H4 afsluitingquiz

Ronde 1
1 / 29
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Ronde 1

Slide 1 - Slide

Wat is een voorbeeld van een hernieuwbare natuurlijke hulpbron?
A
Steenkool
B
Aardgas
C
Zonlicht
D
IJzererts

Slide 2 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een delfstof?
A
Water
B
Hout
C
Goud
D
Zonne-energie

Slide 3 - Quiz

Wat is een belangrijk nadeel van hout als hernieuwbare hulpbron?
A
Het kan niet hergebruikt worden.
B
Het veroorzaakt luchtvervuiling.
C
Het komt alleen voor in tropische gebieden.
D
Het kan uitgeput raken bij overmatig kappen.

Slide 4 - Quiz

Waarom is het wereldwijde gebruik van natuurlijke hulpbronnen toegenomen?
A
De aarde produceert meer grondstoffen.
B
Mensen gebruiken minder technologie.
C
Het klimaat wordt warmer.
D
De bevolking groeit en welvaart neemt toe.

Slide 5 - Quiz

Wat betekent ‘duurzaamheid’?
A
Het hergebruiken van alleen metalen.
B
Het gebruiken van hulpbronnen op een manier die ook goed is voor de toekomst.
C
Alleen gebruik maken van elektriciteit.
D
Het bouwen van duurzame huizen.

Slide 6 - Quiz

Wat laat je ecologische voetafdruk zien?
A
Hoeveel CO2 je uitstoot in één jaar.
B
Hoeveel land en water je gebruikt voor je levensstijl.
C
Hoeveel geld je uitgeeft aan energie.
D
Hoeveel voedsel je eet.

Slide 7 - Quiz

Waarom is het gebruik van zonne-energie een duurzame keuze?
A
Het is altijd goedkoop.
B
Zonnepanelen zijn gemakkelijk te recyclen.
C
Er komt geen CO2 vrij en zonlicht raakt niet op.
D
Alleen rijke landen kunnen het gebruiken.

Slide 8 - Quiz

Wat is een grondstof?
A
Een eindproduct zoals een telefoon.
B
Een onbewerkt materiaal om iets van te maken.
C
Een afvalproduct van een fabriek.
D
Een natuurlijke bron die nooit opraakt.

Slide 9 - Quiz

Waarom is de ecologische voetafdruk in rijke landen vaak groter?
A
Ze gebruiken minder technologie.
B
Er wonen meer mensen.
C
Mensen consumeren meer producten.
D
Ze hebben meer natuurgebieden.

Slide 10 - Quiz

Kobalt
afkomstig uit een mijn

rekening houden met toekomstige generaties

meer gebruiken dan terug kan groeien

Hoeveel aarde heeft een mens nodig
onbewerkt materiaal uit de natuur

Water, zon en wind
oorzaak toenemend gebruik hulpbronnen
Welvaarttoename
Grondstof
Delfstoffen
hernieuwbare hulpbronnen
Grondstof in  je telefoon
duurzame ontwikkeling 
ecologische voetafdruk
niet - hernieuwbare hulpbronnen

Slide 11 - Drag question

Onbewerkt materiaal om iets van te maken of fabriceren.
Grondstof die uit de aarde wordt gehaald.
Alle bruikbare producten uit de natuur.
Hulpbronnen die we telkens opnieuw kunnen gebruiken als we er zuinig mee omgaan, zoals zeeën, water, bossen en landbouwgrond.
Grondstoffen, brandstoffen en mineralen die op kunnen raken, omdat er maar een beperkte hoeveelheid van is.
Grondstoffen
Delfstoffen
Natuurlijke hulpbronnen
Hernieuwbare hulpbronnen
Niet-hernieuwbare hulpbronnen

Slide 12 - Drag question

Ronde 2

Slide 13 - Slide

Hoe ontstaat steenkool?
A
Door de afkoeling van magma in de aardkorst
B
Door het verbranden van hout
C
Uit resten van planten en bomen onder hoge druk en temperatuur
D
Uit resten van plankton onder hoge druk en temperatuur

Slide 14 - Quiz

Wat is het verschil tussen bruinkool en steenkool?
A
Bruinkool is vloeibaar, steenkool is vast
B
Bruinkool bevat meer koolstof dan steenkool
C
Steenkool ontstaat uit plankton, bruinkool uit gesteenten
D
Steenkool bevat meer koolstof dan bruinkool

Slide 15 - Quiz

Welke fossiele brandstof ontstaat uit plankton?
A
Steenkool
B
Aardolie
C
Bruinkool
D
Aardgas uit veen

Slide 16 - Quiz

Wat is nodig om een olie- of gasveld te vormen?
A
Alleen een poreuze laag in de bodem
B
Alleen een dikke laag zand en klei
C
Scheve aardlagen, poreus gesteente en een ondoorlatende bovenlaag
D
Harde gesteenten en lage temperaturen

Slide 17 - Quiz

Hoe wordt aardgas meestal gewonnen?
A
Door het verbranden van veen
B
Door het smelten van ijzererts
C
Door dagbouw
D
Door het boren door een ondoorlatende laag

Slide 18 - Quiz

Waarom worden jaknikkers gebruikt?
A
Om aardgas op te slaan
B
Om olie op te pompen uit de grond
C
Om mijnwerkers ondergronds te vervoeren
D
Om steenkool te malen tot poeder

Slide 19 - Quiz

Welke uitspraak over fossiele brandstoffen klopt?
A
Alle fossiele brandstoffen geven dezelfde hoeveelheid energie
B
Aardgas wordt zelden gebruikt in huishoudens
C
Steenkool bevat meer energie dan bruinkool
D
Turf wordt het meest gebruikt in fabrieken

Slide 20 - Quiz

Wat is een nadeel van afhankelijk zijn van aardolie-import?
A
Aardolie is moeilijk te transporteren
B
Landen worden afhankelijk van exporterende landen
C
Aardolie is overal even duur
D
Aardolie is niet bruikbaar als brandstof

Slide 21 - Quiz

Ronde 3

Slide 22 - Slide

Waarom is zonne-energie niet altijd betrouwbaar als enige energiebron?
A
Zonnepanelen werken alleen op hoge gebouwen
B
Het levert geen elektriciteit op in de zomer
C
Het hangt af van het moment van de dag en het weer
D
Zonnepanelen zijn altijd te duur voor consumenten

Slide 23 - Quiz

Wat is een nadeel van zonneparken?
A
Ze veroorzaken geluidsoverlast
B
Ze nemen veel ruimte in die ook voor andere doelen gebruikt kan worden
C
Ze produceren te veel energie in de winter
D
Ze vervuilen het water

Slide 24 - Quiz

Waarom is kernenergie een discussiepunt bij duurzame energie?
A
Het is te duur voor rijke landen
B
Het is volledig hernieuwbaar
C
Het levert radioactief afval op dat duizenden jaren gevaarlijk blijft
D
Er is geen enkel risico aan verbonden

Slide 25 - Quiz

Waarom zijn biobrandstoffen niet altijd even duurzaam?
A
Ze kunnen alleen worden gebruikt in oude voertuigen
B
Ze veroorzaken veel luchtvervuiling
C
Ze nemen landbouwgrond in die ook nodig is voor voedselproductie
D
Ze leveren geen energie op

Slide 26 - Quiz

Wat is het principe achter geothermische energie?
A
Het gebruiken van aardwarmte uit de ondergrond
B
Het verbranden van houtafval
C
Het omzetten van zonlicht in warmte
D
Het gebruik van windstromen in vulkanische gebieden

Slide 27 - Quiz

Wat is een belangrijk nadeel van waterkrachtcentrales?
A
Ze leveren geen elektriciteit op als het regent
B
Ze nemen landbouwgrond in beslag
C
Ze verstoren het leefgebied van mensen en dieren, en kunnen vismigratie hinderen
D
Ze veroorzaken aardbevingen

Slide 28 - Quiz

Waarom is het transport van duurzame energie soms een nadeel?
A
Elektriciteit moet vaak over lange afstanden worden vervoerd, wat extra kosten met zich meebrengt
B
Elektriciteit raakt onderweg verloren in de lucht
C
Alleen benzineauto’s kunnen duurzame energie vervoeren
D
Er zijn geen manieren om elektriciteit te transporteren

Slide 29 - Quiz