6.5 Rekenen aan lenzen

6.1 licht en beeld
6.5 rekenen aan lenzen
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

6.1 licht en beeld
6.5 rekenen aan lenzen

Slide 1 - Slide

Planning
Deze les practicum lenzen en 6.5 (rekenen aan lenzen)
Volgende les (tevens laatste) herhalen en oefenen toetsweek

Slide 2 - Slide

Wat kun je over de vergroting zeggen als de vergroting N kleiner is dan 1?
A
niks bijzonders
B
beeld is groter dan voorwerp
C
beeld en voorwerp zijn even groot
D
beeld is kleiner dan voorwerp

Slide 3 - Quiz

Onder de lenzen staan nummers. Welke lens is hol en welke bol?
Sleep de nummers op de goede plek.
Hol
Bol
1
2
3
4
5
6

Slide 4 - Drag question

Hoek van inval

Hoek van breking

Hoek van terugkaatsing

Normaal

Grensvlak 
Sleep de juiste symbolen naar de juiste plek.
Er geldt hier
breking...
i
r
n
t
... van de normaal af.
... naar de normaal toe.
gv

Slide 5 - Drag question

Herhaling vorige les
De voorwerpsafstand (v) is de afstand van het voorwerp tot de lens.

De beeldafstand (b) is de afstand van het beeld tot de lens.

Slide 6 - Slide

Vergroting

Slide 7 - Slide

Wat is de vergroting van de schaduw?
A
1,333
B
2,333
C
1200
D
1,75

Slide 8 - Quiz

Hoe groot is in de
linker tekening
de vergroting?
A
0,5
B
1
C
2
D
0

Slide 9 - Quiz

Lenzenwet

Slide 10 - Slide

Sleep de symbolen naar de juiste betekenis.
voorwerpsafstand
beeldafstand
brandpuntsafstand
brandpunt
Optisch midden
v
b
f
F
O

Slide 11 - Drag question

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

a.  Bepaal de plaats van het beeld door middel van                                         constructietekening op ware grootte.
  

Slide 20 - Slide

b. Meet in de tekening de beeldafstand op.

Slide 21 - Slide

c. Bereken de beeldafstand met behulp van de lenzenformule en controleer zo antwoord b.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

reken uit zonder rekenmachine.
1/3 + 1/4 (op 2 decimalen)
noteer alleen je antwoord

Slide 25 - Open question

Een voorwerp staat 40 cm achter de lens en het beeld staat 120 cm voor de lens.
Bepaal de brandpuntsafstand door de breuken gelijknamig te maken.

Slide 26 - Open question

Bij een lens van 60 dpt is de afstand tussen de lens en het beeld is 12 meter. Bepaal de voorwerpsafstand.

Slide 27 - Open question

De voorwerpsafstand is 10 cm
de beeldafstand is 1 meter
bereken de brandpuntsafstand
A
0.11 m
B
0.11 cm
C
0.91 m
D
9,1 cm

Slide 28 - Quiz

De brandpuntsafstand is 15 cm
De voorwerpsafstand is 30 cm
bereken de beeldafstand
A
10 cm
B
20 cm
C
30 cm
D
- 10 cm

Slide 29 - Quiz

De brandpuntsafstand is 5 cm
De beeldafstand is 0,70 m
bereken de voorwerpsafstand
A
- 8,14 cm
B
4.67 cm
C
5,4 cm
D
75 cm

Slide 30 - Quiz

Aan de slag!

Paragraaf 6.5: maak de vragen 60, 62 en 63 


Slide 31 - Slide