les 1 introductie, cultureel zelfportret, architectuur en opdracht

• Culturele en kunstzinnige vorming
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4,5

Welkom bij CKV

vaste regels:

• jassen uit, tassen uitpakken en op grond.
  
• meteen gaan zitten volgens plattegrond (vanaf volgende week)
  
• huiswerk, lesboek, map en etui op tafel
  
• telefoon in tas op grond. Telefoon wordt onmiddelijk ingenomen bij zicht.
  
• altijd huiswerk maken, dan loop je nooit achter
  
• Geen boeken, geen huiswerk notitie in magister en voor participatiecijfer
  
• geen geroep door klas. Als je je vinger opsteekt krijg je een beurt
• Als je een probleem hebt, het ergens niet mee eens bent, overleg wil: dat kan altijd maar op afspraak en na de les. Je kunt mij bereiken via ELO berichten en email [e-mail]. 

Raw Aron Schuster

Amsterdamse school 1928-1930 (expressionisme)

architect: 

geïnspireerd door Dudok en Loyd Wright

Amsterdamse school: 1910-1930

expressief, fantastische vormen

organische vormentaal ontleent uit natuur

emotioneel effect

kenmerken van gotische structuren\

vernieuwend

ambachtelijk

art deco

Modernisme vanaf 1920-1980

architect Brinkman en van der Vlugt: "Het nieuwe Bouwen"

Het nieuwe bouwen

Transparantie, ruimte, licht en lucht. Dit werd mede bereikt door het gebruik van moderne materialen en constructiemethoden. In de woningbouw werd het gesloten woonblok vervangen door strokenbouw (aaneengeschakelde woningen, categorie: stedenbouwkunde).

Functionaliteit: ook de architectuur wordt bepaald door het materiaal en de constructies van de samenstellende onderdelen.

Symmetrie en herhaling: een evenwichtige verhouding van ongelijke delen.

Kleurgebruik: niet als versiersel of ornamenteel maar als organisch uitdrukkingsmiddel.

 Naast een optimaal functioneren van het bedrijf werd grote aandacht besteed aan de werkomstandigheden van de arbeiders. Door de grote aandacht voor zo gunstig mogelijke arbeidsomstandigheden – maximale toetreding van licht en lucht, uitzicht, hygiene, aanwezigheid van sportvelden en bibliotheek, sociale aspecten

https:

Le Corbusier

Cité Radieuse (Marseille)

Les pilotis: de kern van het gebouw moet op zuilen vrij van de grond staan.

Le toit-jardin: het platte dak wordt als buitenruimte ingericht, daktuinen

Le plan libre: vrije indeling op elk niveau dankzij skeletbouw

La façade libre: de gevels zijn geen dragende muren

La fenêtre en longeur : het horizontale panoramaraam

structuralisme

kleinschaligheid en menselijke maat

geen strakke vormen maar geschakelede blokken

honingraat- motief

alles met elkaar in verbinding

De Aula

Rust, reinhheid, regelmaat

De hal

Kubuswoningen Piet Blom (1984)

structuralisme

reactie op modernisme

kleinschaligheid en menselijke maat

mensen wonen in dak van stad (als in bomen) als vogels in nesten

Rokin, Mart van Schijndel

1990

postmodernisme--> antwoord op strakke en functionele modernisme

speelse verwijzingen naar klassieke architectuur of andere stijlen uit het verleden

graniet, marmer

spiegelend glas (weerspiegeld omliggende gebouwen)

timpaan

uitbundige kleuren

Welk gebouw is dit?

Supermodernisme:

strak en industrieel

gebruik van computer zorgt voor opvallende vormen

Kunststof nieuw gebruikt materiaal

Huiswerk:

• leren verschillende stromingen architectuur Constrast blz. 102 t/m 104
• Maken opdracht 5 en 6
• meenemen: een gebruiksvoorwerp dat qua functie handig is, maar qua vorm ook mooi of in het oog springend. Vorm en functie. zie voorbeelden: SCHOONHEID EN NUT

GOEDEMORGEN!

CKV les van dinsdag 18 september

• jassen uit, tassen uitpakken en op grond.
  
• meteen gaan zitten volgens plattegrond: is nu nog niet
  
• huiswerk, lesboek, map en etui op tafel
  
• telefoon in tas op grond. Telefoon wordt onmiddelijk ingenomen bij zicht.
• geen geroep door klas. Als je je vinger opsteekt krijg je een beurt
• we beginnen met absenties/ huiswerkcontrole

 inhoud van deze les:

1e uur: 

-kenmerken om gebouwen van elkaar te kunnen onderscheiden.

-oefenen

-huiswerk nakijken en bespreken: 1 en 6 blz. 108- 109

2e uur: 

- intro 'design'

- wat hebben jullie meegenomen? Wat kun je zeggen over schoonheid en nut van dit voorwerp? Hoe draagt de vorm bij aan de functie? Hoe draagt de functie bij aan de vorm?

- klassikale les over stromingen

Zes kenmerken om gebouwen van elkaar te kunnen onderscheiden:

• Functie: waar dient het gebouw voor. Aan een gebouw kon je vaak zien waartoe het diende. In de moderne tijd is dat wat lastiger. Toch hebben ook moderne gebouwen vaak een uistraling die past bij hun functie: zie voorbeeld gerechtsgebouw 13.6
• Vorm: waar klassieke gebouwen vaak statige gevels en symmetrische vormen hebben, met een entree en ornamenten (de vorm bepaald de functie)  hebben moderne gebouwen eerder een functie die de vorm bepaald: daardoor is de constructie goed zichtbaar. 13.10
• Omgeving: Gebouw gaat op in ritme van omliggende gebouwen. Zelfde hoogte, kleuren, materialen. Soms past een gebouw perfect in zijn omgeving (NEMO/ hangar Oosterdok), soms wijkt een gebouw juist af van zijn omgeving en vormt daarmee een contrast. Rokin

Deze kenmerken moet je kunnen toepassen. Het zou een toetsvraag kunnen zijn!

• Materiaal: de uitstraling van een gebouw wordt in grote mate bepaald door het bouwmateriaal. Veel glas, staal en beton geeft een transparante, modern strakke en open uitstraling terwijl baksteen en weinig glas juist een gesloten indruk geeft en natuursteen een klassieke uitstraling. 13.9
  

• constructie: samenvoegen van verschillende delen. De draagconstructie bestaat uit muren, vloeren en fundering. Hoe is iets opgebouwd? Een constructie kan open zijn of gesloten, waarbij de constructie is verborgen Zie 13.10
  

• Visie: Ludwig Mies van der Rohe: 'less is more' en Robert Venturi 'Less is a bore'
  

Welk gebouw is dit? wat is de bijnaam?

Tot welke stroming behoort dit gebouw en waarom?

Zaandam, Intell Hotel (2010)

Tot welke stroming behoort dit hotel? waarom?

Le Lapin (designwedstrijd Hema)

The Rocker knoflookpers

Lezen intro DESIGN blz 126.

Klassikaal bespreken van jullie gebruiksvoorwerp: Wat is de schoonheid en wat is het NUT? Hoe beinvloedt de vorm de functie en andersom? 

lijst van gebruiksvoorwerpen:

Le Corbusier

Cité Radieuse (Marseille)

Les pilotis: de kern van het gebouw moet op zuilen vrij van de grond staan.

Le toit-jardin: het platte dak wordt als buitenruimte ingericht, daktuinen

Le plan libre: vrije indeling op elk niveau dankzij skeletbouw

La façade libre: de gevels zijn geen dragende muren

La fenêtre en longeur : het horizontale panoramaraam

Hoe komen de 5 pijlers die Le Corbusier voor zijn Cité radieuse gebruikte, terug in het ontwerp van deze stoelen, ook van zijn hand?

Le Corbusier ligstoel

Interieur appartement la Cité radieuse in Marseille

Zie je overeenkomsten met het exterieur en met de stoelen?

Brievenbussen la Cité Radieuse

Welke overeenkomst zie je?

Tomado (Italië) boekenrekje

Space Age jaren 60-70

Waarom heet deze periode zo?

Waardoor lieten ontwerpers van dit type design zich inspireren, denk je?

Cascade- lamp Space Age

Bijzettafeltje Space Age

Televisie Space Age

waar doet die je aan denken?

Zelfs een kinderwagen...

let eens op de ei- vorm. Kun je bedenken waarom deze vorm geliefd is in de Space age?

CKV les van dinsdag 25 september

• jassen uit, tassen uitpakken en op grond.
  
• meteen gaan zitten --> vanaf volgende week plattegrond wordt tijdens les aangelegd
  
• huiswerk, lesboek, map en etui op tafel
  
• telefoon in tas op grond. Telefoon wordt onmiddelijk ingenomen bij zicht.
• Geen boeken, geen huiswerk notitie in magister en voor participatiecijfer
  
• geen geroep door klas. Als je je vinger opsteekt krijg je een beurt
• Je kunt mij bereiken via ELO berichten en email [e-mail]. 

INHOUD LES

• uitleg cultureel Zelfportret --> pak je stencil erbij: LET OP, meteen na de herfstvakantie inleveren aan begin van de les. Volgende week ga je tijdens de les eraan werken: neem materialen mee die je nodig hebt: verf/ wasco/ tijdschriften/ foto's.
• Oefenen met analyseren gebruiksvoorwerp en bouwwerk van afbeelding
• Nakijken opdracht 6 architectuur met Groninger Museum (rest van antwoorden staat op ELO)
• Nakijken opdracht 2, 3, 4, 5, 6  DESIGN--> filmpje erbij
• Tijd over: Kijken Beeldende Kunst INTRO Constrast
  

Vijf stromingen

• Bauhaus Duitsland. Opleiding.
• Design beschikbaar maken voor groter publiek. Dit kan door technologische vernieuwingen en industrialisering. Daardoor kan een lamp in productie worden genomen. zie afbeelding 16.2
• Voor die tijd was het ambachtelijke belangrijk. Stukken werden met de hand vervaardigd, en waren daardoor uniek in zijn soort, maar ook kostbaar.
• Art Nouveau: Internationale Stroming eind 19e eeuw. De ontwerpers laten zich inspireren door de natuur--> dit is een tegenstroming in een periode van industralisatie. Organische lijnen en vormen uit de natuur, bijvoorbeeld schelpen of bloemen. zie afbeelding 16.1
• Postmodernisme: Eind jaren '70 beïnvloedt door consumptiecultuur. Massaproductie of juist zeer exclusief. Het zijn ontwerpen met humor, met verwijzingen naar stijlen uit het verleden. Zie afbeelding 16.3
• Duurzaam design: duurzaamheid staat voorop, in productie en materialen. Dit komt door de milieuproblematiek en het besef dat daar iets tegen gedaan moet worden, zodat ook andere generaties nog van de aarde kunnen genieten. Hoe wordt een productieproces duurzaam? zie 16.4
• Social Design: Betrokkenheid bij maatschappij--> alternatief en een tegenreactie tegen de vrije markt cultuur. Zie 16.5

Opdracht: Zes kenmerken van Design, vergelijkbaar met architectuur.

Tijdens de toets moeten jullie deze kenmerken kunnen toepassen op een product. Geef bij elk kenmerk een korte omschrijving mbt design. 

1. Vorm:
2. functie:
3. materiaal:
4. techniek:
5. context:
6. Visie:

Lezen kenmerken blz 129-131 en bekijken afbeeldingen