Ik weet wat een hoofdgedachte is in een tekst en hoe deze geformuleerd moet worden.
Ik weet het verschil tussen een hoofdgedachte en het onderwerp.
Ik weet wat tekstdoelen zijn en welke er zijn
Ik weet wat kernzinnen zijn en waar deze in de alinea staan
Ik weet dat ik aan de hand van kernzinnen het deelonderwerp kan bepalen
Ik weet wat de volgorde is van het stappenplan lezen
Ik kan bewust deze stappen inzetten