Meervouden herhaling

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Enkelvoud

meervoud

jassen

gebouwen

voorteken

namen

billen

vergaderingen

verlegen

houten

zangeres

fans

Taalverzorging 

Je moet weten; 

• dat je het meervoud van zelfstandige naamwoorden maakt door een -s of -n aan het eind van het woord te schrijven;
  
• dat zelfstandige naamwoorden die eindigen op een klinker (behalve de -e), -’s krijgen in het meervoud

Schrijf het meervoud op van
postbode

Schrijf het meervoud op van
menu

Schrijf het meervoud op van
baby

Schrijf het meervoud op van
agenda

Schrijf het meervoud op van
mini

Schrijf het meervoud op van
portemonnee

Schrijf het meervoud op van
kantine

Meervoud op -'s of -s

enkelvoud eindigt op a/i/u/o/y	meervoud krijgt -'s
pinda	pinda's
kiwi	kiwi's
sudoku	sudoku's
iglo	iglo's
hobby	hobby's

enkelvoud eindigt op e	meervoud krijgt -s
kantine	kantines
postbode	postbodes
portemonnee	portemonnees
belletje	belletjes

Noteer de juiste vorm van het werkwoord.
Hoeveel rappers (kennen).........je?

Noteer de juiste vorm van het werkwoord.
Hoeveel rappers (kennen).........je broer?

Onderwerp	Persoonsvorm	Regel
enkelvoud
Ik	loop	ik-vorm
Jij	loopt	ik-vorm + t
Hij/zij	loopt	ik-vorm + t
meervoud
Wij	lopen	hele werkwoord
Jullie	lopen	hele werkwoord
Zij	lopen	hele werkwoord

Als ‘jij’ of ‘je’ achter de persoonsvorm staat, schrijf je alleen de ik-vorm. Maar kun je ‘je’ vervangen door ‘jou’ of ‘jouw’? Dan schrijf je de ik-vorm + t

Persoonsvorm	Onderwerp	Regel
loop	jij/je	ik-vorm

Daar (worden)
je toch niet goed van?

De volgende keer (besteden)
je je tijd maar aan wat nuttigs, Raul.

Daar (worden) je moeder niet vrolijk van.

Noteer de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd:
Emma (verzenden) een e-mail

1. verzend
2. verzendt
3. verzent
4. verzentd

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
Het vliegtuig (landen) ... op tijd.

1. land
2. landt
3. landde
4. landen

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
De overvaller (beroven) het gezin.

1. berooft
2. beroofd

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
(vinden) je moeder dat je je kamer op moet ruimen?

1. Vind
2. Vindt

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
(vinden) je dit feest wel leuk?

1. vind
2. vindt

Welke meervoudsregel hoort erbij?

vrachtauto

1. meervoud op -en
2. meervoud op -s
3. meervoud op -'s
4. Geen meervoud

Welke meervoudsregel hoort erbij?

reparatie

1. meervoud op -en
2. meervoud op -s
3. meervoud op -ën
4. Geen meervoud

Welke meervoudsregel hoort erbij?

aardbei

1. meervoud op -en
2. meervoud op -s
3. meervoud op -'s
4. Geen meervoud

Welke meervoudsregel hoort erbij?

alinea

1. meervoud op -en
2. meervoud op -s
3. meervoud op -'s
4. Geen meervoud

Waarom (rijden) je zusje op die oude fiets?

Waarom (rijden) je op die oude fiets?

enkelvoud > meervoud

Je kunt een zelfstandig naamwoord in het meervoud zetten door -en of -(’)s achter het enkelvoud te zetten. 

land - landen

tafel - tafels

Soms levert dat problemen op.

Meervoud op -en

1. Als de laatste letter van het enkelvoud een medeklinker is, wordt deze alleen verdubbeld als dit nodig is voor de uitspraak: 

bed – bedden
atlas – atlassen

Meervoud op -en

2. Bij een lange klank (oo, aa, ee, uu) die alleen gevolgd wordt door een medeklinker, schrijf je in het meervoud nog maar één klinker (o, a, e, u).

knoop – knopen

graaf – graven

mees – mezen

vuur – vuren

Meervoud op -en

3. Bij woorden die eindigen op -is of -us wordt altijd de s verdubbeld.

commissaris – commissarissen

cursus – cursussen

Meervoud op -en

4. Als de laatste letter van het enkelvoud een -f of een -s is, verandert deze in -v of -z

luis – luizen

slurf – slurven

roos – rozen

dief – dieven

Meervoud op -'s

Enkelvouden die eindigen op een klinker (a, i, o, u en y) krijgen een -’s als je ze fout kunt uitspreken.

agenda – agenda’s 

ski – ski’s

auto – auto’s

paraplu – paraplu’s

penalty – penalty’s