Engelse spreekwoorden en gezegden

Engelse spreekwoorden en gezegden
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EngelsPraktijkonderwijsMBOLeerjaar 4Studiejaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Engelse spreekwoorden en gezegden

Slide 1 - Slide

Wat betekent "Break a leg"?
A
Wees gemeen
B
Wat doe je?
C
Succes
D
Ben blij voor je

Slide 2 - Quiz

Wat betekent "on the ball"
A
Mijn geduld is op
B
zeg dat wel
C
Iets heel gewoons
D
iets goeds doen

Slide 3 - Quiz

Wat betekent "Hang in there"?
A
niet zo snel
B
Ik heb ook geen idee
C
Tot nu toe gaat alles goed
D
Niet opgeven

Slide 4 - Quiz

Wat betekent "Miss the boat"?
A
Te laat zijn
B
Het is niet ingewikkeld
C
Beter je best doen
D
opnieuw beginnen

Slide 5 - Quiz

Wat betekent "Call it a day"?
A
De dag beginnen
B
Niets weten
C
Nakijken
D
Ophouden met werken aan iets

Slide 6 - Quiz

Wat betekent "Cutting corners"?
A
Niet zo snel
B
Iets half doen om tijd en geld te besparen
C
makkelijk maken
D
Een hoek doorzagen

Slide 7 - Quiz

Wat betekent "A good start is half the battle"?
A
het verkrijgen is niet makkelijk
B
Als je goed begint scheelt het veel werk
C
Het begin is altijd moeilijk
D
Als je niet probeert, heb je niets

Slide 8 - Quiz

Wat betekent "The apple doesn't fall far from the tree"?
A
Iets is simpel
B
Iets is niet zo lekker als het lijkt
C
Kinderen lijken op hun ouders
D
Soms moet je origineel zijn

Slide 9 - Quiz

Wat betekent: "There's smoke, there's fire"?
A
Pas goed op
B
Een boos persoon
C
In ieder gerucht schuilt een kern van waarheid
D
Iemand die problemen zoekt

Slide 10 - Quiz

Wat bekent: "A blessing in disguise"?
A
Iets heel gewoons
B
Iets goeds dat slecht leek
C
Iets goed doen
D
Het is te laat

Slide 11 - Quiz

Wat betekent: "Under the weather"?
A
Iets ingewikkelds begrijpen
B
Niet opgaven
C
Opnieuw beginnen
D
Ziek zijn

Slide 12 - Quiz

Wat betekent: "Easy does it"?
A
uit de hand lopen
B
Niet zo kritisch zijn of te moeilijk denken
C
Beter je best doen of anders vertrekken
D
Niet zo snel

Slide 13 - Quiz

Wat betekent: "the rotten apple spoils the barrel"?
A
Een rotte appel bederft de hele mand
B
één iemand kan al slecht invloed hebben op een groep
C
Eet geen fruit wat bedorven is
D
Fruit is goed voor je

Slide 14 - Quiz

Wat betekent: "All roads lead to rome"?
A
Het is belangrijk om op vakantie te gaan
B
Pas op met te snel rijden
C
Italië is een mooi land
D
Er zijn meer mogelijkheden om bij een bepaalt punt te komen

Slide 15 - Quiz

Wat betekent: "Not all the glitter is gold"?
A
Het is niet altijd wat het lijkt
B
Niemand is perfect
C
Je moet niet te veel willen
D
Wat je ook doet, je blijft jezelf

Slide 16 - Quiz