ACTIVITEIT 2: DE NATUUR ONDER DE LOEP (Lin)

• WO
• Lager onderwijs

ACTIVITEIT 2: DE NATUUR ONDER DE LOEP

Activiteit 2: 

De natuur onder de loep

We leren over verschillende 

loepen en ogen.

De foto's tonen enkele

toepassingen van lenzen. Vraag hen of ze alle toepassingen herkennen en

of ze zelf nog voorbeelden kunnen opsommen.

cameralens - lens van je oog - vergrootglas - microscoop - verrekijker - telescoop

Wat is het verschil tussen een bolle en holle lens? 

Klasindeling. 

app.nos.nl

Waarom hebben sommige mensen een bril?

Sommige dieren, zoals de regenworm, hebben geen ogen. Ze gebruiken gebruiken andere zintuigen. 

Er zijn dieren die niet alle kleuren kunnen onderscheiden. Zo kunnen bijvoorbeeld muizen, ratten en konijnen geen roodtinten herkennen. 

Sommige dieren, zoals libellen, zien iets van heel ver. 

De richting waarin dieren kunnen kijken, 

verschilt ook erg. 

Insecten kunnen meestal in alle richtingen kijken. 

Dat komt omdat ze ogen hebben die uit heel veel kleine ogen bestaan: facetogen.

Een vlieg heeft 4 000 ogen.

Een libelle heeft 30 000 ogen.

Daarom is het dus zo moeilijk...

om insecten dood te meppen.

ws. p.9 + 10

Benieuwd naar de volgende les?

condor

wervels

diersoort

gewervelde dieren