Waarnemen

Waarnemen
Soms zegt een lach meer dan 1000 woorden..
1 / 18
next
Slide 1: Slide
VerzorgendeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 18 slides, with text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Waarnemen
Soms zegt een lach meer dan 1000 woorden..

Slide 1 - Slide

Verbale communicatie
 is een vorm van communicatie waarbij je je uit met woorden of geluiden. Verbale communicatie kan zowel gesproken als geschreven zijn. Voorbeelden van verbale communicatie zijn: het voeren van een gesprek of het schrijven van een e-mail. 

Slide 2 - Slide

Non verbaal
Het is belangrijk dat je goed let op de non-verbale signalen die een cliënt geeft, en deze probeert te herkennen. 
Door je bewust te zijn van de non-verbale signalen die de cliënt geeft, kun je hem beter begrijpen. Dit bevordert de communicatie.

Slide 3 - Slide

Onbewuste zaken
. Denk bijvoorbeeld aan geuren en kleuren. Onbewust hebben deze dingen invloed op de manier waarop je communiceert met de cliënt of zijn sociaal netwerk. Zo kan een bepaalde kleur bij een cliënt onbewust heel veel bij jou naar boven halen. De kleur zorgt op dat moment voor een bepaalde stemming.

Slide 4 - Slide

Tijd en ruimte
De ruimte waarin communicatie plaatsvindt heeft invloed op gedrag van de zender en de ontvanger. In een volle lift laat je ander gedrag zien dan wanneer je in een open ruimte staat. Jouw interpretatie van gedrag van de zender zal in een kleine drukke ruimte anders zijn dan in een grote rustige ruimte. De tijd is ook van invloed. Misschien geef je ’s ochtends als je net wakker bent wel heel andere signalen dan ’s avonds.

Slide 5 - Slide

Waarnemen

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Meetinstumenten
Omdat je zintuigen niet nauwkeurig zijn gebruiken we meetinstumenten.

Slide 11 - Slide

LET OP!
Neem jij alles waar?

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Wat heb je nodig voor een goede observatie? 

  1.  Geen haast, hoofd leeg
  2.  Kijk als een ander denkt dat je niet kijkt
  3.  Observeer meerdere keren in verschillende situaties
  4.  Bedenk/ bespreek jouw interpretatie

Slide 15 - Slide

Valkuilen
  • Vooroordelen positief en negatief
  • Interesse
  • Emoties
  • Eerder opgedane ervaringen
  • Vermoeidheid
  • Je checkt je observaties niet

Slide 16 - Slide

Filmpje opdracht: schrijf op
  • Filmpje A : wat gaat er mis? Wat zou jij anders doen?
  • Filmpje B: wat zie jij als je denkt aan observeren en interpreteren?

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video