Hoofdstuk 2 Spelling (les 1 di)

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Welkom!

Leg alvast klaar:

• je leerwerkboek;
• je leesboek;
• je etui;
• je schrift.

Planning

• Stil lezen
• Spelling: weet je het nog?
• Werkmoment
  
• Afsluiten van de les
  

Geen leesvoer mee? Lees het verhaal op p. 72 of p. 75.

Vul het ww in de verleden tijd in.
Het liefst ..... (willen) ze schrijfster worden, maar ze ...... (weten) niet hoe ze dat ........ (moeten) doen.

Vul het ww in de verleden tijd in.
Ze ...... (bedenken) een goed plan,
haar antwoord ....... (zijn): eerst veel boeken lezen!

Vul het ww in de verleden tijd in.
Daarna ..... (schrijven) ze een heel goed boek en ........ (verkopen) ze er heel veel.

Zet de zin in meervoud.
In een circus werkt een acrobaat, een clown, een trapezewerker en een directeur.

Zet de zin in meervoud.
Staat er in de arena een ezel, een paard,
een kameel of een lama?

Meervoudsvormen

Meervoud op -en

Ruit - ruiten

Meervoud op -s

Drempel -drempels

Meervoud op 's

Opa - opa's

Enkele klinker, maar lange klank.

Bij  a, o, u, i of y.

Meervoud op -s

Shampoo - Shampoos

Café - cafés

Lange klank door meerdere klinkers of accent.

Op -e?

Garage - garages

Giraffe - giraffes

Werkmoment

• Maak van 2.9 Spelling de volgende opdrachten: 1, 3 t/m 10, 12. Test Jezelf.
• Deze zijn komende donderdag aan het einde van de les af.
• Heb je een foutje gemaakt? Zoek uit waarom! Dat is studeren.
• Je maakt deze digitaal.
• Je mag zachtjes overleggen.
• Je mag muziek luisteren.  
• Ik loop rond voor vragen.

Mindmap retour

Afsluiting

• Donderdag gaan we verder met deze opdrachten.