2.2

Het oude Egypte
2.2 het land van de farao
1 / 18
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Het oude Egypte
2.2 het land van de farao

Slide 1 - Slide

2.2: Het land van de farao
In deze paragraaf leer je:
  • Hoe Egypte een staat werd.
  • Hoe Egyptenaren dachten over de farao. 
  •  Op welke manier farao’s hun staat bestuurden. 
  • Hoe belangrijk de uitvinding van het schrift was. 
  • Hoe het Egyptische rijk zich ontwikkelde.

Slide 2 - Slide

Organisatie van de landbouw:
  • Na iedere overstroming stelden boeren akkergrenzen vast.
  • Onderhouden van het irrigatiesysteem.
  • Samenwerking is erg belangrijk.
  • Sommige Egyptenaren namen de leiding
    over en kregen zo macht over de boeren. 

Slide 3 - Slide

Niet iedereen is meer gelijk:
  • Leiders bestuurden een gebied en lieten boeren betalen met landbouwproducten                          belasting
  • Deel van deze belastingen gebruikten leiders om mensen in dienst te nemen                     ambtenaren
  • Ook namen ze soldaten in dienst om macht te houden of meer macht te krijgen

Slide 4 - Slide

Koninkrijken:
  • Hoofd van een gebied noemen we een vorst, zij zorgden met hun ambtenaren voor een regering (bestuur) 
  • Er ontstaat een staat: een gebied met een regering. 
  • twee koninkrijken: Boven-Egypte en Beneden- Egypte

Slide 5 - Slide

Beneden Egypte
Boven Egypte

Slide 6 - Slide

Verklaar waarom Beneden-Egypte boven Boven-Egypte ligt.

Slide 7 - Open question

Één staat:
  • oorlog tussen Boven- en Beneden- Egypte
  • uiteindelijk wint de koning van Boven- Egypte en wordt Egypte in 3000 v.Chr. één staat 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

De goddelijke farao:
  • Koning van Egypte
  • Egyptenaren zijn onderdanen en moeten hem en zijn ambtenaren gehoorzamen.
  • Egyptenaren geloofden dat de farao een god was
  • de 'levende Horus' 

Slide 10 - Slide

Het bestuur:
  • Veel ambtenaren in dienst
  • Hoge ambtenaren: adviseurs, bestuurders van provincies
  • Lage ambtenaren: belastingontvangers, landbouwopzichters 

Slide 11 - Slide

Het bestuur:
  • Al het land is eigendom van de farao, daarom betalen boeren landbouwproducten als belasting
  • voedselvoorraden worden gebruikt voor het betalen van ambtenaren en soldaten, maar ook als noodvoorraad.
  • Als de Nijl overstroomt is kunnen boeren ook werken voor de farao als belasting.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Functies van het schrift
  • Belangrijk om wetten op te schrijven
  • Belangrijk om belastingopbrengsten bij te houden

Einde Prehistorie

Slide 14 - Slide

Hiëratisch schrift

Slide 15 - Slide

Eenheid, verdeeldheid en veroveringen
  • Een sterke farao zorgde voor eenheid 
  • Onder een zwakke farao kon het land verdeeld raken: opstandige provincies 
  • Soldaten om onderdanen te beschermen. 

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Kijk opdrachten 2.1 na.

Slide 18 - Slide