markering. Dat is een merkteken waardoor je weet dat het apparaat veilig is (zie afbeelding 3).
Slide 3 - Slide
irriterend
bijtend
giftig
explosief
ontvlambaar
schadelijk voor het milieu
Slide 4 - Drag question
EHBO
Bij een ongeluk of verwonding is het belangrijk om te weten wat je moet doen. Je kunt dan ‘eerste hulp bij ongelukken’ (EHBO) geven of 112 bellen. Je moet altijd 112 bellen als het slachtoffer bewusteloos of erg benauwd is. In afbeelding 10 staat wat je moet doen bij enkele veelvoorkomende ongelukken.
