Lesson 3 - Grammar and Reading

Les 3: Grammar & Reading
WELCOME
1 / 30
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Les 3: Grammar & Reading
WELCOME

Slide 1 - Slide

       0.1 -0.4

Slide 2 - Slide

Grammar!

PRESENT PERFECT

PRESENT PERFECT

Slide 3 - Slide

PRESENT PERFECT
Gebruik Present Perfect:
1. iets is in het verleden begonnen en is nu nog aan de gang.
2. iets is in het verleden gebeurd en je merkt nu nog het resultaat.
Herkenningswoorden: since, for, already, ever, never, yet, for how long
Voorbeelden:
1. I have lived in New York for seven years now.
    Ik woon al zeven jaar in New York. --> in het verleden begonnen en nog steeds bezig.

2. I have painted the door.
     Ik heb de deur geschilderd. --> in het verleden gedaan en je merkt nu nog resultaat.

Slide 4 - Slide

HOE MAAK JE PRESENT PERFECT
to win - won - won
Je maakt het voltooid deelwoord door:
Bij regelmatige werkwoorden eindigt
het voltooid deelwoord in het Engels op –ed.  
  •  to trip – has/have tripped
  •  to bake – has/have baked

Bij van onregelmatige werkwoorden moet je de vorm uit je hoofd leren.
  •  to be – has/have been
  •  to make – has/have made

 to win – has/have won



Slide 5 - Slide

Vragen en ontkenningen
  • Vragen: Zet have of has vooraan de zin:
  • Have you bought that dog yet?
  • Ontkenningen: zet not achter have of has
  • He has not won the lottery.

  • Je gebruikt dus altijd hetzelfde hulpwerkwoord en voltooid deelwoord!

Slide 6 - Slide

Onregelmatige werkwoorden
Derde rijtje van blz. 115 
Be
Was
Been
Do
Did
Done
Have
Had
Had
Swim
Swam
Swum
Win
Won
Won

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Maak zinnen in het Present Perfect:
+ ( to see)

Mary.........that film on TV many times

Slide 9 - Open question

Maak zinnen in het Present Perfect:
- ( to eat)

Peter ..........the sandwich because he is not feeling well.

Slide 10 - Open question

Maak zinnen in het Present Perfect:
? ( to play)

.........she...........hocky on ice?

Slide 11 - Open question

Maak zinnen in het Present Perfect:
+ ( to know)

You.......David for ten years.

Slide 12 - Open question

Maak zinnen in het Present Perfect:
- ( to leave)

She.............. her phone in a taxi.

Slide 13 - Open question

Maak zinnen in het Present Perfect:
? ( to write)

What.........you........ in your textbook?

Slide 14 - Open question

Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden)

Do - Did - ..........

Slide 15 - Open question

Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden)

Go - went - ..........

Slide 16 - Open question

Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden)

Get - Got - ..........

Slide 17 - Open question

Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden)

See - Saw- ..........

Slide 18 - Open question

Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden)

Take - Took - ..........

Slide 19 - Open question

Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden)

Be - was/were - ..........

Slide 20 - Open question

Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden)

Buy - Bought - ..........

Slide 21 - Open question

Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden)

Run - Ran - ..........

Slide 22 - Open question

Grammar

Some / any/ no/ a lot of/ a few/ a little 

Slide 23 - Slide

SOME / ANY

SOME en ANY betekenen beide:

  • enkele
  • wat 
  • een paar
                                                                           Ik koop elke dag wat snoep in de kantine.
                                                                     Every day I buy some sweets in the canteen.
                                                           Mijn broer mag geen noten eten, hij is allergisch.
                                                                        My brother can't eat any nuts, he's allergic.


Slide 24 - Slide

Some / Any
Wanneer some, wanneer any?
- in bevestigende zin: some
-in ontkennende zin: any
- in vragende zin any, maar some als je het antwoord ja verwacht
''Can you give me some more ice cream?''

Slide 25 - Slide

We need some tomatoes
Do we need any tomatoes?

Slide 26 - Slide

Daffy has some money.
Patrick doesn't have any money.

Slide 27 - Slide

James doesn't like _____thing other than chicken.
A
Some
B
Any

Slide 28 - Quiz

Sheila enjoys _____ films but not too many.
A
Some
B
Any

Slide 29 - Quiz

I should get _____ more milk, we're almost out!
A
Some
B
Any

Slide 30 - Quiz