H9.1 huid les 1 Kader

Welkom
  • terugblik vorige les
  • introductie H9
  • Uitleg 9.1
  • huiswerk volgende les
Afweer en bescherming

H9.1  Huid
1 / 33
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Welkom
  • terugblik vorige les
  • introductie H9
  • Uitleg 9.1
  • huiswerk volgende les
Afweer en bescherming

H9.1  Huid

Slide 1 - Slide

§9.1 Huid

                                                          opperhuid (hoornlaag en kiemlaag (met pigment))

                                                                   lederhuid (talg- en zweetkliertjes, zintuigen)

                          onderhuids bindweefsel

Slide 2 - Slide

hoornlaag
kiemlaag, pigment
talgklier
zweetklier
zintuigen

Slide 3 - Slide

0

Slide 4 - Video

te veel zonlicht UV-straling
verbranding! kan huidkanker veroorzaken




bruin worden = je pigmentcellen maken meer pigment aan
-> je verbrandt minder snel

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

hoe heet de middelste laag van de huid
A
opperhuid
B
lederhuid
C
onderhuids bindweefsel

Slide 7 - Quiz

de opperhuid bestaat uit de volgende twee lagen.
A
lederhuid, hoornlaag
B
lederhuid, kiemlaag
C
hoornlaag, kiemlaag

Slide 8 - Quiz

een tatoeage wordt gezet in de ....
A
opperhuid
B
lederhuid
C
onderhuids bindweefsel

Slide 9 - Quiz

bij een 1e graads-verbranding beschadigd de
A
opperhuid
B
lederhuid
C
onderhuids bindweefsel

Slide 10 - Quiz

bij een 3e graads-verbranding beschadigd de
A
opperhuid
B
lederhuid
C
onderhuids bindweefsel

Slide 11 - Quiz

§9.2 Infecties bestrijden
Micro-organismen: bacteriën, schimmels, virussen
Vaak onschuldig, niet-onschuldig heten ziektemakers.

Ziektemakers in je lichaam: infectie of besmetting.
Wanneer het lichaam lage weerstand heeft kunnen ziektemakers zich delen.

Slide 12 - Slide

§9.2 Vermeerderen ziekteverwekkers
Bacteriën: door celdeling, 
maken gifstoffen


Slide 13 - Slide

§9.2 Vermeerderen ziekteverwekkers
Virussen: dringen cel binnen, 
vermeerderen zich in de cel, 
wanneer cel vol is, knapt deze. 
Hiervan wordt je ziek

Slide 14 - Slide

§9.2 herkennen ziekteverwekkers
Witte bloedcellen proberen ziekteverwekkers uit te schakelen.
Witte bloedcellen herkennen ziekteverwekkers aan eiwitten aan buitenkant cel.
Alle cellen hebben eiwitten aan buitenkant cel
eiwitten eigen lichaam = lichaamseigen
NIET uit eigen lichaam = lichaamsvreemd (=antigeen)

Iedere ziekteverwekker eigen antigeen

Slide 15 - Slide

§9.2 herkennen ziekteverwekkers
Witte bloedcellen proberen ziekteverwekkers uit te schakelen.
Witte bloedcellen herkennen ziekteverwekkers aan eiwitten aan buitenkant cel.
Alle cellen hebben eiwitten aan buitenkant cel
eiwitten eigen lichaam = lichaamseigen
NIET uit eigen lichaam = lichaamsvreemd (=ANTIGEEN)

Iedere ziekteverwekker eigen antigeen

Slide 16 - Slide

Witte bloedcellen


     type 1 = vreetcel


              type 2 = cel die antistoffen maakt

Slide 17 - Slide

infectie met een micro-organisme
type 1 witte bloedcel  (vreetcel)


type 2 witte bloedcel   (antistoffen):  
geheugencel  (witte bloedcel die jarenlang 
in het bloed aanwezig blijft -> immuun)

Slide 18 - Slide

Besmetting
Ziek worden
witte bloedcellen type 1 (vreetcel)
witte bloedcel type 2 (antistoffen)

geheugen cellen, immuun
Je bent immuun, dus als je besmet wordt, wordt de indringer direct onschadelijk gemaakt door de geheugencellen

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

9.3: ziekten bestrijden
 immuungeheugencel  (witte bloedcel die jarenlang 
in het bloed aanwezig blijft)

immuniteit kan op verschillende manieren ontstaan:
actief: zelf antistoffen maken
passief: antistoffen binnenkrijgen

Slide 21 - Slide

9.3: ziekten bestrijden
actief: zelf antistoffen maken
a. door besmetting met ziekteverwekker: je witte bloedcellen maken antistoffen, er worden geheugencellen achter gelaten. Op natuurlijke wijze besmet = natuurlijke actieve immuniteit 

b. door vaccinatie met antigenen: je krijgt verzwakte ziektemakers ingespoten (vaccin). je witte bloedcellen maken antistoffen, er worden geheugencellen achter gelaten. antigenen worden ingebracht = kunstmatige actieve immuniteit

Slide 22 - Slide

9.3: ziekten bestrijden
passief: antistoffen binnenkrijgen

a. door injectie met antistoffen (serum). Je bent meteen immuun, echter geen aanmaak van geheugencellen. Antistoffen ingespoten = kunstmatige passieve immuniteit 

b. Baby's via de moeder. Tijdens zwangerschap antistoffen via de placenta of moedermelk. natuurlijke passieve immuniteit 

Slide 23 - Slide

9.3: ziekten bestrijden

Slide 24 - Slide

9.3: ziekten bestrijden

Slide 25 - Slide

9.3: medicijnen tegen ziekteverwekkers
antibiotica: werken tegen infectieziekten door bacteriën. Beschadigen de celwand, bacterie gaat dood. Bacteriën kunnen na verloop van tijd resistent worden tegen antibiotica

virusremmers: virussen zitten in je cel, niet met medicijnen te bestrijden. Virusremmers kunnen werkingen virussen vertragen (HIV-remmers, zalfje koortslip {herpesvirus})

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

0

Slide 28 - Video

Wat zijn soa's?
SOA = Seksueel Overdraagbare Aandoening
Heet ook wel geslachtsziekte

Een soa kan veroorzaakt worden door:
- Bacterie
- Schimmel
- Virus

Slide 29 - Slide

0

Slide 30 - Video

Hoe kun je besmet raken met een soa?
Door vaginale, anale of orale geslachtsgemeenschap

Sommige soa's kun je ook op andere manieren krijgen (bijvoorbeeld hiv/aids)
- Via bloed (besmette drugsnaald, piercing of tatoeage)
- Via moeder op kind, tijdens de zwangerschap, geboorte of borstvoeding

Slide 31 - Slide

lesdoelen gehaald?
  • weten wat de huid uit bestaat
  • weten hoe je de huid tegen zonlicht beschermt

Slide 32 - Slide

Huiswerk volgende les
maken zelf samenvatten (blz 142 t/m 145)

Slide 33 - Slide